maandag 16 november 2020

Anti semitisme, een gruwel (1)

 Helaas ben ik jaren her al tegen dat vreselijke antisemitisme aangelopen, die gruwelijke 'wereldbeschouwing' die al eeuwen onze wereld beheerst en aanleiding is/was tot talloze oorlogen en pogroms en een gevoelsbeleving is die nog steeds in min of meerdere mate heerst en niet alleeen in ons land. Wekelijks word ik geconfronteerd met keppeltjes dragende en hoeden dragende Joodse mannen die zich, op vrijdagen, natuurlijk, spoedden naar de dichts bijzijnde synagoge, voor hen is het namelijk "Sabbat". Ik wil al jaren die mannen, vrouwen zie je natuurlijk niet zo, mijn steun betuigen, gewoon omdat zij als Joden hun geloof behouden en dat laten zien. Een enkele maal is mij dat gelukt, ik stapte op zo een man toe, stak mijn hand uit en wilde hem echt mijn complimenten maken, maar de man raakte verward, en keek schichtig om zich heen. Tja, het was kort na allerlei aanslagen, in Parijs, Nice en Brussel, dus ik gaf hem geen ongelijk: een "goj" die met een uitgestoken hand op je af komt? Helaas zie ik dat er tegenwoordig veel meer Joodse mannen hun geloof verbergen en dat vind ik triest, maar ja, ik begrijp het wel.

Tja, hoe moet je daar nu over verdergaan. Om te beginnen kom ik uit een niet gelovig milieu. Mijn ouders waren niet 'kerks', zoals men dat in dat dorp noemden en nee, ik geloof ook niet dat ze er op aan werden gekeken. Dat dorp was in de veengronden van oostelijk Drent(h)e, met de h er tussen zoals men belieft, gevestigd. Oh nee, dat dorp was nog niet oud hoor, het was slechts in 1664 gesticht, een vlek van niets, met een kerk, een plein, nu ja een dam in een kanaal en een stroompje, een molen, mijn vader was daar de molenaar, rond mijn geboorte, een oud kerkhofje, waarop nog wat oude graven lagen, waar wij, romantische jongens van die tijd, meenden dat ze van Kozakken stamden die een fikse veldslag tegen de Franse overheersers hadden gehouden, maar niets was minder waar, na herlezing van de geschiedenisboeken. (En Wikipedia, natuurlijk.) Die Dam is later De Dam geworden, net als in Mokum, het middelpunt van de stad/ons dorp. In ons dorp, Gasselternijveen, werd op de Dam, later een fraaie klokkentoren geplaatst. Aan de achterkant van die klokkentoren hield Willempie Kievit hof als de grote viskraam van het dorp. Hij beledigde de jonge en hele kleine dominee, die net zijn intrek in de oude pastorie, onder de eeuwenoude kastanjeboom had gehouden, door hem te vragen: 'Wat moust doe hebb'n, kereltie?' Vrij vertaald: 'Wat moet jij halen jongetje?'

Nee, ik ben dus niet gelovig opgevoed. Ook niet ongelovig, hoor, mijn ouders hadden de oude opvoeding, met een kerk en een dominee, wel gehad, maar, toen een van de te vroeg geboortes van mijn oma was overleden, wilde de dominee, om welke reden dan ook, geen geboorte toestaan in gewijde aarde, ik weet niet of dat zo was, want het kindje was niet gedoopt, zoiets dan. Mijn beide grootouders, ik heb ze nooit gekend, vertrokken toen met slaande trom uit die kerkgemeenschap en ons gezin is er noot terug geweest. 

Maar goed, ik heb nooit geweten of er wel een Joods gezin was in ons dorp. Geen idee. Maar als er al een Joods gezin was, dan was het nooit verboden om daar mee om te gaan. Er was wel een katholiek gezin in dat dorp, maar ja, die waren net als wij, gewone kinderen en nee, daar werd het ook als gewoon beschouwd dat je daar mee speelde en mee omging.

Goed: ik had, tot mijn achttiende, het jaar dat ik "haar" leerde kenen, geen echt idee over Joden en niet Joden, over Palestijnen en niet Palestijnen. Het jaar dus, dat ik haar ontmoette. Nu ja, vooral haar moeder, die een totale antisemiet was. 

Haar, nee, daar ga ik nu even verder niet op in, het is een, nog steeds, te traumatische gebeurtenis in mijn wereld, in mijn bestaan, in het leven dat ik nu voer, met mijn huidige geliefde en gezin. Zeg maar gewoon: in 'ons' leven. Maar zij, die jaren lang mijn leven heeft verpest, maar voornamelijk haar moeder, hebben door dat voortdurende antisemitische gedoe, wel hele goede jaren van mijn leven weggenomen.

 

Later meer.

 

zaterdag 14 november 2020

Arme Dylan, arme Fabio

 Het is een vonnis, een rechterlijke uitspraak. Daar zal je je aan moeten houden ben ik bang voor, nu ja, bang, nee, ik geloof dat het wel terecht is. Het zou moeten gebeuren en het is eindelijk geschiedt.

Waar gaat het over? Nu ja, het vonnis tegen Dylan Groenewegen, een Nederlandse ras sprinter, misschien wel de beste Nederlandse sprinter ooit. Hij heeft een hele erelijst aan sprint overwinningen, ik geloof in diverse grote en kleine rondes wel en hij is een geestig en fel menneke, dat niet te veel uit mijn buurt woont. Het is wel een typische Mokumer, met altijd een rap antwoord klaar aan de meet in elk interview, een beetje een Gerrie Knetemann stijl en dat dus ook vaak in het Amsterdams. Ik persoonlijk vind het een attractieve coureur en ja, een fenomenale sprinter, een eerlijke vent ook. Maar toch ging het mis.

In de afgelopen ronde van Polen werd een er een verraderlijke sprint gedaan, heuvel af zeg maar. (Totaal fout ingericht door die mensen van de organisatie. Een sprint op het vlakke is al gevaarlijk, maar dan ook nog eens heuvel af? Idioot gewoon!)

 Normaal liggen sprint snelheden al rond de zeventig per uur, maar op deze dag was de snelheid misschien wel tegen de negentig. Groenewegen rook zijn kans, Fabio Jakobsen, de jonge sprinter van Nederlandse afkomst, rijdend voor het team van DQT, rook ook zijn kans. Er gebeurde een vreselijke crash, beide topsprinters wilden niet wijken voor elkaar. (Misschien) stak Groenewegen een elleboog uit, misschien wilde Jacobsen toch een gat zien dat er niet was? We zullen het nooit weten, dat is een wet in de wielrennerij: laat nooit het achterste van je tong zien, houdt altijd je mond.

Persoonlijk vind/vond ik dat beide sprinters fout waren. Ja: ik zag Groenewegen afwijken, ja, ik zag Jacobsen in een gat duiken dat er eigenlijk niet was. Ik ben geen sprinter, ik fiets voor mijn plezier, wel op een aantal fietsen met kromme sturen. Maar ik begrijp dat die mannen tot aan hun oogbollen vol zaten met adrenaline en: zo zei Gorter het al in zijn "De Mei": 

'Zoals twee wielrijders, die doen hun stalen wieleren dat licht rondspat, de cirkels draaien en het witte pad glijdt weg, ze loeren op elkanders wielen  en trappen vastberaden.'

Nu ja, zo is het natuurlijk. Dit van Gorter is een gedicht, hij is een van de tachtigers die nieuwe literatuur voorstond.

Goed, die sprint gasten: Die sprintgaten gasten zijn bloed fanatiek en willen koste wat het kost winnen, dat is hun vak, hun leven. Daar leven ze voor, zoveel sprint etappes zijn er niet te winnen, hoor, en dan wel in een aantal in grote rondes, maar dat is te weinig om hun hoge salarissen te verdedigen. 

Maar goed: de manager van Fabio heeft aangekondigd om een rechtszaak aan te spannen tegen Dylan. Daarop maakte Fabio ook bekend om een rechtszaak aan te spannen. Dat deed hij natuurlijk onder invloed van zijn manager van dat team, Patrick Levefere, die nu geld wil zien.

Ik had die Lefevere hoger ingeschat. Hij had ook rare coureurs onder zijn beheer, maar dat is hem en hun vergeven. Die maakten ook vaak brokken hoor.

Het ergste en het meest triest is, denk ik, dat beide sprint kampioenen nu voor de rest van hun leven getekend zijn. Fabio durft denk ik, zich nooit meer vol in een sprint te gooien, uit angst dat ..!  Dylan durft zich waarschijnlijk ook nooit meer vol in de sprint te gooien en ook uit angst dat..!

Zo zijn twee geweldige kampioen in de knop gebroken, doordat een stomme inrichter van een stom koersje in Polen het geweldig zou vinden om een sprint in een afzink te laten plaats vinden. 

Triest voor die twee top fietsers.


Het jaar dat ik niet fietste (4)

  Enfin,ik kom bij dokter Blom terecht, op de afdeling Radiotherapie. Die afdeling zit behoorlijk verstopt in het ziekenhuis. Op de min 2 ...