maandag 12 december 2022

Het woord 'neger' verbieden?

 Er is een of andere idiote maniak, een gekleurde man, ene "Afriyie", die zich vreselijk inzet voor de rechten van de gekleurde mens in West Europa en dan met name in België en Nederland. Deze mijnheer maakt zich vreselijk kwaad om het gebruik van het woord 'neger' in het Nederlandse, ook dus het Vlaamse taalgebruik. 

Deze, gekleurde, man wil dat woord 'neger' verbieden. Maar: “Neger is een gewoon Nederlands woord”, want: het staat gewoon in de Dikke van Dale, zo redeneerde een taalkundige. Kennelijk is volgens die taalkundige de Dikke van Dale een catalogus van gewone Nederlandse woorden die in dergelijke situaties ingezet kunnen worden zonder dat je daarbij de morele verantwoordelijkheid ook maar een klein beetje in twijfel hoeft te trekken.

En ja, ik ben met die man en de Dikke van Dale eens. Er zijn zoveel woorden gekoppeld aan een kleur dat je je wel kleurenblind  van kunt laten maken. 

Maar,  mijnheer de, volgens mij,  gestoorde en zich beledigd voelende gekleurde en op al zijn tenen getrapte voelende donkere (ja, dat moet er echt even bij) mijnheer: ik heb me, als 'witte' Nederlander nog nooit beledigt gevoeld als ik al 'witman' werd uitgescholden in Amsterdam Zuidoost, of als 'kaas' of zo, hetgeen geregeld gebeurde, ik heb me ook nooit geschokt gevoeld als er 'Witbrood', 'Blanke Vla' ergens op een zuivel pak stond, ik heb nooit de woorden 'Rode kool' horen vervloeken en nee, het woord 'Bruinbrood' is volgens mij nooit in de ban gedaan in de landen rond de evenaar. 

Maar: als je woorden verbied, verbied je ook zinnen en dus geschriften en dus ook boeken. Dan ben je net zover als Hitler was, in die jaren.

DUS: Zeik niet, Afrivie, het is nu eenmaal zo. Kleur is een aanduiding en geen discriminatie, eikel. (Die eikels zijn vaak groen, overigens. Net als die goser.)



 

 

donderdag 3 november 2022

Weer een koude oorlog 2

Maar toch nog even verder over dat eerdere verhaal. Er kwamen later mannen, altijd mannen, die het ook eens anders zagen, Met name ene Gorbatsjov, een nieuw soort leider, die Perestrojka en Glasnost beloofde, duidelijkheid en eerlijkheid (zo moet je dat dan maar vertalen) en ja, dat gebeurde.

De Muur viel, tot iedereens genoegen, zoals Wim Sonneveld het ooit zong, het IJzeren gordijn werd doorgeknipt, om te beginnen in Hongarije en Oostenrijk en heel de wereld herademde. 

We zagen de 'Ossies', zoals de Oost-Duitsers werden zo genoemd, met hun plastic autootjes (Trabantjes, nu een verzamel object) die vreselijk stonken en vreselijke uitlaatgassen uitstootten opeens in de brede en dure winkelstraten van (West) Berlijn rijden, we zagen de Ossies over 'Unterlinden', de Kalverstraat van Berlijn, lopen en helemaal gek worden van de hun toegemeten vrijheid. We zagen dat die vreselijke Muur werd neergehaald, die Muur die het hele lend splitste. 

We hadden eerder al gezien dat sommige Ossies, maar ook VOPO'S waren ontvlucht naar het Vrije Westen, soms met medeneming van hun wapen, er staat nog een foto op mijn netvlies gebrand van een VOPO, die over een hek sprong. 

Jaren later kam er de vrijheid van Polen en TsjecoSlowakije en einelijk herademde de wereld weer, maar het ging allemaal helemaal mis.

Er heerste in Rusland een soort democratie, die geen democratie was, maar die er een van een Westelijk tintje was. "Poen, poen. poen", zoals in het liedje "De orgeldraaier', ik geloof van Wim Sonneveld, heerste er opeens in dat rare en nare land. Onder die strofen kwam er een oud kolonel van de KGB, de voormalige Russische geheime dienst, aan het bewind. Een klein mannetje, een ventje van niks, maar die wel de hele Kremlin in zijn zak had, ene Poetin. Waarom die al de Russische politici in zijn zak was wel duidelijk. Die KGB kende Alle geheimen van die politici, dus werd hij met meerderheid van stemmen voor het leven gekozen als president van de, ondertussen helemaal afgebrokkelde Sovjet Unie.

Poetin werd een dictator en heerste over zijn Rusland als de voormalige Tsaren of de voormalige dictatoren, als Stalin en Lenin. Hij is aartsconservatief en wil zijn land, het voormalige Russische rijk, weer groot maken. Daarom ging hij de vrije landstreek Oekraïne te lijf, nu al weer acht maanden gelden. De Oekraniers verdedigden zich met hand en tand en tot nu hebben de Russen alleen maar nederlagen geleden. Zij, de Russen, zetten nu allemaal total ongetrainde manschappen in en het aantal slachtoffers onder deze arme stakkers is heel hoog.

Ik lees uit berichten, o.a. van Dirk Sauer, ooit en nog Rusland correspondent van 'Het Parool', een man die een half leven in Rusland heeft gewoond en gewerkt, dat de Russische bevolking helemaal klaar mee ins met Poetin, met hun mannen/zonen/kleinzonen die naar die vreselijke oorlog worden gestuurd. 

Tja, ik begrijp het wel, maar de Russische mensen zijn moeilijk in opstand te krijgen, ze hebben genoeg narigheid gehad onder het bewind van al die heersers, die tirannen als Lenin, Stalin en noem maar op.


maandag 31 oktober 2022

Weer een koude oorlog? 1

 De meeste mensen van mijn generatie, ik ben natuurlijk nog maar jong met mijn zeventigste levensjaar en nee, ik vraag niet om complimenten, hebben wel veel herinneringen, hebben de nodige gedachten bij de Eerste koude oorlog en dan heb ik het niet over een Elfstedentochten van ooit.

Nee, ik heb het dan over de angstigste jaren van ons leven. Wij, een generatie die de Tweede Wereldoorlog nooit aan den lijve hebben meegemaakt, maar die vooral ooit hebben meegemaakt hebben door de verhalen en door die we van onze ouders, grootouders en van onze schoonouders hebben gehoord, met alle verhalen van onze meesters en juffrouwen van school, of die we ooit gezien hebben op de tv, vooral die prachtige, maar ook beangstigende serie van Dr Lou de Jong, 'De Bezetting',  met al die hevige beelden? Maar ook met alle geschiedenis programma's die we tegenwoordig hebben kunnen zien op tv en op film of in video en zo? Ik geef alleen maar het programma "Andere tijden"aan, echt een geweldig geschiedenis programma.

Wat een zin was me dat zeg. Maar ik wilde het zo uiten. Want het is waar. Onze voorgaande generatie, die ik net benoemde, hebben de ECHTE oorlog meegemaakt, met alle narigheid van dien. Onze generatie heeft nooit een echte oorlog meegemaakt, in de zin van invallen in ons land, beperkingen op eten of drinken of het sterven van familieleden of vrienden aan een frontlijn of door bombardementen of door torpedo aanvallen of door sabotage daden, zoals dat in Oekraïne nu dagelijks gebeurd, maar dan ook met drones, helemaal beangstigend zeg.

Wij, die senioren,  zijn een gelukkige generatie dus, zou je denken? En dat is misschien wel waar. Maar: wij, die Boomers, waar we altijd voor worden uitgemaakt, die juist zoveel mazzel hadden, zegt men dan altijd, hebben wel de Koude Oorlog meegemaakt en die was ook behoorlijk beangstigend. Wij, ik spreek even in meervoud, hebben in onze jeugd, we waren toen nog maar pubers, hoewel dat woord nog niet eens in zwang was, wel de dreiging van het Russische versus het Amerikaanse blok, dus Oost tegen West, meegemaakt en dat ook behoorlijk en tot beangstigend toe.

Ik was zelf nog maar een kleuter, net vier, toen de Russische troepen Hongarije binnenvielen, omdat daar een democratische regering, slecht een heel klein beetje, zijn hoofd op stak. Veel zal ik er natuurlijk niet van hebben meegekregen, maar, zelfs als kind, voelde ik de spanning wel die die inval in dat land tussen mijn ouders en mijn (redelijk veel) oudere broer en zussen heerste, ze hadden die oorlog bijna meegemaakt en waren natuurlijk onder de indruk geraakt door de verhalen van mijn ouders. Mijn broer was in die jaren dienstplichtig huzaar en droeg, toch wel met trots, het kaki en de baret van het regiment, waar hij, als chauffeur, was bij ingedeeld.

Toen ik net een tiener was, vielen de Russen Tsjecho-Slowakije, binnen, het land is nu opgedeeld en ik herinner me weer de angst voor een derde wereldoorlog, met de zelfverbranding van Jan Palach, afgrijselijk, maar op tv beelden te zien.

Toen besloot ik, als zestien jarige, dat ik me af zou gaan zetten tegen het Russische  blok, nu ja, eigenlijk tegen alles wat communisme was en alles wat andere ideologieën die andere mensen en andere geloven en andere politieke meningen overheersten. Ik zou bij Defensie gaan en met name bij de Marine.

Toen had ik nog geen weet dat de andere wereld, voornamelijk de USA, ook niet zo een beste rol speelde in onze wereld zoals die we kenden.

woensdag 28 september 2022

Vrijheid van meningsuiting

'Veel vrienden of bewonderaars zal ik hier niet mee scoren, maar ik ben ook niet op deze wereld om vrienden of bewonderaars te maken', wie zei dat nog maar weer? Mark Twain of een of andere Engelse en bijna vergeten schrijver? Ik weet het niet echt meer, maar het voldoet wel aan mijn gevoel, het voldoet wel aan mijn mening, hoe onbelangrijk die dan ook moge zijn. 

Over vrijheid van meningsuiting, dat is het onderwerp van deze Blog, waarmee ik vermoedelijk waarschijnlijk veel mensen ga raken. (Hoewel? Mijn blogs blijven redelijk ongelezen, hoor.) Het is een onderwerp dat verankerd ligt in onze grondwet. Vraag me niet specifiek in welk artikel. Nu ja, nu hoort iedere NL'er de grondwet te kennen, maar nee, het is niet mijn specialiteit, behalve dan dat ik weet dat ik mag zeggen en denken wat ik wil. Mensen die dit lezen en beter zijn in al die artikelen mogen me meteen afschieten en zo, maar ik denk dat die vrijheid van meningsuiting heel hoog staat in ons aller denken en voelen en in de grondwet. 

Kijk nu eens om je heen, in deze sombere tijd. Deze tijd waarin wij allen, maar dan ook denk ik allen, behoorlijk nerveuze gevoelens hebben, Niet alleen over de oorlog in het oosten, niet alleen over die magoggel in het Kremlin, maar ook over de steeds meer en meer stijgende energieprijzen. Heel veel mensen hebben het slecht of zijn bang het slecht te gaan krijgen en dat is logisch, natuurlijk. Angst is een slechte raadgever, heb ik altijd begrepen, maar angst lijdt ons wel en ja, helaas, beheerst ook, misschien, wel een beetje of meer, ons leven. Wij, gewoon volk, hebben altijd mar moeten accepteren wat er door de mensen aan de top, over ons werd beslist.

Zie alle crises die mijn generatie hebben doorgemaakt, zie alle crises die onze kinderen en onze kleinkinderen nu doorstaan. Oorlog, inflatie, stijgende prijzen en daarbij ook nog eens een angst voor DE BOM, zoals wij, mijn generatie dan, dat noemden in die afgrijselijke Koude Oorlog. Soit. 

In de Tweede Kamer kwam het, tijdens de algemenen beschouwingen tot een onverkwikkelijk schouw- en hoorspel, misschien ook door angst en onzekerheid ingegeven. Een Kamerlid, fractie voorzitter van het Forum voor Democratie, ging helemaal door het lint. Zijn partner stond op hert pint om te moeten gaan bevallen en ja, wij weten allemaal dat zwangerschap en bevallingen enorme emotie verwekkers zijn. Hij, ja ik heb het over T. Baudet, beweerde in een toespraak, dat de huidige minister van Financiën, ene mevrouw Kaag, wel eens door de communistische partij zou zijn gerekruteerd, tijdens haar studie in, of is het op, Oxford. Hij refereerde natuurlijk aan bestaande, al lang overleden figuren, als Burgess, Philby en Maclean, maar er waren er meerdere, die daar waren gerekruteerd en veel geheimen prijsgaven aan de 'Russen' zeg maar. (Lees John Le Carre maar eens, heel goed leesvoer.)

Maar ja, ik geloof niet echt dat Kaag een commu spionne is/was, dat lijkt me heel stug. De meeste kabinetsleden liepen overigens wel weg tijdens zij statement, maar dat vond ik dan weer niet slim, maar, nogmaals, wie ben ik. Het ware beter geweest om hem te laten raaskallen (ouderwets, maar fraai woord, vind ik) en hem dan met feiten om de oren te meppen. Want: mocht B dat zeggen? Het was niet handig natuurlijk, het was niet slim en het heeft hem geen punten bezorgd in den lande, behalve bij het hysterische clubje half malloten waar hij de Fuhrer van is, maar ja, in mijn idee mag dat dan wel want, en dat is het punt van mijn betoog:

Ik verafschuw wat u zegt, maar ik zal uw recht om het te zeggen met mijn leven verdedigen.

Origineel: Je ne suis pas d’accord avec ce que vous dites, mais je me battrai jusqu’au bout pour que vous puissiez le dire

Dit zei Voltaire, een van de grootste denkers van onze tijden. En ja, dat zal ik ook blijven zeggen. Je hoeft het niet te zeggen, het was ook niet slim van die B, die ik absoluut verafschuw, maar hij MAG het zeggen. (Helaas?)

 

zaterdag 17 september 2022

MG of MZG

 Ik heb genoten van het verhaal van Oscar over dat ontsmetten. En ja, dat schoftenboek? Dat wist wat, zoals je dat noemt. Op de jager Hr. Ms. Rotterdam, een k.. schip overigens, liepen mijn 'kleintje' da;s niet degenererend bedoeld, maar zo werd de eerste klas ZVP nu eenmaal genoemd, een op en een af de 'wacht 'in een buitenlandse haven. Ik pakte vaak die wacht op de vrijdag en de zondag, de man. later vrouw, in kwestie kon dan naar hartenlust op de vrijdagavond stappen en de zondag de gang gaan met fototrippen of  dergelijke. De zaterdagmiddag was dan voor mij. Vaak ging ik dan even boekwinkeltjes in en snuffelen in andere zaakjes of een pint drinken en een lekkere hap doen. (Aan boord van Hr. Ms. schepen at je voortreffelijk, maar je kon, in bv Mexico/Sranang/Bermuda/San Juan, nu ja, noem maar op, ook behoorlijk lekker knagen.)

Maar goed, mijn kleintje, Raymond, werd halverwege de Westterm overgeplaatst om de KPL opleiding in te gaan. Gegund en van harte gegund. Maar ik was wel zonder assistentie, vanaf die dag. Van de thuisbasis, MBPAR, had ik al helemaal geen steun te verwachten, ze hadden me behoorlijk ingeroosterd op hun wachtlijst als we binnenlagen en wel zo, dat ik beide kerstdagen de wacht had en ja, toevallig ook nog eens met oud en nieuw. Zij konden dan hun feestdagen vieren in de 'boezem van de familie', zoals de toenmalige Chef ZB mij vertelde. Nu ja, geen probleem, niet echt, het was een fraaie gebouw, ze hadden heel veel rantsoenen en zelfs een uitgebreide bibliotheek, waar ik Gabriel Garcia Marquez ontdekte: "Honderd jaar eenzaamheid." Wat een geweldig boek.
Soit.
 
Maar ja, toen moest ik nog enkele maanden in mijn uppie de ZB beheren. Ik had dan wel een arts aan boord, ene 'Tom Okker',  zo genoemd naar zijn hevige liefde voor die, in mijn ogen nog steeds, overdreven en idiote sport waar die Okker een kampioen in was maar ja, hij was een leuke vent, KMR arts, en hij was echt een goede arts, want juist omdat hij KMR was en ja, ik mocht hem graag, maar aan gewone dagelijkse ziekenboeg dingen had ik niets aan hem, zoals de doorsnee ZVP/LDGD wel zal begrijpen. 
Ik moest er dus niet aan denken om 1 op 1 af de wacht te hebben in het buitenland. Tom en ik deelden de 'wachten' aan boord dan wel, een (1) op en een af, maar ik wilde hem niet opzadelen met een tiental totaal bezopen maten die: "ik kom eigenl hups, eh effe ej sliks ontersmette, sliks, pa, hups" en zo. Dus liet ik de SCHR EO een stencil maken met de regels uit het 'schoftenboek'. De kajoe, die had je toen nog aan boord van die schepen, zei de ouwe man weer eens, maakte een keurig postkastje en hing die op in de protocolair ruimte, een klein hoekje onder de veertig MM toren aan SB zijde. De op maat geknipte stencils lagen daar in, met een dik potlood ingevuld en na het weekend in een wilde haven, nam ik ze allemaal over en zo was het schoftenboek weer compleet.
 
(Ik kwam overigens in de MKAD een naam in het schoftenboek tegen. De man was een zoon van de toenmalige Chef ZB. Later is die man, de zoon, dan, hoog gestegen bij de politie van onze hoofdstad. Ik moest af en toe wel grijnzen als ik hem op een persconferentie zag.)
 
Even over die Caramel zalf. (Calomel, natuurlijk) Dat was zo een vreselijke meuk, schijnt, dat je het amper van je kloris of je ondergoed af kon krijgen. Nu ja, met margarine dan, dat loste die meuk wel op. Dus zag je heel veel mannen bij de BOTT neer strijken en allemaal een pakje met boter/margarine mee krijgen. Dat smeerden ze later, als de tijd was versterken, dan op hun delen die in contact waren geweest met de mogelijk door de dames besmette delen, vooral de genitalia natuurlijk. Dus draaiden de calomel gezalfden die delen in met toiletpapier. 
Nu was het zo dat we in die tijd kort en lang kakhi en lang en kort wit hadden. Nu ja, kort en lang: de sokken eindigden allemaal net onder de knieschijf en de korte broeken eindigden net boven de knieschijf, zodat je altijd behoorlijk bruine patellas had. 
Nu was de verdenking op de SPR gevallen dat hij vreemd was gegaan in San Juan, maar nieman wist het antwoord, nu ja, ik, maar ik hield mijn muil, natuurlijk.
We gingen BOZ'en met een Yank, een kruiser geloof ik en we hadden, natuurlijk kort kahki aan. Aan helmen en zwemvesten deden we niet in die tijd, gelul, een zeeman was een zee,man, toch? Een van de KWMR's  keek naar de benen van onze kaan en brulde: 'Schipper, ik zie papier.' De kaan keek onmiddellijk omlaag, hij gaf zichzelf daar mee weg en de mannen in de bredezij lachten zich rot. De KWMR aanvankelijk ook, tot hij, tot de laatste dag van de term, een op en een af had, bij zowel ree- als zeewacht.

Nu was alles wat er omging in de ZB MG, Medisch Geheim en terecht, natuurlijk. Zo moesten we formulieren invullen, in viervoud, over ziektes en mensen. Het eerste formulier ging in het ziekteboekje van de patiënt, het tweede en derde werden opgestuurd, naar HGDZ en Statistiek en het vierde deel, een groen exemplaar, vaak al helemaal niet leesbaar meer, door het vele carbon dat er tussen zat en de slechte schrijfmachines, ja schrijfmachines, een computer, zoiets dan, werd als legger gebruikt in een klapper. van de  Medische Administratie. (Dit terzijde)
 
Maar er waren ook berichten verstuurd en gestuurd die Medisch Zeer Geheim waren, zogenaamd MZG. Die berichten/brieven/aantekeningen waren alleen bestemd voor de Officier belast met de Medische Dienst, de arts, dus. Vaak waren die brieven etc. volkomen quatsch. Ze gingen dan over een onderzoek naar SOA of naar het steriliseren van een van de mensen aan boord. Nu ja, je bent ChefZB, dus open je de brieven, agendeer je ze, maakt notities van die post in de agenda en het 'brievenboek' en ja, je weet wat er speelt. Ook omdat er soms info in stond die je als pa/ma beter wel kon weten, ivm gezinsomstandigheden en dat soort zaken, die van belang konden zijn voor de betrokkene maar ook voor jou. 
 
Ik heb nooit echt begrepen waarom MG en MZG zo separaat werden gehouden. Antwoord?
 

zaterdag 20 augustus 2022

EVO MHO en het laatste deel

Onze EVO duurde een jaar, nu ja, 53 weken of zo, wij waren Eerste Vak Opleiding  26, als ik het goed heb. (Peter Asselman maakte een fraaie 'Wapenschild' van onze opleiding met als wapenspreuk: SIOS, betekenend "Soppen Is Ons Streven", want soppen dat moesten we. De patiënten, bedden, de stoelen en nu ja, alles wat op zo een ziekenzaal aanwezig was. (Die wapenschilden, sommige dan, schijnen nog te bewonderen te zijn op het OCMGD, vraag ik aan oud collega Huub B.?)

We kregen allemaal witte jassen aan, twee stuks, dan kon je ze laten wassen, we zagen er uit als artsen en we voelden ons ook wat 'groots' herinner ik me.

Ondertussen heb ik begrepen dat er meerdere collegae hun herinneringen aan hun tijd in dat MHO op papier zetten en dat vind ik hartstikke leuk, ik las in ieder geval een sterk, maar fraai en waar verhaal van Oscar Blom. En: helemaal met hem eens, we werden vaak voor de leeuwen gegooid. Niet alleen als ZVP v/d W dan wel LLZVP v/d W maar zeker op de ambu, maar ook als pleeveger op zalen. (Pleeveger is een uitdrukking die ik hoorde van ons aller zuster Van der Lelie (de spelling van haar naam is waarschijnlijk niet goed) maar ik hoorde haar die kreet gebruiken tegen een collega leerling: 'Je hebt verplegers en pleevegers, jongen, maak zelf maar uit wat je bent.' 

Ik weet nog dat ik, ik had slechts theoretische les gehad en had misschien eens op een kunstarm geprikt, een patiënt een IM injectie moest geven. Ik deed dat helemaal Lege Artis, maar bij het terughalen van de naald zag ik een druppel bloed op de door mij toegebrachte prik plek. Ik plakte een pleister, zei dat dat niet erg was, dat van die druppel bloed en zo en maakte dat ik weg kwam. Ik heb er amper van gesnurkt die nacht en liep als een haas de volgende dag naar de zaal van die pat. De man was wakker en zat rustig in zijn bed te puzzelen, keek wat verwonderd op over het gezicht van die geschrokken "net-niet-meer-puber-in-zijn-heilige-witte-jas". Whoaw, er viel toen wel een steen van mijn hart. (Ik hen geen idee hoeveel IM/IV/SC/IC vaccinaties ik ooit later heb gegeven of het aantal Intra Veneuze bloed afnames die ik ooit deed, overigens, maar dit was de eerste en meteen de ergste.)

Goed, zo leerden we theorie en praktijk, werkten op poli's en op de OK, deden EH diensten en werkten op de ambu (lees Oscar's verhaal nog maar eens.) We hadden de Groene Boeken, twee delen die 'alles' zouden zeggen, maar dat nauwelijks deden, we hadden instructeurs die les konden geven en hen die dat allemaal helemaal niet konden. We hadden een nstructeur die het had over bacillen die als een spieboot door het lijf gingen, maar na enig navragen bedoelde hij een Speedboot", We hadden lol, we hadden verdriet, we maakten ruzie en we maakten weer vrede, we zagen MASH en zongen 'Suicide is Painless' eindeloos, we rukten met de ambu uit naar de Zeeweg als er weer eens races waren geweest in Zandvoort en we raapten mensen bij een zomerse vijver op, mensen die hun schaatsen nog onder hadden in juli. We leerden vloeken en vergeten, we leerden zusters kennen en we werden verliefd en we werden bedrogen, kortom: we werden volwassen met alles wat daar bij behoorde. "It was the best of times, it was the worst of times." (Vrij naar Charles Dickens)

(Wat we ook leerden, maar dit is een toevalligheid die me afgelopen vrijdag weer eens te binnen kwam: handvaardigheid in de apotheek. Ja, zijstapje. Afgelopen vrijdag was ik in Utrecht voor de start van de Ronde van Spanje, een wielrenwedstrijd gedurende drie weken die voor de tweede maal in ons land start en nu dus in die stad. Een oud scheepsmaatje had me uitgenodigd en we dronken een bakkie bij hem thuis. Zijn zuster was ook aanwezig en we raakten aan de praat en zij was apotheker assistente geweest te zijn. 'Oh, sloeg ik aan, 'pillen draaien, suppositoria maken, poeders vouwen, dat soort dingen?' Ze keek me verbaasd aan en vroeg hoe ik dat allemaal wist? 'Allemaal geleerd tijdens mijn zvp opleiding in die kleine lesapotheek in dat Hospitaal', vertelde ik haar, toch wel met enige trots.)

Verrek, dacht ik, ja, dat deden we ook allemaal, niet alleen dat, maar we deden röntgen foto's maken, we leerden mensen afleggen en, ja, zeker, we leerden empathisch te zijn, we leerden mensen op te baren, katheters in te brengen en ja, wat leerden we eigenlijk niet? Nu ja, wat ik voornamelijk leerde was met mensen en hun kwalen en falen om te gaan en dat heeft me mijn hele "carrière" hoe die dan ook geweest is, bij gestaan. Daar ben ik blij om en het heeft me, na dat KM werk, ook nog vaak gediend.

Na het examen, de hele klas slaagde natuurlijk, werd ik de wijde wereld ingestuurd, als ZVP1 naar de MKAD. Met Ome Bart Vorstenbosch als Chef Ziekenboeg, met Roy Doeve, toen nog KPLZVP, twee mannen waar ik mij mijn hele leven aan heb opgetrokken, twee voorbeelden van voorbeeldige ziekenpas's en karakter mannen.

Goed, dit was mijn laatste verhaal over het MHO, dat ik vervloekt en geliefd heb en dat een heel groot deel van mijn leven bepaald heeft. Collegae, zend jullie verhalen in, plaats ze op deze pagina's, ik ben zo benieuwd over jullie levensloop. (Als het mag van de beheerder?)

Groeten, jullie voor eeuwig dankbaar voor een plaats in mijn leven,

Lucas Graver.

maandag 15 augustus 2022

MHO, deel drie ondertussem

Hierbij deel drie, geloof ik, van mijn reminiscenties over het MHO. Vinden jullie het niks, zeg het dan maar meteen. Ik vind er wel plezier in om die ouwe geschiedenis op te schrijven.
Over die rondleiding: ik put uit het geheugen van een bijna volwassen jongeman van nu 52 jaar her. Ja, later ben ik nog wel eens in het gebouw geweest, voor een cursus of zo, in ieder geval een opleiding tot röntgen medewerker, dat onder de bezielende leiding van 'Hansje' zoals iedereen haar noemde, een kordate tante en een schat van een meid, maar verder moet ik uit mijn geheugen 'peuren' zoals dat heet. Dus vul me aan/verbeter me met mijn onwaarheden of fouten.
Die rondleiding in dat ziekenhuis was nog al wat voor mij. Zoals gezegd, ik had nog nooit een ziekenhuis van binnen gezien. Wel een sanatorium, mijn jongste zus, die toch al weer acht jaar ouder was dan ik was, had, door een zwaar studentenleven, echte heuse en ware TBC opgelopen, een ziekte die vroeger bijna was uitgeroeid in ons land, maar nu, schijnt het, weer aardig aan een terugkomst bezig is. (Naar men beweert door de immigratie golf die in ons land neerstrijkt?) Maar een sanatorium heeft ook wel veel zalen maar die zijn slechts gevuld met, naar mijn herinnering, slechts twee, hooguit vier bedden en zijn bijna allemaal groot en hebben allemaal grote deuren en ramen op het zuiden en zo, vanwege de goede lucht? Soit, het is al zo lang her. Rest me te zeggen dat die zus restloos genezen is, ik nooit meer contact met haar heb en dat ik in die tijd mantoux en BCG prikken heb gehad.
Het MHO was een apart gebouw, ik vertelde het al een beetje en nogmaals dat boekje over de geschiedenis van dat gebouw zal er meer over vertellen. Ik heb er vanmiddag weer naar lopen speuren, kwam van alles tegen waarvan ik het bestaan niet meer wist, een boekje over de het stichten van Nieuw Amsterdam, een boekje over de vloot rond 1840 en nog wat snuisterijen, maar helaas, niets over de geschiedenis van dat hospitaal.
De rondleiding begon in het 'souterrain', de kelder zeg maar. En ook echt 'onder de grond', uit het Frans vertaald, leek me. We moesten diverse trappen af en kwamen uiteindelijk terecht in een vergeten, door mij dan, hoekje. Het gebouw was in een vierkant gebouwd, met brede gangen die allemaal, rechts en links, kantoren of andere ruimtes bevatten. We begonnen met de meest westelijke gang, de logistieke gang, zeg maar. Daar waren het kombuis, een voortreffelijke keuken overigens, gevestigd, maar ook o.a. de bottelarij. Het eten in het hospitaal was voortreffelijk, overigens. Vele oud KM koks sleten daar hun 'na pensioen' jaren. Er waren verder ook diverse bureaus van de schoonmaak dienst en zo voort. Om de hoek, rechts af, voorbij het trappenhuis en de liften, kwamen we bij, onder andere de röntgen afdeling, onder leiding van KTZAR Koerkamp. Tegenover die afdeling was er een gangetje dat naar het archief van dat departement leidde. Daar ging je dan door en dan kwam je in de kapel, waar de overledenen werden opgebaard. Dan door een stoffig gangetje scherp links naar de obductie kamer, waar dus secties werden uitgevoerd. Ik heb daar menig keren huiverend staan kijken. Ik haatte die zaken. Natuurlijk 'kon ik niet bevroedden' zoals het chique heet in ouderwetse lectuur, dat ik, toen eenmaal de rang van SMJRLDGD bereikt en als chef instructeur, nog meerdere malen een obductie zou moeten bezoeken, met de toenmalige ook nogal ontvankelijke jonge leerlingen van het OCMGD.
(Persoonlijk? Ik vond dat latere OCMGD een gruwel, er werd in mijn ogen duidelijk een scheiding geschapen tussen ons: ZVP/LDGD, mensen van de praktijk, die als een jong MATR het vak moesten leren kennen en dat ook heel grondig om zelfstandig te kunnen werken a.b. schepen zonder arts/OOFFLDGD en de mensen van KL of KLu, allemaal goed bedoelende en goedwillende mensen, maar die altijd wel konden terug vallen op een arts of andere instantie in hun buurt. Maar goed, dat is een van mijn stokpaardjes van ooit.)
Verder ging de mars. Dan kwamen we aan de gang van de poli's. 'Wat is een poli?', durfde ik net te vragen aan mijn, ondertussen maatje, Bert Vervoordeldonk, "Och, gij weet goedomme ook van niks", was zijn Brabants antwoord, "een poli is een poli, witte ge het nau?" Ik vroeg hem wat het dan wel betekende en hij knipoogde zoals alleen hij dat kon. "Da leerde ge nog wal", zei hij wat spottend.
Maar goed, ja een poli was dus een polikliniek, begreep ik, een woorden samenstelling afgeleid uit het Grieks van 'Polis', stad en een plek waar mensen verzorging konden krijgen voor hun kwalen.
Chirurgie, ja dat woord kende ik, Oog afdeling, daar kon ik me wat bij voorstellen, KNO, ja, dat zei me wel wat, maar de rondleidende instructeur lachte wat besmuikt toen hij het over de DVA poli had. Ik was niet de enige die wenkbrauwen optrok tot de hoogte van de haargrens. "DVA? "Ja", zei de sergeant majoor: "Het betekent: Door Vrouwen Aangetast". Ik was zo bleu, toen nog, dat ik geen idee had wat de man bedoelde, maar uit zijn lang en snuivend geluid meende ik op te maken dat het iets raars was. Later legden Bert en Peter me uit wat daar mee werd bedoeld. "Oh, zei ik", naar een citaat van de schrijver Leonard Roggeveen.
Toen gingen we het eigenlijke "House of God" * binnen.
* House of God is een boek van Samuel Sham, pseudoniem van Stephen J. Bergman, die een heerlijk cynisch boek schreef over zijn artsen opleidingstijd in een Amerikaans ziekenhuis. 'LOL in need' en 'GOMER' zijn hele fraaie uitdrukkingringen uit dat boek.

 

zondag 14 augustus 2022

MHO deel 2

(Voor deze herinneringen aan mijn jeugdig ZVP bestaan graaf ik in een verleden van minstens vijftig jaar her. Dus excuseer me als ik dingen fout heb, ze "bestaan slechts zo in de geest van de auteur", zoals dat in boeken wordt genoemd. Ik heb toestemming van de beheerder van dit forum om wat verhaaltjes te schrijven. Af en toe noem ik een naam en zet daar dan een (*) achter, waarbij ik aan de oplettende lezertjes, mocht men mijn stukjes al lezen, vraag om de eventuele verdere geschiedenis van deze mensen.)

De volgende ochtend, er waren in de late avond nog meer ZVP's in spe aangekomen, ontmoetten we elkaar in de lange slaapzaal, die over de hele lengte van de oostelijke zolder verdieping liep.

Even iets over dat MHO. In 1948 werd het nieuwe Marine Hospitaal in Overveen in gebruik genomen, na dat van Willlemsoord, in Den Helder, gevestigd in voormalig Huize Duinrust. Dat was door de Kriegsmarine danig uitgewoond en had na de Tweede Wereldoorlog eerst gediend als onderdak voor politieke delinquenten. Voor die tijd schijnt het MHO als klooster gebouwd te zijn. Er is een heel fraai boekje over de geschiedenis van dat gebouw geschreven door o.a. Henny Muhlheim, (*) (voormalig LTZVK van ons dienstvak en een geschiedenis liefhebber) en door een mijnheer Bokshoorn, die ik overigens niet ken. Dat fraaie boekje heb ik natuurlijk nog ergens. Na een speurtocht door mijn overvolle boekenkasten en idem planken en over de nog meer van boeken overvolle zolder, heb ik het niet kunnen vinden, dus zal ik jullie niet vervelen met een grote en misschien saaie historische verhandeling.

Maar goed. De volgende ochtend, na een verkwikkende douche in een van de twee badruimtes ontmoetten de mannen (dat mag gelukkig in deze tijd wel, we waren toen allemaal mannen/knullen en hoefden niet op gender en zo te letten) elkaar in de eetzaal manschappen. Die was gevestigd op de bovenste etage, daar waar wij ook sliepen, maar dan om de hoek, aan de kant die uitkeek op de straat. Velen van hen kende ik natuurlijk al, Didi Hansen (*)  met zijn fraai en zangerig Limburgs accent, Bert Vervoordeldonk, (*), een knoestige Brabander, die een hele goeie vriend zou worden, hij kwam uit de Hamerstraat in Den Bosch, een heerlijke stad overigens, ook  een jongen uit Soest die vertelde dat hij Midget Golf kampioen is van zijn provincie en nog wat van die mannen, wiens naam ik vergeten ben, helaas, maar ja, 52 jaar doet wat met je geheugen. 

Reinhard May schreef een prachtig nummer over dat onderwerp: 'Kommt giess mein Glass noch einmahl ein', waarin hij zich namen en vrienden van vroeger wilde naar boven halen. Ook is er een HOFM2ZM, ene Peter A., die al bij de vloot had gediend, met wie ik ook heel goed bevriend raak en van wie ik later nog getuige van zijn huwelijk mocht zijn. 

Dan is het tijd voor 'baksgewijs', zeg maar. We worden, door een OOFF, in een leslokaal gebracht waar we plaats nemen en de hele troep instructeurs zien binnen komen. Er wordt een klasoudste benoemd, gelukkig ben ik dat niet, het is Peter, die al een (smalle) kras op zijn mouw heeft en hij roept, na zijn benoeming,: 'Zit recht'. Dat doen we, gehoorzaam aan de EVO, die net een weekend achter ons ligt en ja, het goud stroomt dan binnen.

Als eerste een lange LTZVK, (Lange Jaap) Nijssen, (*) het hoofd opleidingen, wiens zoon later een succesvol schaatstrainer was. Het is een man met een oorlogsverleden, hij was ooit de KPL ziekenpa a.b. Hr. Ms. Friso, een korvet van de Flower klasse, die aan onze KM was 'uitgeleend', zeg maar en de oorspronkelijke naam Carnation droeg. Het was een lange en rijzige man die met een fraaie stem ons welkom heette. Zijn bijnaam werd als snel 'Mozes en Aaron.' Hij was redelijk steil in de leer en zijn eeuwige verzuchting was die uitspraak.

Ik weet niet of hij streng en rechtvaardig was, ik heb nooit veel met hem van doen gehad, als ik eerlijk ben. 

Daarna werden de andere OOFF instructeurs voorgesteld. En dat waren er nogal wat. Natuurlijk SGT Gijsberts, die me de vorige avond zo vriendelijk ontvangen had, maar ook SGT Charon de SaintGermain (*), (is die spelling correct?), de SGT Bik(*), de SMJR Cramer Bornemann(*) en nog meer van die artiesten. 

Ook al deze OOFF waren veteranen, en dat was eigenlijk natuurlijk. Het overschot van hen had allemaal in "De Oost" gediend, in wat toen "politionele acties" werd genoemd. De meesten van hen zullen nu onderhand overleden zijn, dat neem ik voor het gemak aan, maar het waren geweldige mannen met een enorm verleden. (Momenteel is het lid van deze LDGD club, ene John "Bintang" Boon, een zeer aimabele en collegiale man, nog de enige in levende zijnde drager van een hoge medaille, van ooit, van toen, naar mijn weten).

Maar goed, de ene was OOFF was meer favoriet dan de andere, da's altijd zo. Mijn favoriet was wel die Charon. Hij was een man onder de mannen, een kleine en dappere man, die klaar uit zijn ogen keek en hij kletste normaal tegen je en kon je heel gemeen tegen je schenen schoppen als je iets niet goed had gedaan. Dit terzijde.

Daarna begon de rondleiding door het ziekenhuis in een aantal groepen. Nu had ik nog nooit in een ziekenhuis gelegen, dus voor mij was alles nieuw en wonderbaarlijk.

 

 

vrijdag 5 augustus 2022

MHO

 MHO

 

(Voor deze herinneringen aan mijn jeugdig ZVP bestaan graaf ik in een verleden van minstens vijftig jaar her. Dus excuseer me als ik dingen fout heb, ze "bestaan slechts zo in de geest van de auteur", zoals dat in boeken wordt genoemd. Ik heb toestemming van de beheerder van dit forum om wat verhaaltjes te schrijven. Af en toe noem ik een naam en zet daar dan een (*) achter, waarbij ik aan de oplettende lezertjes, mocht men mijn stukjes al lezen, vraag om de eventuele verdere geschiedenis van deze mensen.

Ik tracht zo weinig mogelijk namen te noemen, privacy is een hoog goed. Soms zal ik dat doen, zonder boosaardigheid of kwaadwilligheid.

Deze verhaaltjes gaan in de vorm van een Blog, makkelijker te schrijven dan lange stukken op Fb. Ik heb, voor de policor, marineman/marinevrouw' maar vervangen door 'marinemens'.)

Het was een wat mistige en druilerige zondagavond rond 0800 aan het begin van oktober 1970. Ik stapte, met een regenjas over mijn 'beide schouders en een plunjezak over mijn rechterschouder uit de lange trein van Maastricht naar Zandvoort. Ik was in Amsterdam CS op die internationale trein gestapt, nadat de bijna boemel uit Assen me naar de hoofdstad had vervoerd. Ik moest me namelijk die aanstaande maandag rond negen uur, volgens mijn reisopdracht, melden in het Marine Hospitaal Overveen. Omdat ik in een klein dorpje in het noordoosten des lands woonde, was het moeilijk om die maandagochtend af te reizen, het busvervoer begon pas rond hal zeven, ik zou dan om half acht op mijn vertrek station zijn en de trein di ik dan zou moeten nemen zou hoogstens om half tien in Mokum zijn, waarna ik de stoptrein richting Zandvoort moest nemen en dan, ja, dat is de angst van elk marinemens om te laat te komen, pas rond half elf mijn opwachting zou kunnen maken in dat MHO, waar ik geen snars van wist of kende. 

Ik was overigens in de eerste coupe van die trein gestapt en moest dus het hele lange perron aflopen naar het hek, mijn vrijvervoerbewijs laten zien en werd verwezen naar de locatie van dat ziekenhuis, dat er helemaal niet als een ziekenhuis uitzag. Het was overigens de laatste keer dat ik in het eerste rijtuig van die fraaie trein instapte, gewaarschuwd door de lengte van de wandeling. 

Ik kwam op het terrein van het hospitaal, dat net naast het spoor was gelegen. Behoorlijk nerveus liep ik de korte oprijlaan op, langs een "schilderhuisje",  zonder schildwacht, liep, verbaasd en nerveus, de hoge trap op naar de voordeur, belde aan en ging naar binnen. In een soort aquarium zat een verveelde CHF 2 op van zijn Playboy. Ik liet mijn reisopdracht zien en stelde me voor. Hij geeuwde luid, keek me wat vaag aan en drukte een toets in op een schakelbord, een van die toetsen die ik later nog zo vaak zou zien. Een telefoon ging, hij beantwoorde het apparaat en liet me weten even te wachten. 

Iets later werd ik opgevangen door een man van in de dertig die een witte jas droeg over zijn marinebroek en overhemd. In die jas droeg hij, op de revers, de strepen van een SGT.

'Welkom", zei hij. 'Je bent behoorlijk vroeg, hoor. Ik ben sergeant Gijsberts(*). Wie ben jij?' Hierna bracht hij mij naar de zolder van het bijna lege ZVP domein en zei dat ik bijna elk bed uit kon zoeken, maar raadde mij aan dat niet al te dicht in de buurt van de toilet groep te doen. 'Dan doe je bijna geen oog meer dicht, 's nachts', vertelde deze aardige man, die ik heel hoog had, me.

De volgende keer even over de collegae van mijn opleiding, over de andere OOFF en over de LTZVK die het hoofd opleiding was.

woensdag 27 juli 2022

Een boer is een koe met een pet op

 "Een boer is een koe met een pet op"

De titel van dit stukje is een uitspraak van mijn vader en hij kon het weten. Hij is zijn hele leven molenaar en graan- en veevoederhandelaar geweest en zodoende zijn hele leven in contact geweest met boeren en hun fratsen, voor een beter woord. En: hij had groot gelijk.

Ik wil zijn woorden nu even verduidelijken, want wat er vandaag gebeurde, dat is buiten alle normen en waarden.

OK, goed zeg het maar, scheld maar en rijdt jullie mestkarren maar voor. In eerdere stukken heb ik mijn adres al gegeven, dus jullie, boeren, kunnen het zo in de Tomtom intikken, als jullie al kunnen schrijven, natuurlijk.

Waar ik aanvankelijk achter hun woede stond is dat na verloop van tijd totaal veranderd. Goed, acties op en rond het Malieveld, toegestaan, doen, demonstreren is een recht, zo staat dat in de Grondwet. En ja, daar ben ik voor, natuurlijk. Maar du moment dat diverse demonstranten de mensen, die gewoon hun werk doen, in hun huizen gaan bedreigen en daarmee natuurlijk ook de gezinnen van die mensen, de ministers, staatssecretaressen en dergelijke, dan treden ze buiten die grondwet en buiten het recht op demonstratie. 

Vervolgens worden snelwegen geblokkeerd, met alle narigheid van dien. Enorme files die voornamelijk het hele drukke vracht verkeer stremmen en mensen niet de kans geven op tijd bij hun stervende ouders te zijn, dat is echt gebeurd. Maar ook de hulpdiensten werd de doorgang belet. 

Dat die k.. boeren, want sinds vandaag vind ik dat, dan ook nog eens afval, we hebben allemaal in het journaal gehoord van welke soort, op de weg lazerden is niet het allerergste, het allerergste is wel dat ze asbest dumpen. Een dodelijke stof, die, versplinterd en ook nog eens in brand gestoken een enorm gevaar voor de volksgezondheid is. Nu ja, die boeren hebben daar mest aan, natuurlijk, als hun (met veel subsidie onderhouden) bedrijfjes maar meer en meer winst op leveren op de dikke boeren bankrekening. (Bovendien zijn die erven nu even lekker opgeruimd en kan de gewone burger mee betalen aan het opruimen van de boeren shit, goed bedacht FdF, slim plan, boeren slimheid, heet dat)

Ik schreef al eerder dat de doorsnee boer absoluut een miljonair was, qua grond, bedrijven en have. Dus l.. niet over 'arme boeren', die bestaan gewoon niet. 

Maar ja, gelukkig hebben jullie Donald Trump aan jullie kant staan, dat geeft wel een hoop steun niet? De man heeft geen idee waar Nederland ligt, heeft geen idee wat en boer is. Dus ja, extreem rechts, Baudet ook natuurlijk, hebben zich meester gemaakt van jullie protest. Succes daarmee.

Ik hoop wel dat die galbakken die de snelwegen hebben afgefakkeld persoonlijk worden afgerekend over al die schade die ze hebben aan gericht en nee, ik, en velen met mij, hebben hun sympathie voor jullie allang verloren. Weet je dat er nog veel meer mensen met hun rug tegen de muur staan en al jaren?

De ambtenaren, die al jaren nooit een salaris verhoging kregen en die, niet als jullie, gesubsidieerd worden, de pensionado's, die al jaren niet geïndexeerd worden, de mensen in de zorg, die al jaren onderbetaald worden en die zich het 'jantandjes' hebben gewerkt, de afgelopen jaren, zonder enige subsidie of loonsverhoging, de mensen van politie en defensie, die ook nooit ene cent op hun loon extra kregen, de mensen in het onderwijs, die al helemaal niet werden beloond door Brussel, zoals jullie wel, nu ja, ik kan er meerdere soorten werknemers opnoemen die het slechter hebben dan jullie, dikke en domme boeren. 

Mensen die het niet zo breed hebben om hele dagen met trekkers de wegen te blokkeren waarover echte mensen die naar hun echte werk moeten gaan, maar door jullie, mest egoïsten, worden geblokkeerd. 

En ja, de gewone burger moet ook echt wat doen tegen de uitstoot, dat is helemaal waar. Maar doe nu even normaal, als jullie dat kunnen, zooitje egoïstische en egocentrische koeien met een pet op.

 

maandag 11 juli 2022

Een vakantie zonder de fiets

 Dit berichtje is veel later geschreven, ik had eerst geen inspiratie. Writers block?

 Het is al sinds jaren her dat er in onze vakantie gefietst word. Door mij, natuurlijk, maar soms met de geliefde. Met goed weer, uiteraard. Maar deze vakantie, vanaf vier april tot de 11e van die maand, gaat het niet worden. Een vakantietje, zonder fiets dus. Dat vraagt om uitleg.

Vanaf dat de geliefde, mijn E, elkaar vonden, na allebei rampzalige eerste huwelijken, zijn we een stel, nu al zo'n 39 jaar, waarvan 38 jaar gehuwd. In al die jaren, op misschien een of twee jaar na, zijn we elk jaar op vakantie geweest met de kinderen. Eerst met drie kinderen, dan weer met twee van deszelven, dan weer drie en later, toen de kids groter en het huis uit waren, met zijn beidjes. Toen de kinderen nog klein en schoolgaand waren, gingen we elk jaar twee weken weg, naar een bungalowpark, ergens in ons land of, soms, in België. Hoewel het zomervakantie was en het dus vaak dure maanden waren, deden we het toch. Over het algemeen gingen we dan vrijdag in het begin van de middag naar het bungalowpark en installeerden ons, deden boodschappen, kookten en genoten nog wat van wat het park ons te bieden had, vogelgezang, rust, ruimte, speelterreinen voor de kinderen en soms konden ze nog even gaan zwemmen. Later werd er gegeten en na gedane zaken keerde de rust terug en hadden we avondje samen.

De dag na aankomst keerde ik dan weer terug naar de woning, overhandigde de sleutels aan de buurvrouw die voor de planten wilde zorgen, pakte de racefiets in op de achterbank en vertrok weer naar het vakantieadres, waar ik, vaak dezelfde dag nog, een kort ritje maakte in de omgeving, op die racefiets. Dat ging zo enkele jaren door, totdat de kinderen hun eigen en vaak eigenwijze, gang gingen. Vanaf dat moment waren we even het spoor bijster, maar de lief had een goede oplossing. "Nu de kinderen er niet meer bij zijn, hoeven we ook niet meer in het, hele dure, hoogseizoen op vakantie te gaan", meende ze, "we kunnen nu bijvoorbeeld een weekje in het, veel goedkopere, voor- en naseizoen gaan. En, de fiets kan op de achterbank mee, wel met bescherming onder die ketting, natuurlijk."

Tja, een waarheid als een huis en zo deden we en doen we dat ook al jaren. De auto inpakken, de (uit elkaar gehaalde fiets, op een plaid op de achterbank, de bagage achterin en dan, twee maal 's jaars een weekje weg, heerlijk rustig, geen gedoe met gillende kinderen en ik fiets in de ochtend vaak een uurtje of twee. Daarna gaan we winkelen, rijden een stuk door de omgeving, pikken een terrasje, tosti, glaasje van het een of, niet alcoholisch, iets en dan terug, chillen, wat koken of afhalen, veel lezen, tv kijken, filmpje op de laptop, nu ja, vakantie.

Dat is jaren goed gegaan, altijd, nu ja, met bijna altijd goed weer, in ieder geval, op een buitje na, droog weer. Mijn E heeft er een handje van om fantastische goed weer weken te kiezen. We hebben, in de door haar gekozen vakantie periodes, altijd geweldig voor- of najaars- weer gehad. Ik fietste dan in de ochtend en ja, de rest hebben jullie al gelezen.

Tot die vreselijke vakantie van begin dit jaar, in april, in het fraaie Putten. De lief had weer eens een fantastisch park geboekt, een heerlijke woning, ruimte voor ons beiden en ja, ook voor de fiets. Maar, zij had ook het meerder dag weer overzicht bekeken en dat viel behoorlijk tegen. Veel nattigheid, veel wind en nee, geen fietsweer. Ook het KNMI bemoeide zich ermee. "Geen fietsweer, Lucas", hoorde ik de weervrouw zeggen. Dus, helaas, de fiets bleef thuis en ja, de KNMI mensen hadden gelijk, het was een week vol noodweer, hagel, donder, natte sneeuw en ja, ook regen. (Gelukkig had ik net John Connolly ontdekt en die boeken waren meegegaan. Heerlijk om te lezen.)

Gelukkig hadden we veel boeken en puzzels mee, ik had de hele Endeauvour series bij me en nee, we gingen er af en toe even uit voor een boodschapje. Helaas en heel veel minder gezien van die prachtige streek op de Veluwe. In september gaan we weer een weekje weg, naar Eibergen. Ik ga dan waarschijnlijk Zieuwent weer her revisiten? 

Soit, nu nog twee weken fietsen kijken en dan is de Tour helaas gedaan.

ASO fietsers

Tja.

Vaak, te vaak, lees je in of op, de media dat de fietser, de sportfietser, de fietstoerist, zoals dat  in Vlaanderen heet, heel veel narigheid te weeg brengt. Ze zijn asociaal, nemen de hele weg in gebruik, doen geen moer aan veiligheid van de medeweggebruiker en dat soort zaken hoor je meer. 

Ik ben ook een enthousiaste fietstoerist. Bij goed weer klim ik op een van mijn drie fietsen met kromme sturen en ga de landerijen rond mijn 'dorp' in. Amstelveen, mijn zogenaamde dorp, is met bijna 100.000 inwoners natuurlijk meer een stad. Een bruisende stad. Amstelveen herbergt een enorme 'witte boorden' industrie. Er zijn heel veel Japanse bedrijven gesitueerd in mijn dorp, blijf ik Amstelveen maar even noemen. Sony en Hewlett Packer zijn daar de grotere van, maar er zijn er meer, hoor. Dus ja, de grootste niet Nl bevolkingsgroep in ons fraaie dorp, zijn Japanners. Rustige, stille en bescheiden mensen, vaak redelijk jong, met een of twee kleine kinderen in kinderwagen of buggy bij hen, als je ziet winkelen.

Ook wonen er heel veel Indiërs, van die High Tech figuren, in ons dorp. Die mensen werken vaak op de zogenaamde Zuid As, daar waar men het geld uitgeeft dat in Rotterdam wordt verdiend, zeiden de Rotjeknorrders altijd. Maar da's natuurlijk onzin. Amsterdam werkt heel hard en Amstelveen ook, voornamelijk door heel veel golfbanen aan te leggen en te onderhouden.

Ik fiets vrij vaak over die golfbanen, er is een heel fraai fietspad aangelegd langs die, noem je het zo, links? Nu ja, ik zie heel veel van die golf mensen m/v, mag dat overigens nog geschreven worden, of moet ik dat hele alfabet erbij schrijven, LBHQTI, zuks dan? Zij, de golfers, gaan keurig rechts op het pad voor de golfers, ik ga keurig links op het pad van de fietsers, hoor. Dus geen conflicten, natuurlijk. 

Maar: er is veel onvrede over mensen zoals ik en met mij vele en vele duizenden. Wij, fietstoeristen, schijnen de nieuwe Taliban te zijn, of de nieuwe RARA of de bende van Jan de Lichte. (OK, dat is voor de kenners van Louis Paul Boon, natuurlijk.)

Wij zijn, na de Tokkies, de nieuwe aso's van de wereld. Dat is overigens wel een heel klein beetje waar. Ik leg dat uit.

Nogmaals en voor de zoveelste nogmaals. Ik ben ook zo een fietser op een fiets met een krom stuur. Maar! Ik ben geen aso. Ik stop voor overstekende mensen, voor rode lichten, steek mijn klauw uit als ik afsla, bedank en groet de 'seingevers' nu ja de m/v die de wegen bewaken en heb een PLEURIS hekel aan de mensen op snelle fietsen die dat niet doen. Daarom rijd ik altijd solo, nooit in een groep met van die magoggels. En ja, er is idd een groep van die egocentrische, wannabe Wout van Aert idioten die alle regels met voeten treden. Ik haat die gasten ook, maar, zoals Theo, in een van de fb meldingen, al zei, het is een minderheid, die, helaas, wel heel erg veel opvalt en ons, gewone fietsers, een slechte naam bezorgen. Ik spreek ze er geregeld op aan. Ik heb hun aso gedrag meerdere malen meegemaakt in oa de toeristen versie van de Amstel Gold Race. Het zijn vaak studentjes of wat van dat jongere grut, die denken dat ze alles maar kunnen maken. Maar: ook oudere in strakke pakken gehulde kerels zie ik dat soort dingen uithalen en dat maakt me sad. Ik heb ooit eens, een keer of twee, trachten uit te leggen aan dat soort idioten, want dat zijn het, dat ze, ons allemaal, goed bedoelende fietsers, een slechte naam gaven. Ze keken me appelig aan en vonden me een ouwe rechtse mannelijk geslachtsdeel. Triest, niet voor mij, voor hen.

Aan de andere kant is het ook zo dat heel veel gemotoriseerde verkeersdeelnemers faeces, zeg maar schijt, hebben aan fietsers. Het aantal malen dat ik bijna ben aangereden door die benzine, dan wel diesel, verbrande mensen is nog al frequent. Het overkwam me vandaag drie maal en alle keren had ik voorrang. Het zogenaamd onschuldige lachje van de diverse bestuurders hielp niet echt mee om mijn adrenaline niveau echt om laag te brengen.

Oh ja, er zitten er ook goede tussen, hoor. Die hebben vaak zelf een fiets en laten je voorgaan, maar dat is zelden. Nee, wij fietsers, ik steek de hand in mijn eigen, doen vaak fout en maken fouten, maar de mede weg gebruiker is ook heel vaak verkeerd bezig. 

 

zaterdag 2 juli 2022

Het nieuwe zien en horen

 Een jaar of vijf a zes geleden bleek mijn zelfbenoemde slechthorendheid geen slechthorendheid meer te zijn, maar was ik, geleidelijk, zoals dat gaat en zoals kenners dat weten,  afgegleden naar wat men doofheid zou kunnen noemen. Ingrijpen was dus nodig en ja, dan maar naar de gehoorapparaten business, Hans A., alom bekend. Ik kreeg de apparaten aangemeten en er ging een wereld voor me open. Heerlijk was dat. Ik hoorde weer vogels fluiten, ik hoorde weer de ruzies van de bovenburen, ik hoorde weer de geluiden in en op de straat en ja, ik hoorde weer mijn achteruitrij verklikker in de auto. Ik was der heel blij mee. 

Drieënhalf jaar geleden merkte ik dat ik steeds minder, nu ja, moeilijker, zag met mijn rechter oog, alsof ik een leesbril had met een heel vies rechter glas, alsof ik door een matglazen raam keek en zo. Mijn diepte zien werd ook minder, de sleutel in het slot van de voordeur steken werd een exercitie en ja, naar goed Nederlands gebruik ga je eerst te rade op het internet waar je diverse testen kunt doen. Nee, niets aan de hand, zei dat internet, maar ik voelde me er niet lekker bij en de huisarts verwees me door naar de oogarts. Toevallig een arts die ik nog kende uit mijn marine tijd. Hij was van de laatste lichting dienstplichtige artsen en hij was toen al bezig met zijn specialisme oogarts worden. Ik had hem ooit eens in ons winkelcentrum gezien, hij woonde en werkte ook in Amstelveen en we hadden een leuk praatje gemaakt. Hij was een lange, Indonesische en wat bescheiden man, maar een vakman. Ik kon, na een maand of vier, bij hem, in zijn kliniek, Eye Scan, terecht. Ik werd dus geopereerd en man, wat zag de wereld er daarna weer helder uit. Ik was der heel blij mee.

Een jaar geleden begonnen de gehoorapparaten van Hans A., je weet wel, gebreken te vertonen. Nu ja, ze hadden hun THT datum ook wel een beetje gehad, natuurlijk. Nu was mijn sympathieke filiaal, in Mokum oost, verdwenen en moest ik mijn heil zoeken in West of Noord. Dat werd dus in Noord, makkelijk te bereiken, want liggend aan de Ring, de A10. Het vervelende was dat het bezoek aan die winkel nogal vervelend was, een wat nare sfeer, een te veel nadruk op commercie en een wat kribbig gesprek met een van de medewerkers. Ik zocht mijn heil dus bij een andere firma, die ook nog eens als voordeel had dat die, iets verderop, in mijn straat was gevestigd, Beter Horen. Wij wonen op de Rembrand(t) weg (beide spellingen mogen) en die zaak was slechts een kilometer verder gevestigd. 

Ik werd er fantastisch ontvangen, helemaal gekeurd en met nieuwe apparaten uitgerust.(Er was een apparaatje bij, dat, als je het aanzette en voor de tv plaatste, het geluid zelfs doorgaf tot in de keuken of waar dan ook in huis en dat heel duidelijk). Ik moest wel een paar keer terug om ze af te laten regelen, maar ik hoorde weer: vogels fluiten, ik hoorde weer de ruzies van de bovenburen, ik hoorde weer de geluiden in en op de straat en ja, ik hoorde weer mijn achteruitrij verklikker in de auto. Ik was der heel blij mee.

Een jaar geleden merkte ik dat ik steeds minder, nu ja, moeilijker, zag met mijn linker oog, alsof ik een leesbril had met een heel vies rechter glas, alsof ik door een matglazen raam keek en zo. Mijn diepte zien werd ook minder, de sleutel in het slot van de voordeur steken werd een exercitie, nu ja, je hebt het allemaal eerder gelezen. Ik werd doorverwezen naar de oogarts. Dat was een aardige en sympathieke, niet al te lange, Chinese mevrouw en ik kon na een week of zes al terecht. Ik werd geopereerd, ik had tijdens de operatie een leuk gesprek met de chirurg, over van alles en nog wat en er was een heel aardige en empathische verpleegkundige die me naar de wachtkamer begeleidde, waar ik even bij kon trekken. Enige geliefden haalden me af, begeleiden me naar huis, en de dag na de operatie mocht ik het verband, zijnde een oog kapje met pleisters, af doen. Na me hebben opgefrist, ik mocht nog niet echt douchen, zette ik de tv aan, zette de ondertiteling aan en: verd..., ik las, bijna helder, de teksten die in beeld verschenen. En, ja, in de loop van de ochtend werd het geopereerde oog steeds scherper. Ik draag nauwelijks een leesbril meer, alleen voor de kleine lettertjes in een Blog, maar dat ook maar nauwelijks.

Ik word nu nog enige dagen in het oog gedruppeld door mijn lief , een AB druppel en een Corticoid druppel, dus ik kan wel eens positief plassen bij een doping controle, en ja, nog een paar nachtjes met een kapje op het oog, om te voorkomen dat je in de nacht gaat wrijven. 

Ik ben der heel blij mee.

Het jaar dat ik niet fietste (4)

  Enfin,ik kom bij dokter Blom terecht, op de afdeling Radiotherapie. Die afdeling zit behoorlijk verstopt in het ziekenhuis. Op de min 2 ...