zondag 31 maart 2013

Vlamingen en Walen vereend (2) ofwel: een geweldige zondag

Tja, nu weet ik wat ik ga doen, als ik later groot ben. Ik ga mijn eigen weerstation maar openen. Waar mannen en vrouwen in De Bilt heel geleerd allerlei computer programma's in de gaten houden, isobaren bekijken, weersatellieten checken en met buitenlandse weerstations contact hebben, zo kijk ik af en toe eens naar buiten. En zag vanmorgen dat het sneeuwde. De grappige en cynische plaatjes die de ronde doen op het net en op faceboek, over een White Easter, kloppen dus. Nee, het waren geen hoeveelheden waar men in Scandinavië angstig van zou worden of zelfs maar als sneeuw aan zou merken, maar het ontnam me wel even de moed om te gaan fietsen en het verschafte me het excuus om lekker voor de buis te blijven hangen. Vanaf 0915, waarde lezers, heeft ondergetekende, Tv gekeken en zodoende aardig vierkant ogen gekweekt. Maar: het was het allemaal waard.
Het eerste beeld dat ik zag was dat van een volkomen leeg plein, waar alleen wat 'nadars', da's Vlaams voor dranghekken, stonden en verder bijna geen mens. Ik schrok. Oei, oei, alle fans van het fietsen zijn weggebleven en hebben de 'hoogmis' massaal de rug toegekeerd. Ik baalde, natuurlijk, dit kan toch niet! Nee, dat kon ook niet, want ik zat naar beelden van de aankomstplek te kijken, in Oudenaarde. Die was natuurlijk nog helemaal leeg!
Oke, nog even een slok koffie en dan word ik echt wakker. In Oudenaarde, waar, zoals ik schreef 'den Arrivé' is, staat een studio waar Karel van Nieuwkerke de voorbeschouwing deed. Als gasten had hij Nick Nuyens, winnaar van de laatste ronde over het oude parkoers, in 2011 was dat, die meer van een corpsbal weg heeft dan van een Flandrien en Dimitri Verhulst. Wie? Die! Dimitri Verhulst. Schrijver en fietsfanaat.
(Wat schreef die dan? Nou je weet wel, onder andere: De helaasheid der dingen, dat is verfilmd, weet je wel, al die kerels in der blote pielemoos op de fiets. Jawel, die hebben we zitten kijken, vrouw, echt. Jij moest nog zo lachen om die, ja, Di.)
Mooie beschouwingen, van een coureur en een fietsliefhebber, die ook nog schrijft.
Een kwartier voor de start gingen de beelden naar de startplaats Brugge. Ik ken Brugge aardig goed, ben er in het verleden meerdere malen geweest, heb een paar keer de sfeer rond de start op kunnen snuiven en vind het een heerlijke stad. Mooie architectuur, geweldige en betaalbare horeca en ja, Bourgondisch, haast.
Ik werd niet bedrogen in mijn hoop dat de echte koersliefhebbers de koers, ondanks alle dreunen en knallen en rellen en sensaties van de jongste tijd, de sport, hun sport, gewoon trouw zijn gebleven.
Interviews met veel coureurs, 'pronostieken', ook al weer een fraai Vlaams woord en heel veel beelden van coureurs. Een van de mannen deed een 'wheely' op het startpodium en kreeg de handen op elkaar van het publiek en van zijn mede strijders. De start, die geneutraliseerd was, zodat de coureurs een aantal kilometers voor het publiek konden rijden en heel België stond langs de route. Heel België? Nou nee, niet alleen Belgen, (W/V, M/V), waren uitgelopen maar de mensen kwamen vanuit alle werelddelen. Overdreven? Nee, echt waar. Ik koop, aan de vooravond van De Ronde of P-R, (Parijs - Roubaix, dan weten jullie dat alvast voor de volgende week) altijd een Belgische krant. Daarin staan de deelnemerslijst en het parkoers afgedrukt. Een kaart en de tijden van doorkomst op de belangrijkste plekken van het parkoers. Met een detail kaart op schoot, volg ik die route dan. Ja, ik ben een neuroot, ik geef het toe. In die krant stonden dus hele verhalen over liefhebbers die zelfs vanuit de VS, Australië en Nieuw-Zeeland waren overgekomen om, op de dag voor De Ronde, zelf de toeristen versie te rijden en dan de dag erop langs het parkoers te gaan staan!
Nee, ik ga het koersverloop niet beschrijven, we hebben allemaal zitten kijken, toch? Laat ik het zo zeggen dat ik het 'oude' parkoers, met de Muur van Geraardsbergen, mooier vond. Drie keer Kwaremont en Patersberg en zo, wordt mij, maar ik spreek op titre personel, een beetje teveel. Het is fantastisch voor het publiek, dat de kerels drie keer voorbij ziet komen en de koers is natuurlijk flink zwaar en zo, maar, nu ja, ik ben een wat behouden mannetje. (Misschien toch neurotisch.) Maar wat was het weer geweldig om dat schitterende Vlaamse land weer te zien, al die tien- en tienduizenden toeschouwers te bekijken, die allemaal een plek hadden gezocht. De man met het spandoek 'LUC', kwam weer vaak in beeld. (Ik ben bang dat 'LUC' concurrentie heeft gekregen. Ik zag op een gegeven moment een mooie blonde, ja, ja, ik ben nog niet blind, met hetzelfde spandoek staan.)

Het was een feest, vanaf kilometer nul. Niet zo voor die arme jongen die al na een kilometer of vier, in de neutrale zone, nog, viel en de koers moest verlaten. Niet voor 'Tommmeke' Boonen, die na twintig kilometer al de wedstrijd uit moest, maar een feest voor ons, supporters van deze sport. Cancellara was op zijn best, 'Prins' Peter (Sagan) was net niet sterk genoeg. Hij is net 23. Hij wordt, denk ik, een nieuwe Merckx. 'Onze jongens?' Veel gezien! Tjallingi: geweldig, als altijd. Boom: sterk en beheerst. Langeveld: een goed en sterk coureur. Terpstra deemsterde wat weg, maar hij reed voor een onthoofde (Boonen) ploeg.
Het was een feest. Supporters van alle coureurs deelden alles met elkaar. Dat weet ik, ik ben genoeg aanwezig bij koersen. De sfeer is ontspannen, gezellig, niets bravado, niets Hooliganisme. Gewoon, een volksfeest.
Het was dus feest. De jongste dochter belde, konden we haar oppikken van het station Bijlmer? Leuk, gezellig, dat je komt. Ajax speelde thuis en won. Geen feestelijke gezichten gezien bij de uit de Arena stromende mensen. Kortaf, nauwelijks vriendelijk en misschien hadden ze wel helemaal niet genoten?
Ik blijf maar naar die 'besmette' coureurs kijken.



zaterdag 30 maart 2013

Vlamingen en Walen vereend. (1)

Het is zaterdag de dertigste maart 2013. Een gewone zaterdag in ons land. Nu ja, gewoon? Het is een graad of zeven kouder dan de normale temperaturen zouden moeten zijn. Het is net boven nul. Er zou een enkel sneeuwbuitje vallen in het noorden en oosten van het land, zei men. Nee, warm zou het niet worden, maar: 'what's new?' de afgelopen maanden?  (De mensen van het donker- en somberdenken hadden overigens in de Volkskrant hun woordje weer paraat toen het ging over de aanblijvend houdende koude wind uit de poolstreken. De ijskap van de Noordpool slinkt en smelt in record tempo en dus komt de koude wind van die smeltende Noordpool en die zou ons toefluisteren: 'De aarde sterft, in record tempo.')
Ons land bukt onder de economische recessie en dus gaan E.en ik het heel zuinig aan doen, hebben we besloten. Want, we moeten de mensjes helpen in al die zuidelijke landen die al jaren lang elke middag vanaf twaalf uur lekker in de zon liggen, verder niet al te veel werken, vroeg met pensioen gaan en hoge rentes van hun minieme spaartegoeden trekken en dan boos zijn dat ze failliet gaan.
Goed, dat is wat ik een beetje heb meegekregen, de afgelopen week. Verder weet ik het niet helemaal zo, wat er gebeurt in de wereld. Ik ben te druk bezig met mijn eigen werk en heb een aantal drukke weken in verband met een renovatie achter de rug en, samen met E., een druk leven met onze kleindochter die (gelukkig maar even) in het ziekenhuis lag, voor een infectie. Ze is weer helemaal beter gelukkig. Dat in tegen stelling tot de man van een vriendin van me die heel binnenkort gaat sterven, nu ja, hij neemt waardig afscheid en dan zou ik bij al dat emotionele gedoe ook nog eens moeten begrijpen dat een minister het woord 'Template' gebruikte en waar dat wel of niet hoort en waarvan hij zelf wel/niet besefte wat het betekende, dat woord?
Nee, ik ben niet erg 'gefocust', momenteel, nu ja, op mijn eigen dingen dan. Mijn boek is 'bijna' af en ik ben druk met de finale, die toch wel spetterend moet worden.
Ik doe verder mijn ding, buiten dat waar ik echt mee bezig ben, allemaal een beetje op de autopilot. Ik ben fysiek ook helemaal naar de kl....! Ik ga je opbiechten dat ik vanmiddag een slaapje deed op de bank. (Wie doet dat niet?) In mijn gedachte was ik een minuut of vijf vertrokken. Dat was rond drie uur. Ik werd, met een schok en een droge mond, rond zessen wakker! E., lief van haar en moordwijf die ze is, had me 'laten liggen', want ze wist dat ik moe was. (Die renovatie heeft er heel erg in gehakt, begrijp ik nu!) Goed, dat was Somberman weer even.
Ik had dus wel even willen fietsen deze morgen. Ik was al gekleed in tenue en zette de helm op, maar E. riep me. 'Joh, het sneeuwt nu echt stevig!' En dat was zo. Een aardige witte bui legde strepen over de paden die ik wilde berijden. Dan morgen dus maar. Nu heb ik een probleem, want: morgen is de Ronde. De dag dat België, althans het Belgische volk, beseft dat ze een (1) volk zijn. Dat ze wel Oost- of West Vlamingen zijn, of Antwerpenaars, of uit Brabant komen of uit Henegouwen of Luxemburg, maar dat ze beseffen dat het vandaag de dag is dat het koninkrijk deze ene dag van het jaar, een natie is. Verdwenen lijken opeens alle tegenstellingen tussen Nederlands- en Franstaligen. Verdwenen lijken alle economische en sociale tegenstellingen, verdwenen lijken opeens de oude wrokken die al vanaf de Gulden Sporen slag, in de veertiende eeuw, zijn opgestegen en dat volk hebben vergiftigd en verdeeld.
Nee, morgen is België weer eens een (1) natie. Morgen staat het Belgische volk als een volk langs het parkoers. Langs al die 'weggeltjes' en die 'kasseien' en die 'bergskes' (ik citeer, vrij, Karel van Wijnendaele, de 'oprichter van de Ronde, hier) die zijn coureurs: 'als tjoolders langs de wegen wilde zien schavielen'. Of zoiets.
Al dagen is men in Vlaanderen bezig met de Ronde. Fout, het is De Ronde. Zoals wij altijd bezig zijn met De Elfsteden tocht. Veel vooruitblikken op Tv en en in sportprogramma's, er wordt gesproken met de kanshebbers, er zijn heel veel veel commentaren over het weer en de route en grote, echt hele grote pagina's en bijlages in de kranten. Maar, er is natuurlijk wel een verschil, dat begrijp je. Waar wij moeten wachten op ijs en vorst en kou om onze mannen en vrouwen, het woord helden/heldinnen is heel besmet trouwens, las in de Volkskrant, hebben de 'Zuiderburen', ja, het klinkt oubollig, maar goed, zij hebben elk jaar dat Volksfeest. Elke eerste zondag van april, hoewel dat nu toevallig op de laatste dag van maart valt, is het hun hoogtijdag.
Ik lees al dagen de TXT pagina's op de Belgische Tv, heb de afgelopen voorbereidingswedstrijden zoveel als mogelijk is, ik werk ook nog, gezien en heb de 'koorts' nu ook te pakken. Dat is iets, dat je alleen kunt voelen als je een liefhebber van dat grootse evenement bent. Het is zoiets als de klassiekers in het voetbal. Zoon S., abso 020 fan en vriend en ex collega F. S., abso 010 fan, weten wat ik bedoel. Maar: hun spanningsboog is maar twee maal drie kwartier. Mijn spannings-boog begint al weken van te voren. Kijken hoe Boonen is, hoe Cancellara fietst, is Terpstra in orde? Kijk uit voor Chavanel en Roelandts. Lieuwe Westra? Niemand noemt hem, maar die kan dit toch ook? Sebastiaan Langeveld, verrek, die rijdt ook sterk. Die gekke Fransoos, kom, hoe heet 'ie nog maar weer? Oh ja, Voeckler, dat maffe mannetje. En, vergeet die leuke Greg van Avermaet en die nare Cavendish niet!
Als ik dan de E3 prijs heb gekeken, me heb vergaapt aan de Drie  daagse van Panne-Koksijde , genoten heb van Gent-Wevelgem, en alles op een rijtje heb gezet, nou dan weet ik het allemaal nog steeds niet.
Ik denk, dat Sagan de Ronde wint. Ik wil dat Boonen de Ronde wint, voor de vierde keer en recordhouder, ik hoop dat Langeveld wint, weer eens een Nederlander op het eerste plan, maar ik ben bang dat er een Italiaan wint, die we niet zo mogen.
Morgenochtend. 0915. De start. Michiel Wuyts en Jose de Cauwer, top verslaggevers, gaan de ronde verslaan. De Ronde gaat van start. Ik ga het zien. Ik ga genieten. En, als het misschien eens niet sneeuwt, kan ik zelf nog een uurtje of wat fietsen? Zelfs de Belg stopt af en toe een uurtje met uitzenden!




woensdag 27 maart 2013

Belofte maakt schuld

Het is al weer een hele tijd terug dat ik een Blog heb geplaatst op deze pagina's. Daar zijn meerdere redenen voor. Ten eerste was het niet echt fietsweer, door de Global Warming, natuurlijk, ten tweede heb ik me het 'Jan-tandjes' moeten werken in de verbouwing op mijn werk en verder was het privéleven behoorlijk gevuld met van alles. Maar, ik beloofde een tijd terug om iets te schrijven over een van die wat exotische ploegen, die momenteel het wielrennen bevolken. Korte inhoud van het voorafgaande:
De wielersport heeft enorme klappen gekregen. De dopingschandalen waren en zijn niet van de lucht en dat heeft geleid tot een behoorlijk kaalslag in wielerland. Dat was nodig, absoluut. Jullie hebben het allemaal in mijn Blogs kunnen lezen hoe ik de sport en de coureurs heb verdedigd en dat ik dat altijd zal blijven doen.
Nu schijnt de sport aardig opgeschoond te zijn, geloof ik, nu ja, hoop ik. Met het opschonen van de sport is ook het opschonen van de wielerverslaggeving een feit geworden. De publieke omroep zend geen wielerwedstrijden meer uit. Niet dat ze daar al veel aan deden, overigens. En, als ze het deden, dan moest je uren luisteren naar het gewauwel van verslaggevers als Smeets en Dijkstra over 'de oortjes' en, met Maarten Ducrot, over 'het nieuwe wielrennen', en dat was ook niet echt geweldig. 
Men zend geen wielrennen meer uit, schijnt, omdat de sport 'zo besmet is!', of woorden van die strekking.
Nu staat me bij dat de RK kerk de afgelopen jaren ook behoorlijk 'besmet' is geraakt door allerlei nare dingen die mannen in rokken met een kruis om hun hals met (vooral) jonge jongens deden, maar, (ik kijk een enkel keer op zondagmorgen Tv), er worden nog steeds Missen uitgezonden en de verslaggeving over de nieuwe Paus was ook niet echt van dolle Loempia's, om het maar eens onbeholpen in marine taal te zeggen. Dus, schijnheiligheid ten top, denk ik dan maar.
Maar goed, een beetje mijn gal gespuugd hebbende, wil ik even op de belofte die ik laatst heb gedaan terug komen. Ik zou het hebben over een nieuwe 'Procontinentale Ploeg'. Jullie, die mijn Blogs lezen, weten alles van "World Tour teams", "Procontinentale teams", et cetera, maar in het kort: World Tour teams, zijn de grote ploegen, als Quick step, Lotto, Blanco, FDJ en zo. Hopen poen, goede coureurs en dan, net als bij het voetbal, hopen punten op ranglijsten. De Procontinentale ploegen zijn, zeg maar de FC Veendam, de VVV's en de Volendams van het fietsen. Hopen talent, hopen goede spelers, maar net even te weinig centen om het goed te doen. Oh, ze rijden op mooie fietsen en zo, maar de coureurs zijn, ja dit klinkt lullig, maar die zijn net niet getalenteerd genoeg, of vaak renners die over het hoogtepunt heen zijn en nu nog een jaar of wat, hun steun en naam kunnen geven aan een kleinere ploeg, die zich maar een grote naam, met punten, kan veroorloven. Een van die teams is "MTN-Qhubeka". (SAMSUNG participeert er ook in, overigens)  Het is een Zuid-Afrikaans team, althans, hun licentie ligt daar, maar het is ook een wereld team en dan bedoel ik dat op beide manieren. Een wereld team omdat ze, in elke wedstrijd waar ze mogen starten, er in vliegen, dus strijdlust tonen, maar ook omdat ze coureurs van bijna alle continenten hebben. (Ik moet een beetje denken aan het Skill Shimano team van enige jaren terug. Daar reden Chinezen, Koreanen, een enkele Indiër, geloof ik).
MTN-Qhubeka is een team waarvan de sponsor 'MTN' een Brits telecom bedrijf is en, en dat maakt het zo goed en leuk, het Qhubeka, is een project vanuit Zuid-Afrika om mensen in redelijk (nu ja, redelijk) kansarme gebieden een fiets aan te kunnen bieden, zodat die kunnen fietsen naar het werk of, voor de jeugd,  naar school of, voor kleine handelaars, naar de (verder afgelegen) markt om daar hun spullen te verkopen. (Dat zal dan wel zo'n zwaar kreng zijn. Niet de fietsjes waar de coureurs de weg mee op gaan, natuurlijk! Tenzij TREK ook bakfietsen maakt).
Op de 'bemanningslijst', ja ik ben oud marine, niet zeuren hoor, van de ploeg, staan prachtige namen.Niet zozeer de namen van kampioenen, maar de namen zijn kleurrijk en internationaal. Hier ga ik:
Wat dacht je van: Freqalsi Debesay, Tsgabu Gebremariam, Adrien Nionshuti, Ignatas Konovalovas?
Ja, mijn tekstverwerker vond het ook allemaal een beetje veel. Maar: er staan ook voor ons, Nederlanders, heel herkenbare namen op: Johan van Zyl, Jaco Venter, Dennis van Niekerk en ene Jaques Janse van Rensburg. Dat zijn allemaal rasechte Zuid-Afrikanen, natuurlijk, maar wel zijn de namen herkenbaar voor ons. Het zijn namen die stammen uit een mooi verleden, uit een grote historie van ons land, toen we, nog schepen en kerels hadden. (Ik ben en was geen Balkende fan, maar zijn verwijzing naar een  'VOC verleden', komt nu wel degelijk over) (oeps, het woord 'rasechte' bedoelde ik dus niet zo, overigens)
Tja, zo'n klein k.. ploegje, wat kunnen die nu klaarmaken? Niet veel. Nee, er waren donkere jongens bij uit Zuid-Afrika of uit Algerije of uit Eritrea, die, het was een zware en koude wedstrijd, halverwege afstapten. Maar laat hun kopman van dat rare kleine ploegje, dat ik ondertussen in mijn hart had gesloten, die gekke en bijna uitgerangeerde kopman van tien stuivers, Goh, ik lijk Mart S. wel, maar laat die gekke Gerald Ciolek nu uitgerekend de 'Prima Vera' de openingskoers van het jaar, Milaan-San Remo, winnen?
Man, man, lachen en kicken. Maar eens zien hoe het verder gaat met die mannen. Ik laat het weten.



dinsdag 19 maart 2013

Lek gereden, the final part

In ieder geval, dat gedoe met die lange beklimmingen is dus niet mijn ding. Dus hebben de mannen en ik in goed onderling overleg besloten dat ik mee doe tot aan de laatste trainingsrit, een weekend in de Vogezen, met als standplaats Gerardmer. (Juist, historische grond, want dat was de plaats van de laatste overwinning in een Touretappe van een Nederlander. De toen nog jonge en aanstormende talentvolle coureur van de Rabobank ploeg, Pieter Weening haalde daar een prachtige zege. Weening is weggedeemsterd, zoals men zegt in Vlaanderen. Hij rijdt nu voor Orica-Green Edge, een goede ploeg, hoor, maar hij zet weinig meer neer. Misschien rijdt hij wel zonder? In ieder geval, we gingen afgelopen zondag met z'n drieën de strijd tegen de elementen aan. Niet dat het regende of sneeuwde, nog niet, die voorspelling lag er wel, maar er stond een harde en snijdende wind uit het zuidoosten. Maar dat heb je allemaal al gelezen, toch?
Ik had mijn fiets, mijn SRC1, dus even gevoeld bij het neerzetten en ik had gemeend te voelen, fietsen zijn, in mijn ogen, vrouwelijk, (in het woorden boek zijn ze beide, begrijp ik) dus je moet altijd voorzichtig zijn met uitspraken over dat soort,ik had dus gemeend te voelen dat ze wat slapjes en niet joviaal stuiterend op het macadam terechtkwam. Ik was, je hebt het gelezen, zo vroeg, dat ik, na de plas en het zwaaien nar Duitse toeristen, tijd had om de mannen, alleen Paul en Bas, iets tegemoet te gaan. Ik belde Paul, kreeg zijn voicemail en kon het grapje: 'Paul, ik sta onder de Loenerslootse brug', niet weerstaan. Dat grapje vind je terug in het boek 'De Berg', overigens. Ik stapte op en merkte dat het 'bijna' begin van de lente een hele hoop toerfietsers had losgemaakt, die allemaal begerig het nieuwe seizoen opzochten.
Dat nieuwe seizoen werd vooreerst nog gekenmerkt door een hoop kou en wind, maar er is altijd nog hoop, toch, zoals Osama bin Laden tegen zijn zeven vrouwen zei toen de Navy Seals zijn slaapkamer binnenstormden. Een kilometer of wat verder hield ik halt en stond ik bij de afslag naar Nieuwe Ter Aa. Iets later kwamen vader en zoon aanfietsen vanuit Maarsen. Ze stopten, we schudden handen en ik wist de grap die van Bas af zou komen: 'Goh, niet in de korte broek?' Dit naar aanleiding van onze eerste toertocht van het vorige jaar toen ik inderdaad in korte broek reed. De temperatuur was toen wel een graad of zeven hoger, overigens. Ik had Bas sinds ons Franse avontuur niet meer gezien/gesproken dus we lulden even snel bij. Hij is nu laatste jaars Fysio student, loopt stage en, zag ik als nel, ziet er nog steeds heel goed uit. Paul heb ik na de zomer twee keer, even, gezien, en ook hij maakte dezelfde grap over de korte broek.
Ha, ha, ho, ho, wat leuk en origineel, man. We stappen op en af, want, shit, ja, hoor! Lekke band, achter.
Hoe geroutineerd je ook bent in het verwisselen van platte banden, met ijskoude klauwen is het een probleem. Gelukkig is mijn ouwe fietsmaat heel geroutineerd, hij werkt als fietsenmaker immer, maar hij was ook niet zo blij, toen hij me ging helpen. Na een minuut of tien te hebben staan uitwaaien, was het leed geleden, dacht ik, en reden we weer. Voor het windje weg met een gangetje van dik dertig. Terug langs de Angstel, richting Loenersloot en van daar naar de Demmerik.
Na het tunneltje onder de provinciale weg door, de N 201, voelde ik het al. Weer lek. Mijn achterwiel slipte wat en slingerde wat en trok naar opzij weg. Nee, hé? Niet weer? Wel!
Normaal gesproken heb ik altijd twee reserve banden bij, altijd, gewoon standaard. Maar vandaag had ik een hoop andere zooi en meuk mee te slepen. Een regenjasje, een wintermuts, voeding, dat heb ik eigenlijk bijna nooit bij, maar met deze temperaturen dus wel (want het kacheltje moet met deze koude dus echt branden) en dat soort zaken. Omdat ik er niet helemaal als een pakezel wilde uitzien had ik dus plek opgeofferd voor extra zekerheid!
Stom ja, inderdaad, behoorlijk stupide. De mannen boden nog aan om een van hun reservebandjes te gebruiken. Maar dan zouden zij met vier wielen en banden met slechts een reserve bandje moeten gaan rijden, want ze wilden, terecht, de voorgenomen tocht wel gaan doen. (Bas was 's morgens ook al lek gereden, trouwens.) Dat risico wilde ik, voor hen, niet lopen, dus namen we afscheid. Ik ging, vanaf de 'afslag Vinkeveen', (dat is een strofe uit het nummer: 'Als ik God was', van Peter Koelewijn), dan maar op de lekke band retour naar Amstelveen. Af en toe stopte ik om er wat lucht in te pompen en kon al met al de zeventien kilometer naar huis in iets minder dan drie kwartier doen.
Verkleumd en narrig en grammijdig kwam ik thuis, niet de gezelligste vent om thuis te hebben, vond ik, maar E. was deed niet zo moeilijk over. Ik keek naar een volkomen verminkte Milaan-San Remo maar zag toch een spetterende finale en een prachtige winnaar.
Een coureur die al weer wat was afgeschreven, maar die nu, bij het volkomen onbekende Zuid-Afrikaanse team: MTN-Qhubeka, vraag niet hoe je het uitspreekt, met de bloemen is gaan lopen.
De volgende dag zet ik nieuwe binnen- en buitenband op de fiets en moet het geheel natuurlijk wel in een ritje 'checken'. De Biba en de Buba, da's dan weer fietsenmakersjargon, houden het.
Ik neem me voor om binnenkort eens wat meer te schrijven over die 'maffe, maar prachtige, en mensen, oh wat leuke ploeg en wat verbroederd sport toch, echt, dit heeft U nog nooit meegemaakt' (zoals de heer Smeets zou hebben gezegd) Zuid-Afrikaanse ploeg.

maandag 18 maart 2013

Lek gereden (2)

Ik wil even over het doel van de training van vandaag terugkomen, voor ik een hoop narigheid, nou ja, ik overdrijf, maar goed, pret was ander, ga opschrijven over de , behoorlijk mislukte rit van vandaag, althans voor mij persoonlijk.
Zoals ik in mijn bericht van gisteren al aanhaalde is het doel van de kern van de club het beklimmen van de Stelvio, dit jaar. Die lompe granieten reus in de Dolomieten, die vaak op het parkoers van de Giro d' Italia ligt. Zoals 2012 mijn 'jubeljaar' was, ik ben dat jaar zestig geworden, wordt het dit jaar het jubeljaar van Frits. DE harde kern van onze groep heb k jullie al voorgesteld, natuurlijk. Jullie hebben een beetje uit mijn Blogs op deze site kunnen lezen dat ik heel diep ben gegaan om de Alpe d' Huez te beklimmen. Daarbij kwam het besef dat ik dat gedoe van die beklimmingen eigenlijk helemaal niet rendabel vond. (Buiten het afzien en zo, dat eigenlijk niet onprettig is, kost het een hoop tijd, in mijn geval, om een heuvel of zo op te fietsen.)
In de tijd die het mij koste om de Alp op te rijden had ik al een best stuk van de Haarlemmermeerpolder kunnen rijden. Natuurlijk was die prestatie, emotioneel gezien, natuurlijk minder geweest en was het uitzicht misschien ook minder spectaculair, maar ik had wel een prestatie qua aantal kilometers neergezet, hetgeen ik van de Alpencols die ik het afgelopen jaar heb genomen, nu niet kan zeggen. De Col d' Oz, zoals ik de door ons allen vervloekte klim naar ons verblijf in het Franse Oz Station, een wintersportplaats,  noemde, heeft me toen echt (en geloof me nu af en toe nog), nachtmerries opgeleverd en ik ben nu heel ernstig! Ik word af en toe nog badend in het zweet wakker als  ik van die afgrijselijke klim droom. Een klim die het echte plezier uit wat een plezierig weekje vakantie in de Alpen had moeten zijn, grondig heeft vernield. Ook een klim die me de motivatie om bijvoorbeeld de Croix de Fer te gaan rijden helemaal ontnomen heeft!
Het idee om dan ook nog eens de Stelvio, die reus in de Italiaanse Dolomieten, op te moeten rijden, een klim die bijna drie maal langer is dan de Alp, trok me helemaal niet echt aan. Ze is geleidelijker, dat wel. Waar de Alp boven de 8% gemiddeld is, met forse stukken aan de dertien procent, heeft de Stelvio een gemiddeld stijgingspercentage van zeven %. Aangezien mijn, uit ervaring weet ik dat, stijgsnelheid de 7 kilometer per uur niet overschrijdt, zou ik drie uur, waarschijnlijk meer, moeten zitten worstelen om dit doel te bereiken. Nou, nee. Daarbij komt dat ik me helemaal gefocust heb op die ene berg.Ik heb in de aanloop daarheen en naar de echte klim toe, zoveel grenzen moeten verleggen en zoveel moeten incasseren en zoveel over me zelf geleerd, dat die Stelvio niet veel meer kan toedragen om mij een betere fietser of een sterker mens te laten voelen. Maar, ik wil wel graag mee in de voorbereidingstochten, de trainingen, zeg maar, die we gaan houden. Was de beklimming van De Berg, voor mij ook nog eens een opkontje om een boek daarover te schrijven, dat zag ik niet meer gebeuren met een boek over de Stelvio, eerlijk gezegd. Ik heb, de afgelopen jaren, vaak vloekend en kotsend en balend op mijn fiets gezeten met de gedachte: Ik stop, bekijk het allemaal maar, maar dan schoot het half begonnen boek me dan weer te binnen en ging ik dus toch maar weer door, ondanks de pijn en het leed en het afzien.
Jullie hadden al begrepen dat ik geen rasklimmer ben natuurlijk?
Goed morgen ga ik verder over de pech van zondag.
--morgen meer--

zondag 17 maart 2013

Lek gereden

Vandaag zou dan de eerste trainingsrit in groep worden gereden door de harde kern van 'De Berg.' (Lees dat boek, het is gewoon goed) Door privé omstandigheden hadden Frits en Ron, niet de Ron 1 uit De Berg, maar de Ron 2, wel uit De Berg,  forfait gegeven voor deze rit. Het kwam dus op Paul, Bas en mij neer om de eer hoog te houden, de spits aat te bijten en al dat soort zaken meer.
Ik had er, eerlijk gezegd, niet bijster veel trek in. Het weer was niet uitnodigend, met, volgens www.buienradar, dreigende buien (daarom heet die site natuurlijk ook zo) en met een stevige wind uit het zuidoosten die de toch al lage temperatuur, nog eens extra koud zou laten aanvoelen. Hoger dan zes graden of zo zou het ook uit de wind niet worden, overigens. Op de fiets voelde het dus een stuk kouder aan. Maar, omdat er een doel is gesteld moesten we dus wel gaan. Dat doel was voor de mannen, Bas, Frits en Paul, het beklimmen van de Stelvio, die hoge berg in de Dolomieten. Dat gebeurt dan deze zomer. De bedoeling was om langs de Meije te rijden. Dat is een fraai meanderend moerasstroompje dat van Woerdense Verlaat onder de Nieuwkoopse plassen door loopt, richting Zwammerdam te gaan en om dan weer richting Woerdense Verlaat te rijden, de Kromme Mijdrecht te volgen richting Uithoorn. Daar zouden we dan elk ons weegs gaan. Ons ontmoetingspunt is al een hele oude, Paul, Frits en ik gebruiken die al jaren. Het is onder de Loenerslootse brug, een brug waarover de N201, de provinciale weg van Hilversum naar Haarlem, of net andersom als je een Haarlemmer Mug bent, het Amsterdam - Rijn kanaal passeert. Doordat de wind nogal stevig was, kracht vijf, was ik behoorlijk op tijd vertrokken, maar ik geloof dat de benen het goed deden, want ik was te vroeg op het ontmoetingspunt. Ik stapte even af, deed een plas in het wild, zag een groot passagiersschip passeren en wuifde netjes naar de mensen, terwijl ik alles weer binnen boord had. De mensen zwaaiden netjes terug en de passagiers, het schip voerde een Duitse vlag, zullen wel gezegd hebben: 'Sie mahl eine an, so eine nette Hollander. Und auf das Rad, toll, was!'
Dat was dan verder ook het enige 'tolle' aan deze dag, overigens. Omdat stilstaan met dit weer echt geen pretje was, nam ik de fiets weer in de hand, zette haar op het asfalt, om de mannen een stukje tegemoet te rijden en dacht te voelen dat de achterband een beetje een week gevoel gaf bij het neerzetten. Fietsers begrijpen wat ik daarmee bedoel. Ik pomp mijn banden altijd tot de volle druk op en soms zelfs daar iets over. Achter in ieder geval. Voor heb ik iets minder druk in de band want, bij wat oneffenheden op de weg, of op een slechter wegdek, stuiter je als een achterlijke en heb je kans dat je stuur uit je handen wordt geslagen.
Overigens reed ik vandaag op mijn 'werk' fiets. Dat is een Giant SRC 1. Een fraaie maar vooral comfortabele fiets, wat prettig is als je met een rugtas vol kleding en benodigdheden als daar zijn: mobiele telefoon, portefeuille, agenda en, niet te vergeten, shag en aansteker, naar het werk moet, vaak in het donker en over nattige, soms, nu ja soms, besneeuwde wegen. Verlichting voor en achter, natuurlijk, maar dan van die op klik lampjes, die ik er vandaag had afgehaald, natuurlijk. Nee, dit is niet de fiets van 'De Berg', nee, inderdaad niet. Ze is een stuk minder nerveus dan het raspaardje dat die andere fiets is, hoor. Ze stuurt ook wat zwaarder en heeft een beetje een hekel aan scherpe bochten, maar daar moet ik er niet zo veel van maken naar mijn werk.
-- morgen verder --


dinsdag 5 maart 2013

Een bek met witte tanden.. (3)

Het ging, zoals ik in het vorige Blog schreef, dus al (bijna) vanaf de start mis met het fietsen om den brode. Want, het wielrennen was de eerste professionele sport die bedreven werd. Mannen, later, heel veel later ook vrouwen, fietsten dus voor hun eten, voor hun, aanvankelijk karige, loon. Dat hield in dat het niet alleen maar zuivere liefhebbers van de wielersport of van de fiets zelf waren, die mannen die op zo'n fiets kropen. Net als dat wij, de moderne werknemer niet alleen zuivere liefhebbers van ons werk zijn. Nee, daar staat een hoop werk, zweet en vrije tijd tegenover een vaak, in onze ogen, ook karig salaris.
Waar de andere sporten, zoals ik al memoreerde in dat Blog, aanvankelijk vaak door 'heren' werd beoefend, was dat, op een paar uitzonderingen na, al vanaf het begin in het wielrennen dus niet zo. De meeste van die coureurs kwamen van eenvoudige boerenbedoeningen en hadden daar geleerd om hard te werken en zich dood te wroeten, maar de fiets die gaf hun een kans om uit dat 'harde labeur' te raken en om meer te worden dan hun vaders, grootvaders of ooms. Op die fiets moest ook wel heel hard voor gewerkt worden, maar de beloning was navenant. Lees de memoires van de (voornamelijk Vlaamse) wielerhelden uit die tijd, zoals Brik Schotte en Buysse en noem ze maar op. Maar, als die mannen een extra cent of frank konden verdienen door een koers te 'verkopen' of door een pilletje te nemen dat hun de overwinning zou kunnen bezorgen, dan waren ze daar niet vies van. En er werd van alles ingesmeten hoor, bij en door die coureurs. Strychnine, cocaïne, nitroglycerine zelfs. Of het hielp? Ach het werkte, net als homeopathie. Dat werkt ook niet, maar het helpt wel.
In die wereld, met die zeden en mores, kwamen dus de volgende generaties terecht. Vanaf Jan Jansen en Joop Zoetemelk tot Michael Boogerd en de huidige renners. Nu werden die middelen wel steeds verfijnder en momenteel zijn er zelfs preparaten op de markt die totaal niet meer opspoorbaar zijn. Dus, ik geloof absoluut niet in een dopingvrij wielrennen. De belangen in de sport zijn te groot geworden.
Ik kijk overigens met heel veel plezier (momenteel, begin maart 2013) naar de uitzendingen van Parijs-Nice, die trouw door de Vlaamse Tv worden uitgezonden. Binnenkort krijgen we dan ook nog eens de beelden van de Tirenno-Adriatico er bij en zo zitten wij, fietsliefhebbers, en geloof me, dat zijn er nog steeds heel veel, hoor, weer een groot gedeelte van de maand maart goed en geramd voor de Tv.
(Vandaag was er trouwens wel een heel dramatisch moment toen de drager van de gele trui, Bouhani,in een bocht slipte en met veertig in het uur onderuit ging, waarbij zijn aangezicht op het asfalt sloeg. Als je zelf fietst en wel eens gevallen bent, weet je het gevoel dat de coureur moet hebben ondergaan.)
Ik geloof niet in dopingvrij fietsen en de mensen die langs het parkoers staan en de coureurs om het hardst toejuichen waarschijnlijk ook niet, maar het echte wielervolk laat die coureurs niet vallen, ondanks alle nare verhalen van de afgelopen maanden. De koers leeft en zal blijven leven. Is doping dan niet uit te roeien? Nee, natuurlijk niet (meer). Zolang wij, het publiek, etappes willen zien die de mannen over zes cols blijven voeren of in ijzige omstandigheden van Luik naar Bastenaken en terug naar Luik willen zien rijden of driehonderd kilometer tussen Milaan en San Remo willen zien afleggen, zo lang zal de doping in het peloton heersen.
Goed dan maken we de etappes korter, minder bergen erin, minder gevaarlijke parkoersen, dan los je het probleem toch op? Nee, hoor. Er zijn altijd slimmeriken die denken dat zij de etappe wel kunnen winnen, een trui kunnen pakken of hoog in een klassement kunnen eindigen als ze maar een pilletje of prikje nemen en dus...! 
Ik wil wel even ingaan op een artikel dat ik las in het wielerblad 'De Muur'. 
Ik stel hier dat coureurs mensen zijn die hun brood verdienen met hun werk!

In dat artikel (van John Kroon) wordt ingegaan op de strafmaat die er aan coureurs die al dan niet betrapt worden, worden opgelegd. Lees en vrees, luister en huiver:
Zoals jullie weten zijn er 'out of competion' controles, waarbij sporters, in hun vrije tijd door de doping controleurs kunnen worden gecontroleerd. Om dat goed te reguleren moeten sporters maanden van te voren hun 'where abouts' door sturen (de plek waar ze op die en die dag en dat en dat uur zich bevinden) naar de daarvoor aangewezen instantie. (Weet jij nu uit je hoofd al waar jij op negen mei zult zijn? Ik dus ook niet.) Ik heb het verhaal eerder opgeschreven, maar het is zo dramatisch dat ik het nog, snel, herhaal. Een coureurs echtpaar krijgt een kindje. Kindje overlijdt na een paar dagen. Echtpaar in diepe rouw en druk met begrafenis en kerkdienst en met dat soort zaken te regelen. Dus, op de dag van de begrafenis is de coureur niet thuis om een plasje te doen: dikke waarschuwing: je bent positief bevonden. Er is ook een Vlaams tennissterretje dat tot drie keer toe niet thuis was, zonder geldige reden. Zij kreeg een eerste waarschuwing, haar advocaat vocht die aan en de rechter zei: 'zij mag niet gestraft, want het is haar broodwinning.' Neem deze even mee, nu.
Wordt je als hardfietser, voor je vak, voor je eten dus, voor de eerste keer betrapt op niet reguliere pil of spuit dan krijg je twee jaar onvoorwaardelijk. Je mag dus twee jaar niet je vak uitoefenen. In een carrière die hooguit twaalf jaar duurt is dat heel lang.  (Dit zijn overigens de WADA en UCI regels.) Wordt je dan, na die twee jaar die je uit je vak bent gelazerd nog eens betrapt, dan mag je voor de rest van je leven niet meer in de hard fietserij bezig zijn. Vaak moeten die zondaars ook nog eens een of twee jaarsalarissen inleveren.
De betrokken coureur besodemieterde alleen zijn mede coureurs, die waarschijnlijk, ongecontroleerd het zelfde deden en hij heeft zich zelf schade toegebracht door allerlei shit in zijn lijf te stoppen. Daarbij nog de geeestelijke druk: Shit ik vernaggel de zaak en ik ben dus niet goed bezig, enzovoort.
Nou, goede straf voor die slechteriken, zou je zeggen. Maar:
Er is een vrachtwagen chauffeur aangehouden die voor de vierde keer in twee jaar zo dronken als een aap in zijn vrachtwagen rijdt. Straf: drie maanden ontzegging. Een andere beroepschauffeur rijdt, door schuld, een kind dood! Straf: twaalf maanden ontzegging, maar: voorwaardelijk! Hij mocht diezelfde dag van de uitspraak weer rijden. Een derde geval: een taxichauffeur heeft mede de dood van een mede weggebruiker op zijn geweten: Straf: drie maanden voorwaardelijk en ook hij mocht gelijk weer aan de bak.
De rechters baseerden hun uitspraken op het feit dat de bestuurders in kwestie hun brood moesten verdienen met het vak dat ze uitoefenden en dus geen andere straf verdienden!
Over klasse justitie gesproken!

Nog even dit: ik deed de stelling dat zo'n coureur allemaal troep in zijn lijf aan het stoppen was. Vaak is die shit een heel goed onderzocht geneesmiddel, dat pas na jaren van testen (leden van de PVDD nu even stoppen met lezen) op onder andere dieren is uitgetest, den k aan EPO en haar opvolgers.
Ik heb ooit eens ergens gelezen dat in een portie gebakken aardappelen of frietjes er wel 400 chemische verbindingen kunnen zijn, waarvan we de uitwerking niet eens weten op ons lichaam.
Om dus maar weer eens over na te denken!























vrijdag 1 maart 2013

Een bek met witte tanden (2)

Goh, Boogerd dus ook al. Dan volgen de rest van de Rabo en TVM en PDM coureurs en grootheden ook wel gauw denk ik, om hun verleden op te gaan biechten. Maar dat is niet aan mij om voor het voetlicht te brengen of er nader op in te gaan.
Het 'geval Boogerd' heb ik bij de kop gepakt. Want, vraag ik me af, hoe vaak is hij positief bevonden? Hoe vaak hebben kranten en sportprogramma's met dikke koppen, zowel de kranten als de presentatoren van die sportprogramma's, melding gemaakt dat de coureur Boogerd positief bevonden is of als ordinaire 'tricheur' (bedrieger) of als dopingzondaar aan de schandpaal genageld werd? Ik, maar ik ben geen echte professionele volger, maar ik ben er nooit een geval van tegengekomen. Dus denk ik dan, de Nederlandse coureur, Michael Boogerd, is dus vermoedelijk net zo rijk als de Amerikaanse coureur die iedereen al weer van zijn harde schijf gewist heeft: Lance Armstrong en die, blijkbaar, alle dopingcontroleurs ter wereld om kon kopen. Hij, Michael Boogerd,  heeft dus ook alle dopingcontroleurs af- dan wel omgekocht.
(Even een gevalletje van gelijk achteraf: ik heb de man Armstrong nooit gemogen. Dat heb ik in meerdere Blogs geschreven en ik heb in een van mijn boeken, Over mijn toeren ook vermeld waarom. Nu blijkt, met hindsight, dat ik gelijk had. Dat is dan wel leuk, maar je wordt er niet blijer van.)
Maar, Boogerd is nooit zo'n duur betaalde coureur geweest als die Yank. Ja, hij verdiende meer dan ik. Dat is dan wel weer logisch want hij presteerde, in zijn jaren, ook meer dan ik. Oke, ik werkte me ook de koelere, maar ik hoefde nooit zes cols per dag op. En, daar ligt het cruciale punt, natuurlijk. Het cruciale punt waarom doping wordt en werd genomen. De sport wordt te zwaar gemaakt. (Ik ben een heel klein beetje ervaringsdeskundige als het over tochten en bergen gaaat, maar dan ook een heel klein beetje)
Nou nee, het ligt achteraf toch wel verder terug in de geschiedenis. Het ligt bij het ontstaan van de enige en echte sport, de wielersport. (Ik zeik graag mensen af in dat opzicht: het is het tennisspel, het voetbalspel, het honkbal spel en vul maar in, maar het is: de wielersport!)
Bij het begin van de wielrennerij, hoor ik je vragen. Ja. Het fietsen heeft nooit een echte 'amateur' status gekend, zoals de voornoemde spelletjes. Het voetbal was een uitvinding die vanuit de Engelse kostscholen als Eton en Rugby (net als die sport zelf, natuurlijk) naar het continent kwam overwaaien. Het tennis was een sport die aan het Franse hof en door de adel van dat land werd beoefend. Vandaar nog: Deuce, wat deux oeufs betekende, namelijk twee nullen, een gelijke stand, maar het fietsen was vanaf dag een een sport voor de 'koerskerels', die weddenschappen aangingen wie er het eerste aan 't fabriek zou zijn.
De 'uitvinder' van de eerste fiets, een loopfiets en daarom werd de machine naar hem genoemd, Freiherr Von Drais en de Draisine, zoals het loodzware kreng heette, had voor zijn eerste tocht gewed dat hij de afstand tussen twee plaatsjes sneller zou afleggen dan de postkoets. En hij won. Hij legde de afstand drie uur sneller af dan de voornoemde postkoets. En: over heuvelachtig terrein. (Tussen Mannheim en Schwetzinger was dat. Onthoud die namen want ik ga je overhoren.) Toen bleef het hek toch nog enige tijd netjes op de dam staan, hoor. Fietsen waren toen nog luxe producten, denk aan sigaretten en aan benzine.
In Nederland begonnen mannen al Pim Mulier en Jonkheer Bosch van Drakenstein, allebei behoorlijk bemiddeld, ook aan het avontuur van de fiets. Heren en Jonkheren, dus, maar al rap werd het de sport van de 'gewone' man. Op wielerbanen aanvankelijk, maar al rap ging men op wegen en weggetjes rijden, en voor die soort wegen, zie mijn vorige Blog. Wedstrijden trekken gokkers aan! Gokkers willen graag winnen. Dus werd er al rap gewed dat den Fons, of  den Cyriel, of den Achiel de wedstrijd wel zou gaan winnen. In bochten van het parkoers, of op de banen, stonden verzorgers of andere bekenden van de renners, de koerskerels, God, wat vind ik dat een mooi woord, en deden tekens aan de coureurs: je staat op winst of verlies en dus waren de koerskerels, ik beloof het gebruik van dat woord voor de laatste keer voorlopig, en het gauw eens.
'Allez Fons, asda gij nu den koers verliest, zunne, dan delen we den opbrengst.' En Fons dacht aan zijn betrekking in dat kale en kille boerenhoeveke en dat 'ie de geiten weer moest melken en dat de boer toch wel een godverdommese klootzak was en dacht: Tja jong, 't is dah, den Cyriel wint en we delen de weddenschap en de 80 frankskes van den uitslag. En Fons zei: 'Allez Cyriel, jong 't is goe, maar naar afloop den envelop met de franken, hein?'
Ik doe dit in het zogenaamde Vlaams. Want Vlaanderen is het land van de koers. Daar is het allemaal begonnen. En daar is het bedrog ook begonnen. En daar is het bedrog met de drog ook begonnen. Daar hebben we mee leren leven met dat bedrog en met de drog. En ik ga je een ding zeggen: De koers blijft de koers. Ik zal er tot mijn laatste snik naar blijven kijken. Het is MIJN sport. Een knetterharde en een gemene en een bedriegende sport. Maar ja, ik heb in het leven dat ook meegemaakt. Het leven is ook knetterhard en bedrieglijk, of ben ik nu paranoïde aan het worden?
--later meer--





Het jaar dat ik niet fietste (4)

  Enfin,ik kom bij dokter Blom terecht, op de afdeling Radiotherapie. Die afdeling zit behoorlijk verstopt in het ziekenhuis. Op de min 2 ...