dinsdag 29 april 2014

La Doyenne, de oudste klassieker

Maar meer over de voorjaarsklassiekers.

La Doyenne, letterlijk vertaald: de oudste in dienst of in jaren, werd afgelopen zondag verreden. La Doyenne is gewoon: Luik-Bastenaken-Luik, of in het Waals: Liege-Bastogne-Liege of, voor de volgers, LBL. De oudste van de "klassiekers", zoals die wedstrijden, die van oorsprong van stad naar stad gingen,  worden genoemd. Deze koers werd voor het eerst verreden in 1892! Ik moet er niet aan denken hoe die mannen toen hebben afgezien. Ik heb haar (gedeeltelijk) ook een paar maal verreden. Ik reed op een fiets, die met bidons, nog geen acht kilo woog en ik heb afgezien als een beest al die keren. De Cote de Wanne, de Wanneranval, de Stockeu, Haute Levee, Vequee en Rosier en, niet te vergeten die afgrijselijke La Redoute. (En dan ook nog al die rot klimmen er tussen in. In Walenland is er geen meter vlak, overigens.)
Maar, ik heb ze gedaan. Ik ben er op gereden, boven gekomen en heb pijn geleden. Ik weet hoe moeilijk het parkoers is. Stel je voor, 1892. Wegen met steenslag, fietsen van 12 of 13 kilo, wollen kleding en geen echte 'wieler' voeding. En dan ook nog tegen dertig in het uur, hè?
Afgelopen Zondag heb ik met heel veel plezier en met heel veel herinneringen, naar die oude wedstrijd gekeken. Een wedstrijd die eigenlijk alleen gewonnen werd en wordt door grote 'mijnheren'. Dat waren (tot nu toe) 58 Belgen, sommigen van hen wonnen die wedstrijd meerdere malen natuurlijk en er staan slechts drie Nederlanders staan op de erelijst. Ab Geldermans onder andere, in 1960. Dat was een toen "schaduw kopman" overigens. Hij droeg ooit ook nog eens de gele trui in de Tour, was Nederlands kampioen en won de ronde van Duitsland en het was dus een top coureur. Maar ook "poeleke", onze  Adri van der Poel en Steven Rooks, wonnen die zware klassieker ook. Want, zwaar is ze. Overigens niet echt voor de heer, nu Baron, Merckx. De veelvraat, de kannibaal won de wedstrijd wel vijf maal. (Hij won overigens La Primavera, Milaan-San Remo zeven keer.)
Dus, na al het spektakel van koningsdag, die bij ons voor de deur in onze stad werd gehouden voornamelijk, zat ik op de middag daarop helemaal geïnstalleerd voor de wedstrijd. Het was de 100ste uitvoering van de koers. Ze bestond al langer, zoals je las, maar de twee wereldoorlogen hadden een aantal edities onmogelijk gemaakt. Ik heb genoten. Nee, niet van de wedstrijd op zich. Maar wel van het landschap en de fraaie beelden van  de dorpjes en de heuvels en steden.
Omdat het een jubileum uitgave was, werd er maar liefst 160 kilometer koers uitgezonden. Dat doen de Walen niet vaak, moet ik je vertellen. Dus zagen wij, liefhebbers, eindelijk en volgens  mij voor het eerst, eens beelden van het befaamde keerpunt in Bastogne, Bastenaken, zoals de Vlaamse reporters het bleven noemen. Ook zag ik de beklimming van de Wanne. Ook zag ik de ander hellingen die over het algemeen de 'live' uitzending niet halen.
Man, dat was genieten! Ik zag de Wanne, waar ik helemaal naar de klo... ging en afstapte en mijn fiets wilde weggeven aan die gene die hem wilde hebben. Ik zag de beklimming van de Stockeu, een gemene puist, die ik, het ging al iets beter, naar boven kwam, ondanks zijn stukje van 17% stijging. Ik kwam weer eens door Stavelot, oh, wat een leuk plaatsje, met dat eigenaardige stuk kasseien in het centrum. Ik zag de Haute Levee, gemeen loeder, met die rare betonblokken als afscheiding van de weghelften. Op de Vecquee ging het toen beter en beter met me toen, maar ja, toen kwam nog La Redoute. Een moordenaar, een sluipmoordenaar!
Langzaam stijgend, dan een bochtje om en daar licht ze: 22% steil! Doodgaaan heeft gradaties, maar hier ben ik heel erg doodgegaan. Deze klim is gemener dan de Keutenberg, stukken gemener. Ze blijft door stijgen en doorgaan en er lijkt geen einde aan te komen. En: overal op het wegdek zie je de naam PHIL gekalkt. Als je dan weet dat die Gilbert hier versnelde in de wedstrijd, waar jij blij bent dat je elk paaltje naast je in het weiland op je allerkleinste verzet nog net haalt, begrijp je dat La Redoute niet fijn is, zeg ik eufemistisch. Maar: ook al heb je hier nooit ene poot gezet, hetgeen ik je wel aanraad, met je voertuig, wandelend of op de fiets. Zoiets van: The weather is here, wish you were beautiful, of zo. Je zou de streek echt moeten bezoeken. De Ardennen zijn fraai, heel fraai.

Dat brengt me op het eigenlijke schrijfsel. Ik heb de afgelopen weken vier vrije en saaie koersen gezien in prachtige decors. Want: wees eerlijk. Spannend waren de vier klimklassiekers niet echt, vonden jullie wel? Het koersverloop was zo voorspelbaar dat het bijna op PEC-Ajax ging lijken. Een kopgroep pakt bijna vijftien minuten en wordt dan op een kilometer of wat voor de meet teruggepakt. De grote kanonnen kijken elkaar het licht uit de ogen en op twee kilometer voor de streep gaat er misschien een van hen aan. Maar dat is dan vaak van niet beter kunnen, want na eenmaal aanzetten is het vaak over en sluiten. Dus wint de man die het meeste heeft afgewacht en dat was afgelopen zondag ook zo. Is dat te verklaren? Ja, denk ik, maar dat denk ik heel stilletjes in mezelf, want ik ben geen kenner van de inside wereld van de fietserij. Ik denk dat er tegenwoordig zo "schoon" gereden wordt, dat de grote mannen slechts een schot kunnen lossen. (Wat een totaal verkeerde woordkeuze, maar dat schot bedoel ik dus niet.) In de hoogtijdagen van het "feest van list en bedrog", een fraaie titel van Herman Chevrolet, hadden de mannen van de kromme sturen natuurlijk een stuk 'hoger zuurstof gehalte' in hun bloed. Door EPO dus. Denk ik, als leek. Weet je nog dat er mannen waren die zeven keer wegreden op bijvoorbeeld de Saint Nicolas of die als een beest sprintend op het buitenblad naar Ans reden, of die La Redoute opreden en zaten te lachen en te lu.... met elkaar? Niet meer, tegenwoordig! Is de sport eerlijker geworden?

Ik ben nu even uitgelachen en nee, de wielersport zal nooit "doorgrondelijk" worden. Het is, en ik hoop dat ik tegen niet al teveel schenen schop, een katholieke sport en ja, het katholicisme is met haar pausen en bisschoppen en haar mysteries en onbevlekte ontvangenis en zo, ook ondoorgrondelijk. Er zijn in die sport, bij coureurs en ploegleiders, bij mecaniciens en bij soigneurs, zoveel verbanden onderling, zoveel belangen onderling, zoveel afrekeningen en/of juist geschenken onderling. De wielersport is ondoorzichtig, zelfs voor hen die het al hun halve leven volgen en dat maakt het juist dus weer leuk en onvoorspelbaar. Vergeet ook niet dat de wielerwereld heel hard is gaan optreden en gaan controleren na al die doping schandalen van een jaar of wat geleden. (Met het tragische dieptepunt van LA.) Dus is het fietsen schoon? Nee, natuurlijk. Geen enkele sport is schoon. Ik zie alleen maar dat wat er te zien is en dat is dat de coureurs ook mensen zijn die pijn lijden en ook maar een beperkte "energie" voorraad hebben, net als wij, toerfietsers.
Maar, oh ja, dat brengt me dus op een berichtje dat ik vanavond las op een Belgische site: het aantal wielertoeristen dat aan de doping zit schijnt meer en meer te stijgen! Recreanten, die een middagje gaan fietsen schijnen allerlei troep te pakken. Man, maak me gek. Ik schreef eerder al dat ik ook niet van onbesproken gedrag ben, ik drink koffie en eet bananen of appelgebak en zo en soms, voor een hele lange rit, eet ik pasta's de dag ervoor. Maar: een gegeven is dat ik wel vaker wordt weggereden nu dan een jaar of wat terug. Zelfs door hele stevige mijnheren. Maar ja, ik wordt misschien iets ouder? Maar maf vind ik het wel! Ik ben bezig met recreatie, ik hoef toch niet te willen winnen op mijn vrije dag?

Maar wordt het fietsen zo leuker om naar te kijken? Nee, misschien niet. Maar het blijft leuker dan die mannen en vrouwen die af en toe een balletje over een net slaan en dan weer even moeten rusten. Of gemengde teams die ballen in een korfje doen of van die prima donna's die hun naam moeten tonen als ze een doelpunt hebben gemaakt. Maar ja, dat vind ik hoor!

zondag 20 april 2014

Ajax of de Amstel Gold?

Oh man, wat ken ik die Limburgse heuvels goed. Hoe vaak ben ik er in mijn leven al niet geweest? Hoe vaak heb ik er niet afgezien, heb ik niet geleden en pijn gehad en gevloekt en hoe vaak heb ik niet willen afstappen? Die verrekte Camerig, (de enige mannelijke klim in Nederland, volgens oud Tourwinnaar Jan Jansen), de steile holle weg naar het Eyserbos, de Kruisberg, waar ik ooit gevallen ben, toen een stevig dame die net voor me reed, haar re.. en haar fiets, dwars op de weg parkeerde. De Kruisberg, waar, op de top een echte en heuse zevensprong is. Waar ook een grafmonumentje ligt waar op staat dat er, ergens in de 18e eeuw, een mijnheer is gestorven, op die plek.
(Romanticus die ik ben, vraag ik me af of dat een moord was door de bende van de "Bokkenrijders" of zo.) Ik ken ook het naar stijgende, maar mooi berijdbare Drielandenpunt, de klim van de Sibbegrubbe, met dat gekke "dipje" erin, een soort van kuiltje vlak voor de top en ik ken natuurlijk dat afgrijselijke stuk van 22 % stijging op de de Keutenberg. De afzink naar Valkenburg op de Daalhemmerweg ken ik ook natuurlijk, daar, waar ik ooit met tachtig kilometer per uur naar beneden ging en waar toen opeens, helemaal "out of the blue" een enorme hagelbui losbarstte en het wegdek van een ijslaagje voorzag. En dan ook nog dat laatste stuk: de Cauberg, verschrikkelijk. Die Cauberg is eigenlijk maar over een klein stukje steil eigenlijk, maar na een dikke honderdvijftig kilometer gereden te hebben is het een drama. Sluipend gaat het omhoog en je ziet er letterlijk tegen op als tegen een berg. De klim gaat steeds rechtdoor en omhoog, geen bochtje om je af te leiden. Veertien procent op zijn steilste punt, dat is niet overdreven veel, maar man, wat een sloper. De klim heeft ook nog eens een slecht wegdek, je kijkt dan wel naar hoge struiken links en rechts maar er komt echt geen einde aan. Oh ja, daar, dat bruggetje, nou ben ik bijna boven, maar, no way, f..., pas bij het tweede bruggetje ben je er. Er komt nu een dame me voorbij gereden. Wat? Op een opoefiets met een peuter in het zitje voorin en een zak tuinaarde achterop en boodschappen tassen aan haar stuur?
Nu begin je echt te hallucineren, hoor. Je moet een slok water met Isostar pakken uit je bidon. Je gaat rare dingen zien. Wanneer en wat heb je gegeten? Heb je nu een suikerdip? Maar, ooit op de Grebbeberg, werd je toch ook voorbij gereden door een mevrouw op een gewone fiets?
Maar nee, het is wel een mevrouw, maar ze ziet wel net zo af als ik dat doe. Ze blijft op een meter voor me hangen en door haar gehijg zou ik bijna erotische gevoelens kunnen krijgen, als ik nog zou weten dat er zoiets als erotiek zou bestaan of dat er nog iets anders zou zijn dan op een fiets te zitten en op klimmende wegen af te zien, op dit moment in mijn leven. Ik passeer haar dus en kijk in haar gezicht. Erotiek is ook het laatste waar zij aan denkt, nu, zie ik.

Ik ben geen klimmer. Mijn spieren zijn meer gemaakt om te beuken en te harken in de polders, waar altijd een tegenwind is. Tegenwind die ik wel aan kan. Ik ga dan lekker diep in de beugels van het kromme stuur, gooi lekker het buitenblad er op en dan douw ik, met  een zestien of zo van achteren, soms een zeventien, als ik moe bent van een dag werken, tegen die wind in. "Je krijgt mij niet te pakken, hoor", zeg ik bij mezelf tegen de vaak heersende westenwind. Ik laat me niet gek maken door een windkracht vijf of zes of zo. Ik ga gewoon door, lekker de Haarlemmermeer rond of zulks, weet je. Stoempen en douwen en gaan. Snot uit je neus, slierten slijm van de hoestbuien die je dan krijgt naar buiten spugend, maar heerlijk, dit is afzien! Man, dat is leven! Polders, vlak terrein, mooi, man.
Heuvels en bergen! Oh, ik heb het allemaal gedaan hoor. Ik ken de AGR. Ik heb zelfs de toeristen editie van 200 kilometer gereden en kom bijna elk jaar wel eens in het zuiden. Ik heb ook een toer versie van Luik-Bastenaken-Luik gereden. Ik heb de Alp d' gedaan. De Cote d' Oz en nog wat van dat grut in de Alpen. En nee, het bekoorde niet. Oh, ik kwam boven en ik was zo trots als de befaamde aap met de zeven befaamde je-weet-wel dingen.
Maar, de investering die ik moet maken om naar boven te komen op al die puisten, waren zo groot dat mijn "gebied", de polders en de (gemakkelijkere) heuvels van Overijssel, Drenthe, Gelderland en Limburg niet meer genoeg rendement op leverden. Als dat een moeilijke zin is, dit is mijn uitleg: Ik deed over de tocht vanaf de voet naar de top van de Alp, een afstand van dertien kilometer: een uur en drie kwartier. Nogmaals: ik was blij, dat is dan eufemistisch, ik was opgewonden en euforisch, dat ik het gehaald had. Maar: in dat ene uur en die drie kwartier rijd ik zestig kilometer op het vlakke en zie ik stukken minder af.
En nee, zo mag je het niet bekijken. Je moet de uitdagingen doen die je wilt doen. Maar soms zijn die uitdagingen net even genoeg. Ik heb dus geen verdere uitdagingen meer aan mijn lijstje toegevoegd, voorlopig dan. Ooit wil ik wel de Mont Ventoux beklimmen, maar dan in mijn tijd, in m'n eentje en niet gedwongen worden door allerlei zogenaamde trainings-schema's. Daardoor heb ik, met veel spijt, een groepje goede vrienden moeten loslaten. Ik schreef er ooit over. Soit.

Er waren vandaag, eerste Paasdag 2014, twee hele grote sportevenementen in ons land. (Er waren meerdere natuurlijk, er zullen hockey-, korfbal-, handbal- of basketbal finales geweest zijn, maar even voor het gemak waren die twee evenementen, de beker finale tussen het redelijk kleine PEC Zwolle, de blauwvingers zoals ze genoemd worden en het grote, chique, dure en dus ook wel arrogante FCA. Football Club Ajax, Joden, noemen ze zich, althans de fans, maar daar heeft de club historisch gezien niets mee, hoor, zoals het tegenwoordig heet. Vroeger, men speelde nog in een kleiner en minder elitair stadion in De Meer, heette de club gewoon Ajax. Ze waren nog niet door de "beursbengels" ontdekt als een investering, of als maker van grote winsten op financieel gebied.
De "Van Praagjes", drie generaties of zo, waren er nog de baas, de club had nog trainers die dingen zeiden als: "Kain keloel, Foesbal", of "Voetbal is oorlog" en het was gein om naar te kijken. Da's allemaal wel veranderd.
Vandaag dus: Goliath en de reus, nietwaar? En ja, net als in het Bijbel verhaal, het is immers Pasen, versloeg de kleine en nietige Goliath de reus Ajax. En niet met een lul... klein beetje verschil, hoor! 5-1!

Even stilte nu. Er waren, natuurlijk en helaas, weer veel en nare incidenten. Er werd vuurwerk gegooid, de wedstrijd (ik praat nog steeds over sport, hoor) werd voor een half uur stilgelegd. Na afloop werden er ongeveer dertig mensen 'opgepakt' door de politie. Die hadden waarschijnlijk ook nog eens kaarten gekocht voor veertig euro per stuk! Ze hadden rellen getrapt, vuurwerk in hun bezit of wapens. Het aantal bezoekers van die wedstrijd was ongeveer 40.000.

Er was nog een belangrijk sport evenement, zo al ik al schreef. Onze enige en echte Klassieker, de AGR werd verreden. Ik ken de AGR, (zie boven) en ik heb me, nadat ik zelf drie uur getraind en gefietst had, geïnstalleerd voor de buis. Met Belgisch commentaar, ja dat wel. Een heerlijke wedstrijd, een feest van herkenning ook. Daar, oh ja, daar op die klim, daar ging ik naar de klo..., man en daar, mannen, let op, schakel klein nu, en zie, daar de Eyserbosweg en, oh die afgrijselijke Loorberg en dat soort zaken zat ik te roepen.
En wel zo enthousiast, dat geliefde E. mee ging kijken. We zagen een heerlijke wedstrijd, met een droom finale! Aanvallen, wegrijden, terug gehaald worden, stilvallen, niet meer kunnen, afzien, man, wat een feest voor de liefhebber. Nee, die wedstrijd werd nooit stilgelegd, hoor. Er was alleen maar gejuich en applaus en enthousiasme voor de mannen op de fiets. Iedere toeschouwer had zijn eigen favoriet maar iedere toeschouwer juichte ook voor alle ander renners. Gilbert won. Terecht. Er werd geen vuurwerk gegooid, er waren geen rellen, het was alleen maar een feest. En nee, ook geen arrestaties. Geen wapens. Alleen maar enthousiasme. En nee, de mensen die langs het parkoers stonden hoefden niets te betalen. Wielrennen is een echte volkssport toch?
Het aantal bezoekers van die wedstrijd was trouwens ongeveer 250.000.

zondag 13 april 2014

Mijnheer Terpstra's Hellevaart

Een geintje, die titel. Gejat van Simon Vestdijk*. Maar: beter goed gejat dan slecht verzonnen, heet het in de schrijfwereld, toch?

Een Vlaming zou hebben gezegd: "In de Hel ontbond Nikki Terpstra zijn duivels!" En het is waar: dat deed de man dan ook. Met panache en overtuiging en grinta (Brinta van grint? Nee, het is een Italiaanse term voor, zeg maar: doorzettingsvermogen) won de man die in 1984 in Krommenie geboren werd, deze editie (2014) van de Hel van het Noorden. 'l Enfer du Nord. Op een majesteitelijke wijze, overigens. Hij reed op een kilometer of zeven voor de meet weg en werd niet meer teruggehaald! Goed, tot zover dan dit Blog, eigenlijk. De uitslag is bekend, de koers is gereden en veel valt er niet meer over te zeggen. De pijlen die de weg wezen, zijn al weg gehaald, de helgele borden die de richting aangaven zijn van de bomen en lantaarnpalen gehaald en de vlaggen die de kilometer signaleringen en het nummer van de kasseistrook vermelden zijn alweer opgerold en in de vrachtwagens verdwenen en worden opgeslagen in de loods van het organiserende comité. De seingevers zitten weer thuis en vertellen, ik denk met een goed glas, hun sterke verhalen over de dingen die ze gezien en gedaan hebben. Het stof is neergedwarreld over Trouve d' Aremberg, over de Mons en Pevele, over het Kruispunt van de boom, Le Carrefour de l' Arbre. De nu thuis teruggekeerde toeschouwers genieten, ook met een lekker drankje denk ik, nog na over de voortstuivende wielrenners die ze hebben gezien. Ze genieten nog na over die halve minuut die zij deel hebben mogen en kunnen uitmaken van de Koers. Van die halve minuut die het peloton er over doet om aan jou, als toeschouwer voorbij te trekken. Dan kom je dus kilometers en uren ver in je auto, of sta je al dagen met je camper langs de wegen, om naar je favoriete wedstrijd te kijken en dan, dertig seconden later zijn ze alweer voorbij. Misschien zag je net je favoriet. Cancellara, Boonen, Van Marcke, Boom of Demare. Misschien herkende je ook geen enkele coureur, het ging echt zo snel, maar: je was erbij!
Je was live bij de koers en je hebt het gezoem van de banden gehoord, het kraken van de frames, het ratelen van de kettingen, het klikken van de versnellingen, het gevloek en het geroep van de coureurs, je hebt de geur van de koers geroken. De olie van de kettingen en de balsem op de spieren van de mannen, de geur van de auto's en de motoren en: de geur van de alomtegenwoordige frituurkramen. Je was erbij! Je was getuige van een enorm evenement! Je hebt genoten en je bent nu weer thuis en je geniet na. Je kijkt naar alle sportuitzendingen om te zien of je nog ergens in beeld bent geweest en verdomd, zeg je tegen je partner en/of je kinderen: kijk dan, kijk, zie, hier dat stipje daar, dat blauwe jack! Man, dat ben ik. Ja en zie je, daar: daar reed die en die lek en ik zag het gebeuren! Ik stond erbij! En hier, kijk, dat is dat aardige stel uit Antwerpen waar ik een tijd mee heb staan Ouwenelen. Man, wat goed, wat leuk!
Maar je hebt helaas de koers op het parkoers bekeken, denk je achteraf. Want om de wedstrijd goed te hebben kunnen zien, had je gewoon thuis voor de Tv moeten zitten, eigenlijk. Want fietsen is een echte televisie sport, natuurlijk. (Een van mijn zwagers is een Francofiel. Hij fietst zelf ook graag, maar dan kalmer, zeg maar. Maar, vindt hij: de beelden die je ziet van Frankrijk tijdens de TDF of van Italië tijdens de GDI of van Spanje in hun ronde dan, zijn te fraai om niet naar te kijken. Ja en daar rijden dan wel een stel mannen door het beeld, nu ja, soit!) Maar ja, nu achteraf ga je de wedstrijd bekijken. Je vrouw/partner heeft die opgenomen voor je. Ja, wat een gedoe. Ze heeft het goed gedaan hoor, maar ze wil nog even dit af zien en dat en dan, tegen elven, kan je eindelijk naar de beelden kijken en je ziet dat het eigenlijk een rare koers was. Je ziet nu dat deze editie een afwachtende en een tactisch verhaal is geweest. De grote mannen keken elkaar het wit uit de ogen, blijkt. De gebruikelijke kopgroep met coureurs zonder al te veel grote namen nemen minuten voorsprong, de grote tenoren wachten af. En heel lang. Dan: op vijftig kilometer voor de meet gooit Tom Boonen zich in het vuur en demarreert, zie je, maar, da's ook niet met al te veel overtuiging of overschot, eigenlijk. De andere mannen blijven zitten en blijven kijken. Van Marcke probeert het, maar dat gaat niet door. Andere mannen proberen het, maar het grote loeren is begonnen en het is wel spannend nu. Deze en gene geeft een snok en de nervositeit is ten top! Niemand komt weg, de aanvankelijk gelosten sluiten weer aan en andere coureurs zien er ook nog fris genoeg uit.
Dan, met nog een kleine tien kilometer te gaan gaat Nikki Terpstra. En niet even zijn kont op heffen uit het smalle en harde zadel, nee, hij gaat echt! Wat een macht en kracht. 'Samme wat rijdt die gozer goed, zie je en dat zeggen ook Wuyts en Van Nieuwkerke, de Vlaamse verslaggevers van dienst! "Terpstra gaat! Net zoals toen in Dwars door Vlaanderen! Hij zet aan! Geef hem geen vijftig meter, want dan is 'ie weg!"
En hij was weg! Boonen mocht niet achtervolgen natuurlijk, als ploegmaat. Stybar, ook al zijn ploegmaat natuurlijk, ook niet, maar de rest kon niet of speelde poker. Maar dat ging helemaal fout. Het was geen Royal Flush, het werd een One of a Kind. (Morgen zal maatje H. me hierover afrekenen. Hij is een groot pokerspeler en zal me wijzen op de fouten die ik nu maak.)
Daar was de wielerbaan. Daar was Terpstra. Daar was de overwinning, daar was de eerste zege in Roubaix na die van Servaas Knaven, nu al weer dertien jaar geleden.

Je drinkt je glas leeg en zoent je vrouw. Die kijkt blij op! 'Nee', zeg je, 'dat koelere eind rijden en allemaal stof happen! Ik ben helemaal naar de kl....! Ik ga slapen, morgen vroeg op!' Een beetje teleurgesteld zapt ze naar 8, de vrouwenzender.
In bed geniet je nog (heel even) na. Het volgend jaar zit ik gewoon thuis, lekker voor de buis, denk je nog en de vermoeidheid van de lange autorit en het doezelig zijn van een hele dag in de buitenlucht, werpt je in een diepe slaap!
* Vestdijk schreef onder andere "Mijnheer Vissers Hellevaart" Leek me leuk om even te pikken.

zaterdag 12 april 2014

Vallen en de Ronde

Nee, ik weet het, ik moet het verhaal nu afmaken. De koers is lang geweest, maar de meet is nu eindelijk in zicht. Het ging over vallen en zo. Er werd namelijk heel veel gevallen in de afgelopen wedstrijden. Het hele voorjaar door eigenlijk al. Ja, veel en ook vaak vreselijk hard vallen. Tegen soms zeventig kilometer in het uur, gaan de jongens opeens hard op hun plaat en dat is echt hard. Waarom? How comes that nou? Kunnen die jongens nu opeens meer sturen of zo? Hebben ze geen oog meer voor het gevaar? Nou, er zijn weer een heleboel kanten aan dat verhaal, natuurlijk.
Elke fietser, in elk geval die op een fiets met een krom stuur rijdt, valt, minstens, een keer per jaar. Vaak door de schuld van een mede weggebruiker, soms door dommigheid, vaak door gladheid, door eigen onbenulligheid of dat soort zaken.
Heel veel medemensen, die auto of motor rijden, hebben over het algemeen geen idee van de snelheid van een fietser (zelfs niet van een gewone fietser, zeg maar) en schatten diens aankomst bij het punt waarop zij afslaan dan ook volkomen verkeerd in. Het is mij meerder keren overkomen dat ik een koprol maakte over de motorkap van een wagen of tegen een motorrijder aan kletste die nog even snel doorreed, waar ik voorrang had. Ik geef het meteen toe en ik steek de hand in eigen boezem. (Daar is niet veel aan, maar de vrouw is even druk in de badkamer.)
Heel veel schuld ligt bij de fietsers. Die hebben vaak sch... aan de wereld. Ze rijden door rood, ze hebben in het donker totaal geen verlichting, ze slaan af zonder dat aan te geven, ze rijden tegen de verkeersstroom in, gaan de kruispunten vaak diagonaal over zonder op of om te kijken en hopen dat de andere weggebruikers hun gedachten gaan lezen. NOT! Dat zijn allemaal stomme eikels en achterlijke hufters die de goedbedoelende fietsers, zij die weten dat ze deelnemen aan het verkewer, een hele slechte naam bezorgen.
(Maar ook gladheid is zo verraderlijk. Het is me een jaar of wat geleden overkomen dat ik, het was maart, vijf uur in de morgen en een fraaie en heldere dag. De temperatuur was rond de acht graden, iets te koud om in de korte broek naar het werk te gaan, natuurlijk. Ik deed het wel. Ik nam een flauwe bocht en voelde mijn achterwiel wegglijden. Ja, houd daar eens wat aan! Bats, op mijn smoel. Gelukkig was de fiets in orde, dus kon ik verder. Ik zette aan, ging de tweede, ook flauwe bocht in en ja hoor, daar lag ik weer. Vorst aan de grond. Ditmaal was ik zo hard gevallen dat mijn helm was gespleten! Man, ik was zo blij dat ik die helm, helemaal een goed gekeurde, met stempel, op had!)

Ja, ja, over De Ronde en het vallen. Waarom gebeurt dat deze dagen nu zoveel? Eerlijk gezegd weet ik het echte antwoord niet, maar ik heb wel ideeën. Even een ander punt: In de grote Scheldeprijs die afgelopen woensdag is verreden. is zo goed als niet gevallen, in elk geval geen smakken waar meer dan twee renners bij lagen. (Die wedstrijd heeft natuurlijk wel een minder aanzicht dan De Ronde.)
Tijdens De Ronde wil elke wielrenner, in ieder geval elke kopman, vooraan zitten, ze willen allemaal als eerste over die vreselijke en venijnige klimmetjes komen en dus zetten ze hun knechten vooraan om hen zo ver mogelijk van voren te laten beginnen aan die klimmen. In een team zijn er ongeveer 6 knechten. Er zijn zeg maar 20 teams die willen rijden om te winnen, dus zie je ongeveer 120 man die allemaal tegelijk vooraan willen zitten. Een racefiets is, inclusief berijder, even afgerond, vijftig centimeter breed. Over het algemeen zijn de wegen in Vlaanderen slecht en dan bedoel ik: bar en boos! Jullie, lezers die er gereden hebben, met de auto ook, weten dat. Kuilen en gaten en rare weg onderbrekingen en zo. De snelwegen "gaan" dan nog, maar de N wegen, de nationale wegen, zeg maar de provinciale wegen, zoals wij ze hebben, zijn in Vlaanderen echt beroerd. Soms zijn er drie banen, waarvan een heen gaat, een terug en een derde, ja, niet helemaal duidelijk, maar voor passeren en zo. Ze zijn wel redelijk breed, maar in de koers wordt natuurlijk slechts een baan gebruikt. Als die, ik roep eens wat, vijf meter breed is, dan passen daar dus tien renners op. (Dat is niet zo, renners hebben ook nog eens een paar centimeter tussenruimte naast elkaar, maar voor het gemak uit te leggen laat ik het even zo.)
Die N weg gaat opeens, in een haakse bocht, over naar de beklimming van: Kwaremont, Koppenberg, Paterberg, nu ja, noem maar op, in elk geval zo'n rot klim. Dat weggetje, vaak door kasseien ontsierd, is slechts twee meter breed. Ik heb vroeger, net als jullie, rekenen geleerd op school en van vijf naar twee en dus van 10 naar x is, eh, even rekenen, ik geloof, nou ja, dat kan dus niet. Dus staan er opeens coureurs te voet, die moesten van van vijftig naar nul, zeg maar en dus komen de mannen aan de staart van het peloton, of hen die achterop gebleven zijn door pech of bevoorrading, nu met vijftig in het uur aan denderen en moeten helemaal in de ankers en ja, dat gaat dus ook niet, dus liggen ze er dan ook maar weer bij.
Dat is een (1) reden! Teveel renners op een te smal parkoers. Maar een andere reden is dat de ploegleiders hun mannen allemaal vooraan willen hebben. Dus geven ze opdrachten daartoe aan hun mannen en zie dus de gevolgen die ik hierboven heb beschreven. Nog een reden is dat er bij de jongere coureurs te weinig koersinzicht is, of dat ze te weinig respect tonen voor het fietsen en voor hun collegae en zich gedragen als 'cowboys'. Wild West praktijken dus. Ze geven "kwakken"* en duwen en snijden de andere mannen af. Voornamelijk om zich te willen bewijzen en/of om in beeld te komen. Ik las dat een minuut zendtijd op de Tv (dus lekker een minuut in beeld rijden met je shirt en broek duidelijk zichtbaar) je sponsor anders 40.000 euro zou hebben gekost/nu oplevert? Waar ik dat gelezen heb? Ik weet het niet, maar ik geloof het meteen.
Een heel andere reden is dan weer chemisch. Nee, geen doping of zo. Ik heb het idee, en ik heb het er kortgeleden nog eens uitgebreid met maatje G. over gehad, dat het vreselijke doping spook, langzaam uit het peloton verdwijnt. Langzaam. Zo snel als de koers gaat, zo traag is het wielrennen in het veranderen van haar tradities en ja, daar hoort 'den drog' ook wel bij. Ik vertelde aan G. dat de (mijn/onze) sport wel voorop liep met het aanpakken van de doping zondaars. Dit in tegenstelling tot de atletiek en zo. Daarvan werd altijd beweerd dat het 'schoon' was, maar de (recente) geschiedenis leert anders. Maar, het fietsen om den brode, is al vanaf de eerste wedstrijd, nu een 150 jaar geleden, al een sport geweest waar geld mee te verdienen was en vaak veel geld. Sport en poen! Het gaat te vaak en bijna nooit goed samen. Ooit zullen we wel eens te weten komen hoeveel voetbalwedstrijden er zijn 'gefixt' en zo.
Maar de chemische reden die ik even opgaf is het preventief slikken, door de renners, van een pijnstiller. Ik dacht dat het Tremetol was, maar Google geeft me geen uitsluitsel. De stof is niet verboden, nog niet. Een bijwerking van dat pilletje zou verminderde concentratie kunnen zijn en dus zou dat kunnen verklaren waarom veel renners te laat reageren op het angstaanjagend gepiep van opeens aangeknepen remmen. Een geluid dat de toerfietser, als hij wel eens in een 'peloton' rijdt, meteen weet te herkennen als tekenen van paniek!
Ja, allemaal logische verklaringen, toch? Wat doe je er tegen? Nou, dat kan dus zijn om de grootte van de ploegen te verminderen. 22 ploegen van 6 man of twintig ploegen met een achtal fiets jongens. En dus een verbod op die pijnstiller. (As if?) Meer respect voor elkaar, dus beter opleiden van jonge coureurs. En: zegt de Belgische wielerbond: "We gaan rode en gele kaarten uitdelen!"  

Ik hoop dat je uitgelachen bent? Nee, het is een serieus voorstel van de Belgische bond. Kaarten! Ook aan de hand van Tv beelden. Die alles voor waar verklaren? Die zeggen: 'Goh joeng, Van Avermaot, ge hadde Uwen velo niet mogen depanneren daar om dat 'oekske want nu is diejen De Volder tegen Uwen velo aangeknotst!'
Maak me gek. Wielrennen is een echte mannensport en ja, je valt. Je ligt op je smoel. K..! Pijn. Stom en l..... en naar. Rood, scheids, die magoggel reed lek op het verkeerde moment! Geel voor die man, jury! Hij pakte een bidon aan! He, scheids, ik dee nix, maar die gast sloeg opeens af zonder zijn hand uit te steken!
Ik zal het de volgende keer doen als ik op mijn muil lig omdat ik een bocht verkeerd inschat of omdat het aan de grond gevroren heeft!

*: Voor de marine lezer(es): nee, dat bedoel ik er niet mee!


donderdag 10 april 2014

De Ronde. Het vallen en de stress!

Een dag of wat geleden heb ik een Blog geplaatst over De Ronde, de enig echte dus, namelijk die van Vlaanderen. Ik ga nu hier niet het hele koersverloop beschrijven. Er zijn veel meer en veel betere schrijvers dan ik die dat kunnen, natuurlijk. Laat ik het vanuit mijn koers liefhebbend hart zeggen: "Ik heb zitten te genieten!" Rond een uur of half tien begon de uitzending met het startpodium in Brugge.
Ik ben een paar keer aanwezig geweest tijdens de start. Toevallig, overigens. Een goede collega van me woonde in een "loft" in die fraaie stad, was elk weekend thuis in Purmerend en dan konden we, des vrijdags voor twaalf uur, de sleutel bij hem op het werk ophalen en dan 'voor nop' daar een weekend verblijven in die woning. "Als we zijn vissen maar gingen voeren." Tot twee maal toe was, 'toevallig' zei ik tegen E., mijn gade, het die bewuste zondag in het voorjaar, die enige echte zondag van het jaar, die van de Ronde. Ik had altijd de racefiets bij, ging op de fiets naar de start, reed ook een stukje van het parkoers en ja, een kinderhand is gauw gevuld natuurlijk, ik was zo blij als een kind.

Ok, ik moet even iets uitleggen. Als ik het heb over: Tv, of uitzending of commentaar, dan heb ik het wel over de Belgische uitzendingen. Zonder een snob te willen zijn, kijk ik eigenlijk alleen maar naar de koers, zoals die op Canvas wordt uitgezonden. Waarom? Ik ga even wat dingen elimineren:
1/ Eurosport is een commerciële zender, waarop je tijdens de wedstrijd zo veel reclame ziet en waarop zoveel hoogtepunten van de andere sporten, als tennis en voetbal, worden uitgezonden, dat je meer van die sporten ziet dan van de wielerwedstrijd zelf. Ik heb het ooit meegemaakt dat, tijdens de laatste vijf kilometer van een wedstrijd, in volle finale dus, doodleuk werd overgeschakeld naar een van de heel vele rustmomenten van een of ander tan B-toernooi, omdat dat op gras of juist niet werd gespeeld. Rustende sporters! Dat zijn dus geen sporters. Mijn credo is dat als je rust tijdens een wedstrijd, het geen wedstrijd is. Dan is het een spel. (De marathon en de Elfstedentocht hebben toch ook geen theepauze of zo? Nou dan!)
2/ Ok, verder elimineren. De Nederlandse uitzending is voor mij ook geen optie. Hoewel Maarten Ducrot een leuke coureur was en een leuke verslaggever is, wordt hij geflankeerd door een man, ene Dijkstra, die alles van schaatsen weet, maar niets van fietsen. Dan komt daar ook nog de heer Smeets bij. Die weet veel van coureurs en hun privé leven en zo en hij heeft alle uitslagen keurig op kaartjes of in de palmtop staan, (bestaan die dingen nog of heten ze nu anders?) maar de man heeft, op hoog niveau dat wel, basketbal gespeeld, maar ja, meer dan een Amerikaans partijtje van wat wij zouden noemen "straatvoetbal" is dat ook niet. In elk geval niet hier, waar we veel minder opgefokt zijn door dat soort vreemde en minder interessante hypes en dingen van mannen met tatoeages en geweldige ego's en enorme miljoenen voor een paar minuten werk. Basebal is net als cricket en golf, een spelletje voor luie mensen, natuurlijk.
3/ Dan, erbij, de NOS, of NOB of hoe worden ze tegenwoordig genoemd, ziet kans om ook de finale te onderbreken door de uitslagen van NEC-NAC, nul-nul,  te vertellen. Die ploegen gaan dan dus door naar de Eredivisie of zo, of niet. Ik noem maar wat. Maar mijn echte boycot tegen de NL zender is wel dat ze, na de biecht van LA, het wielrennen op een 'achterbrandertje' hebben gezet. Uitroepend: vieze vuile pakhazen en dopingzondaars. (Ik doe dat schuingedrukt, het was anders, maar het kwam er wel op neer.) Ik vroeg me toen af of ze wel atletiek bleven uitzenden, want daar waren een aantal schandalen in geweest. Ja, dat deden ze. Ik vroeg me af of ze wel de OS bleven uitzenden, want in het gewichtheffen en zo, daar waren al enkele schandalen geweest. Ja, dat deden ze ook. In meerdere sporten kwamen schandalen aan het licht. Voetbal omkoop praktijken en wedstrijd afspraken. Ze bleven het uitzenden. Zonder een woord van kritiek tegenover de heel duurbetaalde sporters! Zonder een woord van kritiek over de schandalen. Nee, er werd, urenlang, gewauweld over de communicatie systemen van de coureurs, die, nu algeheel bekend, de "oortjes" heten.
Ondertussen bleef Smeets, de zelfverklaarde wielerpaus van ons land, zijn vriendschaps-banden met LA aanhouden, zelfs nadat de man totaal in de ban was gedaan. (Ik ga nu eerlijk zijn. In een van de boeken die ik geschreven heb over het fietsen noemde ik al man en paard. LA had een geweldig nare ziekte overwonnen, trok in de strijd tegen die ziekte heel veel publiek en publiciteit en had een geweldige stichting opgeroepen daarvoor. Alle hulde voor hem. Maar, toen een kleinere coureur hem aansprak over het feit dat hij, LA, ook gesignaleerd was bij een doping arts, maakte LA het leven van die coureur tot een hel. Overigens had die Filippo Simonie helemaal gelijk, bleek achteraf! Dat vond ik zo laf van die Armstrong dat ik hem toen beter ben gaan volgen en zijn donkere kant ook meer opmerkte. Ik lees overigens net dat hij nu ook zijn toenmalige ploegleider, Bruyneel en zijn mecanicien en een verzorgster van de ploeg voor de leeuwen werpt. Bravo, heldenmoed!)

Dus ja, geen Eurosport, geen NOB of zo, geen Ducrot en dat andere mannetje, dus, gelukkig, naar de Belg. Daar zijn Wuyts en De Cauwer de mannen van het commentaar, gelukkig!

= Dit is wel een lange etappe, niet? Tja, ik kom wel eens aan de meet op den duur, denk ik=

zondag 6 april 2014

Over "De Ronde" en het Nederlandse gevoel.

De fietsliefhebber, nee zo moet ik het niet zeggen, want zo scheer ik een heleboel mensen over een kam, want niet elke liefhebber van fietsen (leuk, dat is een werkwoord en een zelfstandig naamwoord ineen) houdt ook van wielrennen natuurlijk, maar de echte wielerliefhebber doet dat wel. Die kent overigens maar een echte Ronde. En da's dan niet: die van Italië, die van Spanje of die  van Frankrijk en zo, nee, dat is die enige echte en eerlijke en harde Ronde. Die van Vlaanderen.  Oh, niet dat de andere wedstrijden, de andere Tour's, Giro's of Vuelta's minder zwaar zouden zijn of zo, nee, nee, natuurlijk niet. Integendeel, een wedstrijd over drie weken? Man, ma, da's pas zwaar. Maar de settingen van die wedstrijden en het koersverloop en het strijdplan is helemaal anders en niet te vergelijken met de al een eeuw oude klassieker. (De wedstrijd Luik-Bastenaken-Luik is overigens de oudste wedstrijd, nog bestaand. Ze werd in al 1896 voor het eerst verreden en heet dus, terecht La Doyenne.)
Ik ben een verwoed kijker naar alles wat op de buis komt aan koers, geloof me. Ik kijk alles. Ook de moddermannen, de cyclo-cross en ik vraaag me af wat daar voor hen de gein van is. Maar, het echte neusje van de zalm van het echte fietsen, (vooruit, een aantal neuzen van een aantal zalmen), komt natuurlijk (al) in het vroege voorjaar. Want, wees eerlijk. Milaan-San Remo is een hele euke, maar wel heel voorspelbare wedstrijd over het algemeen. De beslissing valt pas na de laatste klim van de dag en veelal is het een sprinter die wint. Maar, dat mag, sterker, dat moet. Want, zo gaan de grote mijnheren nog meer "op hun honger zitten", zoals dat in de wielertaal bij uitstek heet.
Weet je wat vervelend is? Tegenwoordig zijn alle grote wedstrijden met een Engelstalige ondertiteling. Ik bedoel dit daarmee: in de Giro had je altijd een door de zender geplaatst onderschrift als: Grupo di Coppa, of Ultimo Kilometro, excuseer mijn Italiaans, of zo. In Spanje had je dat dan ook, maar dan in het Spanjaards, zoals mijn kleinzoon van zes dat noemt. Maar tegenwoordig is het allemaal in het Engels: Head of the race, Chasing Group, Final Kilometer, en zo. Nee in de Tour heb je dat (nog) niet, da's waar. Ik vind dat soort zaken overigens jammer. Ik hield en houd van de lokale kleuren. Ik begrijp wel dat men mee moet. Ik begrijp heel goed dat het internationale wielrennen zich moet verkopen (vooral ook die dure fietsen en andere sponsor merken als Belkin en Giant en zo) aan allerlei Angelsaksisch-achtig sprekende landen. Dat is alleen maar goed voor de popularisering van de sport waar ik zo van hou, maar het geeft het in mijn idee een beetje een goedkoop effect. Hoeveel Engelsen, Schotten, Yanks, Canadezen zitten aan de buis gekluisterd voor een Live verslag van zeg: de Grote Schelde prijs, of van de Tireno of van San Sebastian? Nee, dat dacht ik ook niet. Dus op zo een manier verkoop je de koers een beetje naar die Engelstaligen toe. Ja, er zijn heel veel Engelstalige coureurs en ook heel veel goede. Denk ik. Wiggins en Froome, natuurlijk en dan nog handenvol. Maar, ik zeg nu iets wat ik niet kan bewijzen of boek staven, die "deemsteren", een fraai Vlaams woord, weer net zo snel weg. Maak voor jezelf een lijstje en zie waar die mannen nu zijn of uithangen. Mark Cavendish, een man die ik trouwens niet kan uitstaan, is nergens te zien in het voorjaar. Wiggo reed even mee om zijn baard te showen, Froome? I do not know.  
Heeft dat dan toch iets te maken met traditie? Mannen uit originele fietslanden als België, Frankrijk, Zwitserland, Spanje en Nederland die nog steeds presteren en nu aflossers hebben die dat ook doen? In België blijft het fietsen hangen, is een beetje mijn idee. Want ik heb nog geen ene indrukwekkende Vlaamse prestatie gezien dit jaar. Van Avermaat had een mooie tweede plek in Vlaanderen, maar ja, die tellen niet! Kwestie van ooit een geweldige voorsprong te hebben gehad en nu wat mindere coureurs te hebben? Frankrijk doet het geweldig. Na Hinault viel er een gat. Maar met "La Machine", Sylvain Chavanel, hebben ze een wereld coureur, overigens iets aan de oudere maat, maar daar staat nu een lichting aan te komen! Demare, Bouhanni en, helemaal: Senechal! Denk en onthoudt die naam!In Spanje is het al een paar jaar sukkelen. Contador en Valverde en zo en dan houdt het een beetje op. In Italië komt de naam van de jonge Moser meer en meer naar voren. In Zwitserland hebben we Spartacus Cancellara, maar die heeft, ondanks zijn zege in Vlaanderen, ook het eeuwige leven niet, maar daar rijdt dan weer een leuk jong rond die Chavel? heet.
In ons land komt er een pak talent aan. De Poppeltjes, Van der Poel, Hofland en nog veel meer.
Ik ga een maffe uitspraak doen. Over vijf jaar hebben het gouden kwartet: Kuiper, Knetemann, Raas en Zoetemelk opvolgers en zal het vaderlandse fietsen weer hoge ogen scoren!

Maar goed. De voorjaarskoersen zoals de Omloop, de E3, Gent-Wevelgem. Driedaagse van, Dwars door Vlaanderen, al die koersen laten het liefhebbende hart alvast sneller slaan, maar De Ronde is, voor mij, en velen als mij, de apotheose van het wielren (voor)jaar. Daar staan de mannen die het moeten gaan doen. Daar staan de kerels die in die ene wedstrijd hun hele (nog te moeten afleggen) jaar goed moeten maken. Daar staan de bikkels van de wielersport, de helden van de kleine wegen en de kasseistroken en de grimmige en naargeestige hellingen die zich zo sterk en scherp af tekenen tegen de Vlaamse luchten. De Ronde is de Vlaamse hoogtijdag. De Hoogmis! De Ronde is Vlaanderen, de Ronde is de afrekening van Vlaanderen met zijn vroegere (misschien nog) Waalse en Franstalige overheersers. De Ronde is van het Vlaamse volk. In de Ronde ziet men, als Vlaming, zichzelf terug. Kortom: de Ronde is Vlaanderen is ook voor ons, "dikke nekken" de Ronde van België in al zijn fraaiste facetten! Niets over en met Walen en Franstaligen en een moeilijk slepende BHV dossier of taalgrens of Voerstreek. (Waar ik graag fiets overigens)
Goed, zo zou Karel van Wijendaele, "Kaorle", het geschreven hebben en ik kan daar heel veel in terug zien, ware het niet, dat ik een nuchtere 'Ollander ben met een, volgens de doorsnee Vlaming, dikke nek. Maar, de Ronde is voor mij ook de eerste van vele, maar vooral de enige wedstrijd die telt. Ja, we krijgen er nog veel, hoor in deze Paas maand. Parijs-Roubaix, nee, eerst de Scheldeprijs, daarna LBL en Amstel Gold Race.
=Over de Ronde en de valpartijen ga ik later verder=

Het jaar dat ik niet fietste (4)

  Enfin,ik kom bij dokter Blom terecht, op de afdeling Radiotherapie. Die afdeling zit behoorlijk verstopt in het ziekenhuis. Op de min 2 ...