De gemiddelde leeftijdsverwachting van de Nederlandse man is 79 jaar en twee maanden. Ik heb nog meegemaakt dat het slechts 72 jaar was. Dat is er een stik(je) op vooruitgegaan dus. Nu ben ik slechts zeventig en zes maanden, dus ja, ik heb nog even te gaan. Ik kan nog een hoop fietskilometers maken en een heleboel en lang genieten van de kinderen en kleinkinderen, natuurlijk en graag.
(De doorsnee Nederlandse mevrouw houd het vol tot haar 83ste, wat behoorlijk hoog is, gezien de sterfte in andere en niet zo prettige landen.)
Soit. Maar goed, der ken van alles gebeuren op je pad, soms nare ziektes, lichamelijk, of nare ziektes geestelijk, waarbij je de werking van je geest verliest, hetgeen me afgrijselijk lijkt, om de naam van je geliefde of van je kids/kleinkids niet meer te weten, maar goed, op dat sombere traject wil ik nu niet ingaan. Dus daarom wil ik nog even dit kattebelletje kwijt, voordat het helemaal in de vergetelheid is verdwenen, hoewel ik zeker weet dat het medium waarop ik dit schrijf al heel gauw zal verdwijnen in vergetelheid.
Ik noemde het stukje "Nomen est Omen". De Romeinen waren van mening dat iemands naam iets zei over zijn lot. De uitspraak is afkomstig uit een toneelstuk van de komediedichter Plautus, waarin iemand het advies krijgt op de slavenmarkt het meisje Lucris 'lucratief' te kopen, met als argument dat alleen al haar naam en de voorbetekenis ervan de prijs waard zijn. Strikt genomen verwijst de term dus niet naar families wier naam in de 18e eeuw is ontstaan uit hun beroep, maar naar mensen wier levensloop toevalligerwijs goed past bij hun naam waaronder ze geboren zijn. In de laatste heerst uiteraard wel een spanningsveld; als je als "de Boer" wordt geboren in een boerenfamilie kun je je afvragen of het de familieachtergrond, de naam, of beide iets zeggen over het beroep dat je uiteindelijk uitoefent.
En ja, ik heb dat geplukt van Wiki, dus denk niet dat ik zo slim ben, hoor.Ik kwam even op het idee voor deze babbel door dat ik de naam Olivier hoorde, ergens in een tv programma. In 'de Volkskrant, dagblad voor Katholiek Nederland' zoals deze redelijk progressieve krant zich ooit adverteerde, had je jarenlang een rubriekje die zo heette en daar heb ik nogal wat van die namen aan overgehouden.
Zoals in het voorbeeld De Boer, of in de naam Smid, bijvoorbeeld. Maar wat denk je van Dr Plas, een uroloog? De gynaecologe Kier, de notaris die Recht heet, de orthopeed Bot, de militair die Korporaal heet, nu ja, je hebt ze allemaal wel eens meegemaakt.
Maar de twee meest 'vreemde' namen die me blijven bijstaan, heb ik ooit ontmoet toen ik diende bij het Marine Keuring en Selectie Centrum, toen gevestigd in de Marine Kazerne Amsterdam, de MKAD, hoewel dat centrum een eigen baas had.
Ik was toen chef van de Röntgen afdeling en we moesten natuurlijk X-rays maken van de kandidaten Vaak alleen een zogenaamde Thorax foto, een longfoto in een Odelca cabine, zoals dat heette, maar verder ook vaak foto's van hun wervelkolom, zeker als ze Marinier wilden worden, maar ook vaak foto's van andere delen van het lijk.
Ik hield van dat vak, het was precies werk en hield in dat je de mensen op hun gemak moest stellen en zo. Ja, natuurlijk maakten we, ik had een assistente, ook foto's van mensen met allerlei klachten die ons door de ziekenboeg waren doorgezonden. Maar goed, da's andere koek.
Op een gegeven moment kreeg ik, voor verder onderzoek, een jongeman die Dubbele Weerstand werd genoemd. Wat een merkwaardige naam, vond ik en ik had een praatje met hem daarover. In zijn thuisdorp,mik denk nu een beetje aan privacy, was dat overigens een heel voorkomende naam, vertelde hij.
Enfin. Tijden later kreeg ik een kandidaat, wiens achternaam ik nooit heb onthouden, maar zijn voornaam wel. 'Hartwich' was zijn naam. Hij zat in de ruime en goed uitgeruste wachtkamer, met een (door de KM verzorgde) badjas aan en ik riep hem, staande in die wachtkamer, met zijn kaart met naam erop in mijn hand. Hij stond op, we gaven handen en hij noemde zich 'Hattrick'. mij enigszins verbaasd doen staan. 'Maar. zei ik, 'jij heet toch Hartwich?' 'Ja, mijnheer', zei hij, beleefd, 'dat is zo, maar mijn vader heeft dat gedaan omdat Hattrick niet mocht,' Ik zei: 'Hattrick is toch een derde goal van een speler in een wedstrijd?' Hij beaamde dat, 'Mijn vader is een enorme voetbal fan. Ik was de derde zoon en ja, daarom kreeg ik die naam.' 'Bizar"zei ik en meende ik. Óh, het wordt nog iets vreemder, ik kreeg een jongere broer. Mijn vader is in de oliehandel en mijn jongere broer was de vierde van de vierde. Hij werd dus 'Olivier' genoemd.
Ik lachte. "ik zou wel eens een biertje met je pa willen drinken', zei ik. Ik heb nooit wat meer over hem of zijn familie gehoord.