donderdag 31 augustus 2017

Niet onfeilbaar, dus. (Maar ook een vraag aan F1 liefhebbers)

In een vorig fietsblog, je weet nu al wel dat ik met mijn andere Blog (In de wereld) ben gestopt, ondanks mijn messcherpe en onfeilbare analyses van de situatie in de wereld, (ik leek Hilterman* wel), omdat er te weinig response was. Nee, niet door jullie lieve lezers en lezeressen, maar ik had niet het idee dat er veel gebeurde met mijn steengoede en welgemeende adviezen.
Nee, natuurlijk niet, wie ben ik om te denken dat ik de wereld kon veranderen? Maar, had ik het idee, misschien kon ik wel wat mensen een bepaalde denkrichting aan zetten, niet alleen op politiek, maar ook op cultureel gebied. Mocht dat zo zijn geweest, ben ik inderdaad geslaagd.
Soit. Mijn 'fietsblogje' schrijf ik af en toe nog wel, hoor. (Een goede vriend van me beweerde dat ik een Heintje Davids* zou worden, maar nee, vriend R., nee, dat gebeurd niet. Helaas ligt die vriend nu net met een infarct in het ziekenhuis! We denken aan jou en aan je familie. Vechten en vechten, man, vechten. wij weten dat je het kunt!)

Dus vandaag een bloggie over de VDE. Waar, zoals je wel zullen weten, er eigenlijk geen moer aan is/was, omdat Froome en zijn Sky ploeg, niet eens de sterke ploeg die hij in de TDF rond zich had, de hele ronde beheerst. Froome is de dood in de pot voor de fietserij, zoals Indurain dat ook wel was, zoals Armstrong dat al helemaal was, hoewel Indurain, zo als mij bekend, helemaal 'clean' fietste, maar pin me daar niet op vast, in het fietsen is liegen en bedriegen belangrijker dan de versnellingskeuze, hoor.
Maar vandaag, in een niet eens erg lastige etappe, bleek dat de onfeilbare Froome, niet zo onfeilbaar was. Hij viel tot tweemaal! toe en zo kon Nibali tijd terug pakken. Froome was dus onzeker, onzeker geworden door de steeds meer, als een horzel stekende en aanvallende, Contador, die ook vandaag reed zoals hij altijd heeft gedaan: aanvallend, gaan, doen, versnellen, niets ontziend, niet met zijn metertjes, maar gewoon, recht vanuit zijn hart! Daarom zal 'k ik hem ook zo missen, na dit seizoen! Een groot coureur een man met een leeuwenhart, niet zoals die gasten die alleen maar rijden met hun wattage's en zo voor zich op de PC.
Maar goed, de Nederlanders doen het ook aardig in deze VDE. Sam Oomen, van Sunweb Giant, is een openbaring, een toekomstige winnaar. Kelderman en Zuiderwijk, helemaal top! Ook Wout Poels is in bloedvorm. De man verdiend het om zelf kopman van een team te worden en niet alleen maar om Froome de bergen over te slepen.
Deze VDE kan nog heel spannend worden met een nu behoorlijk nerveuze kopman van de SKY ploeg, hoor.

Iets heel anders. Ik had nog een vraag aan de kenners en liefhebbers van de F1. Ik volg die sport niet. Ben geen kenner en geen liefhebber, maar pak vaak wel een stukkie mee in een of ander sport programma. Ik begrijp dat een zo'n voertuigje, je kan der geen eens boodschappen mee doen, tussen de 1,5 dan wel 2,5 miljoen euries kost! Whoaw, da's serieus geld, natuurlijk. Maar de ontwikkeling van zo'n tuigje kost tientallen miljoenen, begreep ik. Mijn vraag: als het allemaal zo uitgedokterd is, hoe komt het dan dat bijvoorbeeld Max 'the young' Verstappen, opeens stil komt te staan aan het begin van een race? (Francorchamps, ik ken het circuit, ben er vaak langs gefietst.)
Nee, dit is niet afzeiken, maar ik vind het raar, omdat onze al wat oudere bolide, die wel al een dikke anderhalve ton op de teller heeft maar dat ik, een dikke week geleden, heen en terug ben kunnen gassen naar de zuidwesthoek van Vlaanderen (700 k) en dat ik af en toe dik 140 reed soms en het toetje net helemaal, zonder problemen of kosten door de APK komt?

Nu ja, hoe dan ook. Ik ga de VDE wel afzien, met soms een half oog tot nu toe, maar vanaf deze week wordt het met twee open ogen, er komen hele fraaie etappes aan!

Voor de te jonge lezertjes een uitleg van bepaalde namen:
*Hilterman: een vrij, nu ja, heel rechtse journalist, die elke zondagmiddag, in mijn jonge jaren, de "Toestand in de wereld" besprak, dat was ook de titel van zijn radiopraatjes. Hij had een hele fraaie stem, als ik eerlijk ben. Ik hoor nog wel eens een enkele maal zijn stem en herinner me dan nog de smaak van mijn moeders groentesoep, omdat de radio uitzending altijd rond het middagmaal was en mijn ouders daar steevast naar luisterden. Ik had geen idee van wat er allemaal werd verteld, maar, mijn ouders waren nogal van de VVD, het zal best heel rechts geweest zijn! In linkse kringen werd hij natuurlijk "Hitlerman" genoemd.
*Heintje Davids: Amsterdamse cabaretière met Joodse achtergrond. Zuster van Louis Davids. Heintje nam elk jaar wel drie keer afscheid van haar publiek en kwam ook altijd weer terug!

zondag 27 augustus 2017

Over de Vuelta, het EK hockey en over rare transferbedragen

De afgelopen week is de eerste week van de VDE, de Vuelta d' Espagna verreden en ja, zoals gewoonlijk heerste de SKY ploeg van Froome, met hem eigens in de hoofdrol, de hoofdrol op. Ja en dat was weer, comme le TDF, helemaal saai! Er is van het hele grote wielren gebeuren geen ene moer meer over, tot over een jaar of zo. De renners, a la Froome, die alleen maar op hun vermogen klokjes kijken, vernielen de wielersport, zoals eerst al die gedopeerde dwazen, Armstrong, Ulrich, Heras en meer van dat soort achterlijke galbakken al deden. Fraai om naar te kijken was dus ook dat 'Il Pistolero', Contador, nu al dagen lang de knuppel in het hoenderhok smijt! Froome heeft daar dan nauwelijks een antwoord op, zit vaak geïsoleerd en moet hulp vragen aan de team leiding. Van slimmigheid of op koers inzicht kun je hem niet betrappen, vind ik. (Vandaag won hij dan wel de etappe, maar ja, dat was hij wel aan zijn stand verplicht, nietwaar?)
De dood van de wielersport is dus SKY, de dood van het voetbal zijn natuurlijk die hele en echt totaal maffe transfer bedragen die momenteel overal en waar dan ook betaald worden. Ik ken de namen niet meer zo, maar de bedragen, 220 miljoen!! euro voor een voetballer? Waar baseer je dat soort bedragen op? Wie of wat is een voetballer die zo veel geld losmaakt? Maak je dan de voetbalsport niet kapot?

Maar maak je de sport ook niet kapot met die torenhoge bedragen die in de auto sport, (is het sport?) omgaan? Red Bull, het team van ons aller Max Verstappen investeert 420 miljoen euro in dat team, let op: Red Bull is de vierde in de rij, hoor. En: voor effing wat? Af en toe een uurtje een race, vaak op tijdstippen die bij ons niet doordringen: Australië, Maleisië, Abu Dhabi, dat zukse tijdzones dan. Maar dan ga ik niet kijken, ik kijk sowieso niet naar gemotoriseerde sport, zijnde komende van een motor. Ik kijk ook nooit naar hippische sport, zijnde komende van een paard.
Onze 'topvoetvalclubs' hebben budgetten van tussen de 60 en 80 miljoen euro in het jaar en ja, veel succes in Europa, Ajax en Utracht! 

Maar goed,  wielerteams als het Nederlandse LottoJumboTeam, doen  het hele seizoen met maar 15 miljoen euro, Sunweb/Giant, in mijn ogen, net als Roompot, ook een Vaderlandse ploeg, mag 14 miljoen ter beschikking stellen voor een heel team van bijna vijftig mensen, coureurs en staf, materiaal en materieel en zo, daarbij ook inschrijfgeld voor wedstrijden en meer. Roompot Vakanties, de ploeg waar Eric Breukink het 'mannetje' is, doet het met 2 miljoen euro.

Ja, da's best wel poen, natuurlijk. Ik en jij zullen het nooit onder ogen hebben. Maar tegen die bedragen staan budgets van o.a. FC Barcelona: 690 miljoen Euro gaat daar om. MAN U doet daar een paar miljoen af, maar Bayern München doet wel slechts 420 miljoen als omzet!
(Vraag: hoeveel verdienen de EK dames en heren van de hockey wereld nu echt? Ze houden er misschien een flesje aan over?)
In mijn ogen zijn die bovenstaande getallen allemaal mallotige bedragen! Zo help je sport, elke sport, naar de klo...! Het voetbalwereldje zal het gauw gaan voelen. (Hoop ik.)
Als alleen maar poen het doelwit, het oogmerk in elk geval, wordt van sporters, gaat het plezier van het kijken en deelnemen aan sport eraf. Geld mag nooit de sport verkloten, denk ik, een heleboel te romantisch, misschien wel. 
Maar het gebeurd dus wel, poen verkloot ook de sport, deed en doet dat al jaren. Nu ja, de topsport dan. Ik heb vandaag, voor mijn sport, een dikke drie uur op de fiets gezeten. Ik zag heerlijke polderlandschappen, ik zag een buizerd, een lepelaar en een hoop blije mensen op fietsen en ja, da's ook sport, bedacht ik.
Ik fiets niet gesalarieerd, maar geniet enorm van mijn  sport. Da's dus veel beter dan al die gesponsorde sportlui die er maar met de pet naar gooien, soms.



zondag 6 augustus 2017

Een fietsende Fries, Frits!

 Afbeeldingsresultaat voor joris driepinter




Vandaag kreeg ik een PB tje van een oude vriend of ik een lijstje had van de top tien van de merkwaardigstee mensen die ik ooit had meegemaakt. Tsja, daar moet ik even over denken. Ik zit nu een beetje rozig te zitten schrijven na een lekkere maaltijd, een gewonnen finale en een mooie en lange fietstocht met S., mijn oudste zoon en vader van de twee meest geweldige kleinkinderen die er bestaan.
Nee, ik heb niet zo een-twee-drie een 'lijssie', hoewel ene Glen (als ik nu in mijn herinneringen duik is er nog een Glenn) er wel op voorkomt, maar dit voor later! Er zijn er namelijk zoveel geweest, vooral in mijn bestaan als marine piepel. Ook in de super waar ik na mijn echte werk heb gewerkt, die zin loopt niet, ik besef dat, heb ik vreemde patriotten ontmoet.
Een (1) verhaal wil ik dan wel even kwijt en dat is over ene Frits, de fietsende Fries. Of de man echt Frits heette hebben Henk en ik nooit geweten, hoor. We hebben onze namen nooit echt tegen elkaar gezegd. We noemden hem, later in onze verhalen, dan maar zo. We kwamen hem achterop tijdens een Rondje IJsselmeer. Voor de echte puristen, dit was een rondje dat startte bij een café in Purmerend en de polders en ook Urk aandeed en niet de 'hoge wal' volgde. (Geloof me lieve lezertjes, je kunt op dat soort zaken behoorlijk afgerekend worden, de ECHTE Ronde gaat via de oude boorden van de Zuiderzee, via Elburg en zo.)
Enfin, iets voor Lelystad zagen we voor ons een man rijden die met een rare knik naar binnen in zijn rechterknie fietste. Het was een wat langere man die gebogen over zijn fiets zat. We haalden hem in, hij reed niet veel minder snel dan wij en hij pikte in in ons wiel. Mag, natuurlijk mag dat. In Urk was een stempel- en verzorgingspost en hij schoof bij ons aan aan de picknick tafel. Hij had een rugtasje bij zich, wat vreemd is, want een rugtas mee op een fietstocht is onhandig, je krijgt er een nog ergere natte rug van. We dronken koffie, ik rookte en we raakte in gesprek, een gesprek dat verder ging, dwars door de NO polder en door Friesland en bijna over de geestdodende Afsluitdijk.
Hij vertelde dat hij, in zijn jeugd, was afgestudeerd aan de Zuivel Hoge School, in Bolsward, hij was ingenieur in die tak van de levensmiddelenbranche. 'Oh', zei Henk, ietwat lomp, 'jij bent dus echte Joris Driepinter?' (Zie boven. Jeugdige lezertjes van beneden de vijftig moeten maar even Googlen, wie dat was.)
Hij had jaren geleden een naar ongeval meegemaakt waarbij hij schedel- en hersenletsel had opgelopen en waarna zijn leven helemaal de bietenbrug was opgegaan. Zijn huwelijk was gestrand, zijn werk was op de klippen gelopen en hij had, met een fraaie uitkering, zich helemaal gestort op zijn jeugdliefde, de fiets. 'Vandaar ook dat rugtasje', zei hij. Hij reed namelijk alle grote toeristen rondes die er te vinden waren. Ja, het Rondje IJsselmeer, natuurlijk, maar hij reed ook Luik-Bastenaken-Luik, hij reed de Ronde van Vlaanderen en ook ging hij elk jaar de toeristenversie van Parijs-Roubaix rijden. Vaak reed hij in Zwitserland of toog hij naar Italië, altijd alleen, altijd op zijn fiets! Dan stopte 'ie wat proviand en poen in de tas en een lakenzak en fietste hij naar de startplaatsen van die tochten. Hij sliep dan in een bushokje of bij een boer in de schuur of in een Leger des Heils pension, en ging vrolijk de voorgenomen tocht rijden. Na afloop fietste hij of door naar de volgende tocht, bijvoorbeeld van Vlaanderen naar Compiegne of gewoon terug naar huis in 'Ljouwert' vertelde hij droog.
Henk en ik keken elkaar eens aan. Man, da's pas een kerel! Henk vroeg of hij Parijs-Brest-Parijs ook op zijn lijstje had staan. Frits werd een beetje link. 'Ik ben niet gek hoor, alleen maar wat in de war, soms. Nee, die tocht ga ik niet rijden. Ik hou te veel van mijn lijf en mijn gezondheid', zei hij wat bits.
Henk en ik keken wat onthutst naar elkaar, jeez, zou het dan echt zo zwaar zijn?
Bij een volgende controlepost, in Zurich, geloof ik, raakten we hem kwijt, we moesten die vreselijke Afsluitdijk over en zagen we hem pas terug in datzelfde café in Purmerend waar ook de start werd gegeven. 
Hij stond fikse pinten te pakken en had zijn tasje alweer op zijn rug. Henk en ik dronken iets, lieten onze kaart afstempelen en even later gingen we gedrieën weg. Henk naar Monnickendam, ik naar Mokum en Frits naar Leeuwarden, waar hij woonde. Nog eens 150 kilometer verder.
Ik heb hem ooit nog eens weergezien, dat meende ik toch. Een langere man, die wat gebogen op zijn fiets zat en met een rare knik naar binnen in zijn rechterknie.

zaterdag 5 augustus 2017

Randonneurs (4)

Ja, nu ja, Henk, zo heet hij, my Brother in Crime, op mijn FB pagina heeft hij al gereageerd met zijn hele naam, dus doe ik er niet meer moeilijk over, Henk zag het helemaal zitten. Maar, nadat die Hermans weg was en wij de folders die hij had achtergelaten, hadden doorgelezen, werd ik wat pips! Ik zag dat we, om ons te kunnen kwalificeren, tochten van 200 en 300 kilometer moesten rijden, nu ja, dat waren we wel gewend, natuurlijk. We hadden al twee maal aan Maastricht-Den Helder deelgenomen en die waren dik 330 k's. Ook hadden we Utrecht-Keulen-Utrecht (bijna) gereden en ja dat was dik 400. Maar toen ik zag dat we ook nog eens een 600 kilometer moesten doen, werd ik wat ei-eg. Henk niet! 'Eitje', zei die, 'makkie met onze conditie!'
Goed, we gingen dus voor die kwalificatie ritten. De tweehonderd kilometer tocht ging vanuit Ossendrecht, op het grensgebied van Brabant/Zeeland en België en voerde ons over vlakke en fraaie Zeeuwse wegen, met fraaie plaatsen als Oude Tonge en het heerlijke plaatsje Veere. Mocht je ooit in Zeeland komen, dan moet je dat hele fraaie stadje bezoeken! Na afloop kregen we een fraaie herinneringsmedaille, echt een mooie en zware. Bij de start hadden we al een stempelboekje meegekregen. Dat leek op het oude rijbewijs, je kent het wel, nu ja, de oudere lezer dan. Het was in drieën gevouwen en had dezelfde roze kleur als het oude rijbewijs. Fraai stond: "Les Randonneurs Mondiaux" op de voorkant en dan nog dat het van de internationale organisatie in Parijs was. Na afloop moesten we, ter controle, het boekje weer inleveren, maar kregen het dan weer thuis gestuurd, gecontroleerd en ondertekend door een Franse mijnheer, oeps, ik ga de fout bijna in, maar door een Fransm.., k.., weer bijna de bietenbrug op, door een Frans persoon, die het boekje had afgestempeld en geaccordeerd. (De rest van die boekjes vond ik dus ook terug en zo kwam ik weer op dit heel actieve stuk van mijn leven!)
De tweede rit was ook met start vanuit Ossendrecht en we reden nu 300 kilometer. Daarbij maakten we, na het Zeeuwse rondje, een lus door Westelijk Noord Brabant, waarbij we, in Fijnaart, het huis van Wim van Est, de eerste Gele Trui drager van ons land, passeerden. Ik geloof dat "De Wimme", zoals zijn bijnaam was, ons toezwaaide vanuit zijn tuin.We deden ongeveer twaalf uur over die tocht, inclusief af en toe roken/piesen/eten. Ons gemiddelde lag dus rond de 25 km/uur. Best wel goed, natuurlijk.
In mei reden we dan de 400 kilometer tocht. Deze werd verreden vanuit Hoenderloo en begon om 2130, half tien in de avond en zou ons door de donkere nacht voeren. Dus ja, we moesten lampen bevestigen op de fiets. Tegenwoordig hebbie van die LED lampjes, die je een jaar kan laten branden, maar toen moesten we nog van die echte batterijlampen monteren, met batterijen die maar en paar uur meegingen en ja, dus stak je reserve batterijen maar bij je.
De nacht bleven de groep, een man/vr... ,f..., straks staan ze echt op de stoep, die genderpolitie, nu ja we bleven genderneutraal bij elkaar en pas tegen de ochtend gingen we uit elkaar.
Die tocht bracht ons over de Veluwe, langs de IJssel en door Duitsland en door onder andere Elten, (ooit even Nederlands gebied, na de oorlog) en dat over een fraai kasseien klimmetje.
We vroegen bij een manege om onze bidons te mogen vullen en kregen 'oerwater'. "Goed voor het bloed", zei de manege houdster. Het water smaakte naar ijzer, oer, zoals dat heette en ja, maf, maar het maakte ons wat sterker!
Na bijna twintig! uur op de fiets waren we terug. Dat was op een zondagmorgen. We reden terug vanaf de Veluwe, ik zette Henk af in Monnickendam, reed terug naar huis, at als een beer van de heerlijke bami die de lief op tafel zette en was de dag erop om 0800 gewoon op het werk. Of ik het nu nog zou kunnen?

En nee, we hebben de 600 kilometer nooit gereden. Niet door gebrek aan motivatie of zo, maar domweg doordat mijn fiets werd gestolen. Twee dagen voor we die tocht zouden maken! Ik zette hem even neer bij een winkel, liep, in twee tellen, naar binnen en weer naar buiten en hij was pleiten! Weg! Verdwenen! Gejat! 
Kan ik ooit de emoties beschrijven die het gemis van die fiets, die vriend, die kameraad bij me opriep? Nee, dat is niet mogelijk. Het gemis van een dierbaar geliefd mens is natuurlijk erger, maar ik kan je vertellen dat het gemis van een zo goede fiets ook vreselijk is en dat ik lang gerouwd heb. Misschien kunnen alleen de echte 'fiets' liefhebbers hier wat mee en beschouwen de andere lezers me nu als een watje. Dat mag.

Parijs-Brest-Parijs is er dus nooit van gekomen. Tsja, gemiste kans? Ik denk het wel. Henk en ik zaten toen in een 'flow' zoals dat heet. Maar goed, we hebben allebei nog de fraaie medailles en die mooie stempelboekjes die door een Frans persoon zijn geaccordeerd en terug gestuurd naar onze huisadressen. Ik vond ze laatst terug, in en laatje, vergeten onder andere boekjes en tijdschriften. Goh, ik heb weer helemaal terug kunnen kijken op die jaren en Henk ook, begreep ik uit zijn FB berichtje.

Ik ga deze artikelen sluiten, het is fraai geweest en ik heb jullie genoeg geërgerd nu. Rest me nog om te verhalen dat ik binnenkort een verhaal zal schrijven over een Fries. Een fietsende Fries die Henk en ik ooit tegenkwamen. Hij, ik heb zijn naam misschien ooit geweten, was een van de vreemdste mensen die ik ooit ontmoette!



vrijdag 4 augustus 2017

Randonneurs (3)


Later raakte ik F. wat uit het oog, maar de fietsliefde, het fietsvirus, was voor eeuwig in mijn cellen, sterker, in mijn genen geslopen. Ik fietste meer, ik werd serieuzer, reed grotere, dus langere, tochten, ging, na een scheiding met de enige en echte lief trouwen en ja, zij vond het helemaal oké, dat de fiets een tweede liefde was. Dus verkende ik de landstreken rond Amsterdam Zuid Oost, en veel verder, waar we toen nog woonden en man, wat was het fraai allemaal.
Ik kwam in contact met ene H. H. was een collega in die jaren en, misschien wel, net zo gek op fietsen als ik. H. haalde me over om te gaan trainen voor P-B-P, een afkorting die staat voor Parijs-Brest-Parijs. Een monstertocht over dik 1200, ja, braaf lezertje, twaalfhonderd, kilometer, die gaat van, goed opgelet, Parijs naar Brest, dat is aan de kust van de Atlantische oceaan en weer terug naar Parijs. Een dikke honderdtwintig jaar, dat was in 1891, geleden werd deze tocht, het is geen etappe wedstrijd, hoor, in zo snel mogelijke tijd van de ene naar de andere stad en terug, voor het eerst verreden. De winnaar, ene Charles Terront, deed daar bijna drie etmalen over, in 71 uur en 24 minuten was hij terug in "Gay Paris." De jongste winnaar in 2015, een Duitser, Bjoern Lenhard genaamd, had er een etmaal minder voor nodig, hij reed die tocht 'slechts' 42 uur en een halve minuut heen en terug!
Aanvankelijk organiseerde men de vreselijk slopende wedstrijd om de tien jaar, maar vanaf de jaren negentig werd ze vier- of vijf jaarlijks gereden. Er zijn zelfs twee dwazen die die afgrijselijke toch drie maal hebben gewonnen. (Ik denk omdat er sponsoring in de wedstrijd is gekomen en omdat het materieel beter is geworden. Denkelijk rijden die renners nu ook met volgwagens achter zich?)

Goed, H. haalde me dus over en ja, ik vond het aanvankelijk een gewon maf idee, maar, der ging wat broeien en het ging me boeien. Ik overlegde met de lief en ja, die was vooral bezorgd om het slopende van die afstand. Maar goed, we spraken af dat ik het zou proberen.
Je kunt zelf wel een beetje uitrekenen dat je zo een afstand niet kan rijden als je alleen maar af en toe naar de super of de kroeg fietst. Der most getraind worden! Was het aanvankelijk een lacherig idee, heel langzaam nam het vastere vormen aan. We hadden ons drie jaar, of twee, gegeven om ons voor te bereiden en ja, we trainden. Vaak alleen, in de buurten waar we woonden, maar nog veel vaker samen in onder andere toertochten die we speciaal hadden uitgezocht.
Zo reden H. en ik onder andere 'Maastricht-Den Helder', da's 330 kilometer, en dat tot twee keer toe, we fietsten ook tweemaal de 'Lauwersmeertocht', dat maar 180 k's, dus niet zoveel, maar het zijn wel kilometers die je in de poten hebt. Ook reden H. en ik de 'Dom tot Dom' tocht. Die gaat van de Dom van Utrecht naar de Dom van Keulen en ja, dan moest je ook weer terug, natuurlijk.
Die rit had dik 400 kilometer opgeleverd, dus ja, het jaar erop konden we veilig en voorbereid aan de brevetten beginnen. Die brevetten waren afstandsritten, georganiseerd door de organisatie die zich: 'Les Randonneurs Mondiaux' liet noemen. Kort vertaald: 'De Internationale Lange Afstand Fietsers Vereniging.' H. schreef ons in en, niet al te veel later, kregen we bezoek van de Nederlandse voorzitter van die vereniging, ene mijnheer Hendriksen. Hij was een dienstplichtig Hofmeester geweest en vroeg zich af, hij kwam op een woensdag, of hij een rijst hap mee kon eten. 
Op woensdagen eet de marine, traditioneel, een rijsttafel. Ja dat kon, dat regelden we en hij was helemaal gelukkig en en vertelde heerlijke verhalen over ooit!
Maar hij waarschuwde ons: 'Die brevetten zijn al zwaar, maar P-B-P is een monstertocht! Bezint voor je begint!'

Later verder!

woensdag 2 augustus 2017

Randonneurs (part deux)

Dus ja, ik zat, zoals ik al schreef, mijn bureau laatjes maar eens op te schonen en, zoals ik ook al schreef, kom ik mijn blikje tegen waar ik, jaren lang mijn 'bintangs', mijn trofeeën van fietstochten, in had gestopt en dat ik die allemaal een beetje vergeten was. (Mijn "echte" bintangs, mijn medailles van de KM, staan trots te glimmen op mijn boeken plank, bovenop de boeken van Douglas Reeman.
(Toen ik, een week of wat geleden, met mijn oudste zoon, S., de Decathlon Cycle Tour Amsterdam, gereden had en weer eens een fraai aandenken kreeg, herinnerde ik me opeens weer dat blikje en ik wilde aanvankelijk het stukje fraai blik met lint eraan er in laten glijden. De lief zag het en zei: 'Je hebt al je marine medailles wel fraai uitgestald, doe dat nu ook eens met de mooiste van die fiets herinneringen?') Ze had gelijk, natuurlijk.
Ik moet zeggen een militaire bintang is natuurlijk van een andere grote dan een fiets herinnering, maar ja, ergens had ze dus helemaal en gewoon gelijk. Ik ken militaire figuren die alleen maar, zoals wij dat noemden, 'pretmedailles' op hun tenue hadden: het zogenaamde vierdaagse kruis, de sportmedaille, de medaille van het huwelijk van de huidige koning en zijn echtgenote, het inhuldigings- kruis van de 'oude' koningin, een bintang van een militaire 'prestatie' tocht. (Dat laatste is gewoon een puzzeltocht met de auto, een kaart-kompas, een KAKO oefening, zoals dat bij de mariniers heet. Die is alleen voor officieren, overigens. Helaas zijn officieren bijna allemaal het pad kwijt, dus ja, voor hen is die KAKO natuurlijk moeilijk en daarom dus zo een vetleren medaille waard.)
Dus ik leeg dat blikje en mijn bureau word bedolven onder allemaal materiaal. Vaak van die rood/wit/blauwe lintjes, maar vaker nog onder zwaardere materialen. Als ik ze een voor een door mijn handen laat gaan en ze bekijk denk ik: 'WTF, dat heb ik ook allemaal gereden! Heb ik die dingen allemaal gepresteerd?
Ereplaatsen nemen ze nu in, ik heb ze nu maar geparkeerd op mijn boeken van Monsarrat (The Cruel Sea en nog veel meer) en Melville (Moby Dick en White Jacket, die boeken moet je echt eens lezen) en nog veel meer van die dingen en zo heb ik ze weer in het oog.
Trotse ereplaats neemt het Elfstedenkruisje in. Niet omdat die tocht zo zwaar was, hoor, dat viel al met al nogal mee, maar omdat ik er hele slecht en hele goede herinneringen aan heb. 
De goede: het heerlijke vlakke parkoers, maar een dikke tweehonderd kilometer, het fraaie en heel overzichtelijke, want totaal vlakke land, met veel meren en kanalen en het totaal gekke en helemaal enthousiaste publiek.
De slechte: ik reed toen ooit, helaas, bij een wielervereniging. Wielren- en Toering Club de Amstel. Het hoe en waarom ik lid ben geworden van die vereniging zal ik je ooit eens vertellen. Ik ben namelijk helemaal geen mens voor clubjes. Maar goed, die groep, waar ik de Elfstedentocht mee fietste, liet me totaal in de steek toen ik lek reed en reed gewoon door, alsof er niets aan de hand was. Het was, toen in ieder geval (ik weet niet eens of die club nog bestaat en heb totaal geen zin om het uit te zoeken) een groepje mensen die ver voor bij hun houdbaarheid datum was. Ik was met mijn vijftig jaar, de jongste van de club.
Het was me een gedoe van haarkloverij en 'poten-onder-de-mensen-uitzagen' van heb ik jou daar.
Ik moet wat bekennen! De ereplaats onder alle medailles en aandenkens heeft een chocoladeletter met een rood/wit/blauw lint! Die heb ik gekregen van mijn kleinzoon, Loek, nadat ik met zijn vader een fietstocht had gemaakt in Noord Holland. De inhoud van dat aandenken, chocola, is natuurlijk allang vergaan, maar het omhulsel met lint zal er tot mijn dood blijven hangen!
Op plek twee staat de Amstel Gold Race medaille die ik jaren gereden voor het eerst reed. (Ik heb haar nog wat keren gedaan, natuurlijk.) In de afzink op de Daalhemerweg naar het Grendelplein en zo naar de finish op de Cauberg, begon het enorm te regenen en te hagelen. Met mijn voeten uit de klikpedalen probeerde ik mijn snelheid van zeventig per uur op mijn schoentjes te verminderen, maar dat was behoorlijk moeilijk.
Gelukkig bereikte ik zonder valpartijen, ik zag wel diverse mensen om me heen wel neerstorten, overigens, het Grendelplein, ging daar met heel veel moeite de zoveelste beklimming, maar gelukkig wel de laatste, van de dag op. Ik kreeg van de organisatie een ster en een cap van Vacansoleil, die wielerploeg waar Johnny Hoogerland voor reed! 
Man, verzopen als ik was, rilde ik me rot toen ik eenmaal in de auto zat, de fiets veilig achterin. (Vraag niet hoeveel moeite het heeft gekost om met mijn bijna bevroren vingers mijn fiets uit elkaar te sleutelen!) Ik kreeg mijn jeans niet meer dicht dus reed ik met natte koersbroek aan maar naar Amstelveen.Ik ben onderweg naar huis bij een pompstation gestopt en heb toen twee van die hele vette, hele troostende en hele ongezonde gehakt staven gegeten.
Toen begreep ik opeens wat troost food was!
Op plek drie tot en met vijf staan de randonneurs medailles die ik heb gekregen voor de voorbereiding tochten voor Parijs-Brest-Parijs.
Daar over meer, later.

Het jaar dat ik niet fietste (4)

  Enfin,ik kom bij dokter Blom terecht, op de afdeling Radiotherapie. Die afdeling zit behoorlijk verstopt in het ziekenhuis. Op de min 2 ...