Een goede vriendin, Ceciel, liet me weten dat het dorpje dat ik laatst vernoemde niet Mello, maar Meddo moest zijn, hierbij dus en dank aan Ceciel, zij is een literatuurvriendin.
Enfin, ik rijd nog een stukje, kom door Winterswijk en zie daar, groot, de foto van hun lokale held, de dichter Gerrit Komrij, aangeplakt. Hij was, helaas al jaren geleden overleden, zoon van een bakker. maar hij werd dichter. De meesten onder jullie kennen hem nog wel, een irritante, wat krakende stem, maar hij was een enorme dichtkunst kenner.
Soit. Ik kom nog even langs het ziekenhuis, kijk even bij de SEH ingang, gewoon, uit nieuwsgierigheid en ga verder naar huis, via bijna niet bestaande fiets routes richting Eibergen. Goed er staan dan wel van die rood/witte bordjes zat, maar die zijn niet te vertrouwen in dit stuk van het land, vaak wijzen ze de verkeerde kant op, maar ja, ik kom wel aan in ons huisje.
In de middag gaan we toch nog wat shoppen en nee, een terrasje zit er niet echt in, het gaat namelijk regenen. Maar goed, zij voelt zich ook niet al te happy, toch en ja, dan is een terras ook niet alles.
Het is ondertussen wel aan dik vrijdag geworden en veel vakantie gevoel hebben we tot nu toe niet gehad en ook niet meer over. We kijken die avond wat tv, ik heb zelf een vette dvd serie bij, "Foyle's War" en ja ik kijk daar graag naar. Ik ga wat vroeger naar bed dan de lief, misschien door dat ik nog wel wat heb kinnen fietsen? In ieder geval, ik ben in mijn eerste slaap, zeg maar, dat is rond een uur of elf en ze roept me want ze heeft weer heel veel last van dat gedoe met haar hart. Uit ervaring weet ik dat die kloppingen niet zo maar weggaan, het duurt vaak langer om die ritme stoornissen klein te krijgen. Ik kleed me fatsoenlijk aan en pak de, opgeladen, mobiel. Dat is een dingetje van me. Altijd een geladen mobiel in de buurt hebben, want, "je weet maar nooit", toch? Misschien is het een Marine man ding, ik weet het niet, maar zoiets toch wel dagelijks, bijna.
Ik probeer haar wat te kalmeren, wat ook wel lukt, ze weet wat het is en dat het overgaat en we bellen het ziekenhuis in Winterswijk. We krijgen een SEH arts aan de lijn en leggen de zaak voor. Zij gaat meteen een dienstdoende Cardioloog bellen en komt ASAP terug. Enfin dat gebeurt ook allemaal, ze komt terug aan de telefoon en zegt dat de cardioloog zegt dat het ene pilletje wel naar twee kunnen en de lief neemt een tweede pil die, na een half uurtje gaat werken.
'Morgen dus terug naar huis', besluiten we allebei en hebben daar allebei vrede mee. (Het Eibernest zal ons, dat is heel netjes, later nog twee niet geslapen nachten compenseren en terug betalen.)
Die zaterdag zijn we vroeg op, we pakken onze spullen in, laden de auto in en checken om 10.00 ongeveer uit en zijn, het is zaterdag en ja, niet veel verkeer op de weg, voor 1200 thuis. Triestig wel, vinden we, maar goed, beter voor haar. Ik blijf pijn in mijn keel houden, stikvervelend. Die maandag ga ik naar de huisarts, een vrouwelijke vervangster dit keer van onze geliefde dokter Griever. Ja, geloof het of niet!
Nu ja, het is een vrouwelijke arts. So? Ik ben helemaal klaar met dat Woke geouwehoer en met dat gendergedoe. Jezus. Een Man is een Kerel en een vrouw is een schat en een vrouw en ja, dat moet in mijn ogen zo blijven. Oh ja, hoor, je mag allemaal je mannelijke plasser verruilen voor een platte, dat maakt mij niet uit, maar dring het allemaal niet zo op, zeg!
Goed de arts bij wie ik terecht kom is dus een vrouwelijke arts, onze eigen huisarts heeft de maandag vrij. Ik vertel haar mijn klachten, ze onderzoekt me en zegt, heel eerlijk, 'ja ik denk dat het kanker van je keel is.' Oeps, dus, zo eerlijk. Even mijn hoofd in mijn handen en ja, vragen wat nu? Ik verwijs u naar het Amstelland ziekenhuis, naar de KNO en ja, die gaan kijken wat het is en ja, die gaan u verder helpen.' Vrij snel daarna kom ik in het fraaie en goede ziekenhuis, hier in Amstelveen en wordt geholpen door een KNO arts, vrouwelij ook weer. Ze heeft haar diagnose al vrij snel klaar. "Keelkanker mijnheer" en ze maakt een verwijzing naar de KNO afdeling van het VU, daar weten ze er meer van.
Ik heb natuurlijk nog duizenden vragen. Zij kan er niet veel van beantwoorden, dus ja, ik wacht op een oproep van de VU. Die komt al snel, ik meld me in dat hele grote ziekenhuis bij de KNO afdeling en wordt door allemaal mensen bekeken. Ook hier weer stel ik heel veel vragen, ik heb een schrijfblokje vol meegenomen en ik krijg heel veel antwoorden. De "Uberbaas" is een Duitse professor, nu ja, iemand met een Duitse naam en een idem accent, die me 'geruststelt' dat ik te oud ben voor Chemotherapie, maar met 'bestralung kann man nog wass'. Ik bedank hem niet van harte en krijg een niet al te oude dame als behandelaar, denk ik.
Vanaf die dag ben ik in handen van de 'Witte Vloed', zoals men dat ooit noemde in ziekenhuis kringen. zeg maar. Dat was het moment dat alle artsen en hun assistenten en de verpleegkundigen hun rondes maakte naar de bedden van de patiënten En dat zal ik weten. Maar ja, het is allemaal in mijn voordeel. Voor mijn gezondheid, toch zeker?
Ik wordt naar allerlei onderzoeksinstituten doorgezonden. Men neemt in de volgende dagen bloed af, longfoto's, ik moet een MRI laten maken en men neemt puncties af van de lymfklieren in het nek/hals gebied. Die laatste onderzoeken zijn niet al te aangenaam. De MRI ook niet. Men vraagt wel of ik een muziekje wil horen en ik vraag of ze Pink Floyd hebben en ja, dat gaan ze aanzetten en ik hoor een van mijn meest geliefde nummers: Çomfortably Numb'.
En dan wordt ik, een dag of wat later, gebeld om zo snel mogelijk om het behandelplan te gaan bespreken. Nu ja, ik ben er natuurlijk, als de kippen bij, zegt men dat nog, en ik begeef me in de looppas. zoals men vroeger bij de Marine zij, naar het ziekenhuis.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten